les 5 sport

les 5 sport
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
TaalBasisschoolGroep 6

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

les 5 sport

Slide 1 - Tekstslide

Sport

Slide 2 - Woordweb

Lezen
Lees de teksten over parcouring, speedflying en struikduiken

Slide 3 - Tekstslide

Wat is het tegenovergestelde van
aanbevolen?
A
passief
B
ontspannen
C
het lef
D
afraden

Slide 4 - Quizvraag

Wat is het tegenovergestelde van
actief?
A
passief
B
ontspannen
C
het lef
D
afraden

Slide 5 - Quizvraag

Wat is het tegenovergestelde van
de vrees?
A
ontspannen
B
het lef
C
afraden
D
voorzichtig

Slide 6 - Quizvraag

Wat is het tegenovergestelde van
inspannen?
A
ontspannen
B
het lef
C
afraden
D
voorzichtig

Slide 7 - Quizvraag

Wat is het tegenovergestelde van
de angsthaas?
A
ontspannen
B
de waaghals
C
voorzichtig

Slide 8 - Quizvraag

Wat is het tegenovergestelde van roekeloos?
A
het lef
B
afraden
C
voorzichtig

Slide 9 - Quizvraag

Welke hoort er niet bij?
A
waaghals
B
roekeloos
C
lef
D
angsthaas

Slide 10 - Quizvraag

Als je roekeloos bent, is de kans op een ........ groter
A
aanloop
B
blessure
C
parcours
D
piste

Slide 11 - Quizvraag

Hij is altijd bezig, hij is heel ....
A
actief
B
passief

Slide 12 - Quizvraag

Als ik tegen de heuvel op fiets, moet ik me altijd erg
A
inspannen
B
ontspannen

Slide 13 - Quizvraag

Hij voelt zich heerlijk na een parachutesprong. Het geeft hem een
A
kick
B
blessure

Slide 14 - Quizvraag

Sjors brengt zichzelf soms in gevaar met zijn ....... gedrag
A
roekeloos
B
waaghals

Slide 15 - Quizvraag

Hij is een echte
A
hindernis
B
waaghals

Slide 16 - Quizvraag

Op wtinersport ging hij in hoog
A
kick
B
tempo

Slide 17 - Quizvraag

Hij ging in hoog tempo de ............ af
A
piste
B
kick

Slide 18 - Quizvraag

Maar hij zag de ....... niet. Er stond een schuurtje midden in de sneeuw. Gelukkig kon hij er net langs.
A
piste
B
tempo

Slide 19 - Quizvraag

'Wat een ...... !' riep hij
A
piste
B
kick

Slide 20 - Quizvraag

Hard skiën, dat kan ik iedereen ....................
A
aanbevelen
B
roekeloos

Slide 21 - Quizvraag