Leeg westen, vol oosten
► In China wonen 1,4 miljard mensen. De bevolkingsspreiding is erg ongelijk. Het oosten is dichtbevolkt, het westen dunbevolkt door ongunstige natuurlijke factoren: woestijnen (te droog) en bergen (te hoog, te koud).
● In China zijn grote verschillen in neerslag. In het zuidoosten valt de meeste regen. Richting het noordwesten wordt het steeds droger.
● Een groot deel van China is bergachtig. Het reliëf lijkt op een trap met drie treden:
■ Hoogland van Tibet (Tibetaans Hoogland) op zo’n 4.500 m hoogte. Landschap: toendra met altijd bevroren ondergrond. Het is het brongebied van grote rivieren.
■ Hoogvlakten van 1.000 tot 2.000 m hoog met woestijnen, steppen en akkerbouwgebieden.
■ Laagvlakte (0 tot 200 m) met delta’s van grote rivieren. Het is een dichtbevolkt, verstedelijkt gebied.
Bevolkingspolitiek
► Chinese bevolkingspolitiek: maatregelen om het aantal en de spreiding van de bevolking te veranderen.
● Tussen 1979 en 2015: eenkindpolitiek. Het bevolkingsdiagram van China laat zien dat het aandeel 65-plussers in de bevolking stijgt: vergrijzing. Dat komt door een daling van het aantal kinderen en een stijging van de levensverwachting.
■ Sinds 2015: twee kinderen toegestaan. Maar Chinezen zijn gewend aan kleine gezinnen. De opleiding van kinderen is duur. En een groot gezin is lastig te combineren met werk.
● Bij bevolkingspolitiek gaat het ook over de spreiding van de bevolking. De regering wil de bevolking beter verdelen over het land door migratie vanuit het oosten naar het westen.
Etnische minderheden
► In het volle oosten wonen Han-Chinezen die de Chinese taal spreken en Chinese leefgewoonten hebben. In het lege westen wonen andere etnische groepen, met een eigen cultuur. Ze zijn in de minderheid in China. Je noemt ze etnischeminderheden maar in de dunbevolkte woestijn- en berggebieden in het westen, noorden en zuiden zijn ze in de meerderheid.
● Minderheidsgebieden verchinezen. De massale migratie van Han-Chinezen brengt welvaart en Chinese cultuur. Nadeel: achterstelling oorspronkelijke bevolking. Zij krijgen de mindere baantjes en verliezen hun eigen cultuur. De regering treedt streng op tegen kritiek en protesten.
■ Voorbeeld: de Oeigoeren, een Turks steppevolk. Hun taal: Oeigoers, hun godsdienst: islam.