In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Schrijf op!
Slide 1 - Tekstslide
Wat is het verschil tussen een weerlegging en een tegenargument?
Slide 2 - Open vraag
De ouders van Nikki zullen met kerst waarschijnlijk niet gourmetten, want ze zijn een jaar geleden vegetariër geworden.
A
Waarderende uitspraak
B
Feitelijke uitspraak.
Slide 3 - Quizvraag
A. De meeste docenten spreken niet zo goed Engels. B.Het is beter om op het hbo de lessen in het Nederlands te geven.
A
standpunt
B
standpunt
C
Slide 4 - Quizvraag
A. Opstappen op een herenfiets is moeilijker dan op een damesfiets. B. Voor de stevigheid van het frame is een stang ook niet meer nodig: C. de klassieke herenfiets zal daarom verdwijnen.
A
standpunt
B
standpunt
C
standpunt
Slide 5 - Quizvraag
Zet de volgende argumentatie in een blokjesschema.
Onderschikkende argumentatie met nevenschikkende argumenten.
Slide 6 - Tekstslide
Ik kijk nu al uit naar de tijd na mijn eindexamen, want dan gaan er een hoop leuke dingen gebeuren: op kamers wonen, de opleiding van mijn dromen volgen en veel nieuwe mensen ontmoeten.
Slide 7 - Tekstslide
Ik kijk nu al uit naar de tijd na mijn eindexamen
want dan gaan er een hoop leuke dingen gebeuren
op kamers wonen
de opleiding van mijn dromen volgen
en veel nieuwe mensen ontmoeten
Slide 8 - Tekstslide
Pak de theorie 'argumentatieschema's'
Slide 9 - Tekstslide
Ik vrees dat de leerkrachten in het basisonderwijs niet de gewenste loonsverhoging zullen krijgen, want de leraren op de middelbare scholen kregen het ook niet.
A
Argumentatie op basis van oorzaak en gevolg
B
Argumentatie op basis van kenmerk of eigenschap
C
Argumentatie op basis van vergelijking
D
Argumentatie op basis van voor- en nadelen
Slide 10 - Quizvraag
Het is gezond om twee keer in de week vis te eten. Dat bleek uit een onderzoek van afgelopen januari.
A
Argumentatie op basis van voorbeelden
B
Argumentatie op basis van vergelijking
C
Argumentatie op basis van autoriteit
D
Argumentatie op basis van oorzaak en gevolg
Slide 11 - Quizvraag
De maximumsnelheid moet omlaag. Dat levert minder verkeersslachtoffers op en het is goed voor het milieu.
A
Argumentatie op basis van voor- en nadelen
B
Argumentatie op basis van autoriteit
C
Argumentatie op basis van kenmerk of eigenschap
D
Argumentatie op basis van voorbeelden
Slide 12 - Quizvraag
Maak opdracht 3+ 4 blz 207 HAVO
klaar? -> maak de oefentoets!
Slide 13 - Tekstslide
Jongeren leren het beste omgaan met social media wanneer hun ouders meekijken
Slide 14 - Tekstslide
Bedenk een argument
voor en tegen.
Slide 15 - Tekstslide
Ouders mogen hun kind niet helpen met huiswerk
Slide 16 - Woordweb
Bedenk een weerlegging
Slide 17 - Woordweb
Jongeren leren het beste omgaan met social media wanneer hun ouders meekijken