Zelf aan de slag met doel 6 - (2.2 einde Atheense democratie) (20 min)
Bespreken doel 7 (2.3) (10 min)
Testvraag leerdoel leerdoel 1 (5 min)
Slide 1 - Tekstslide
2.2 De Atheense democratie en hoe deze verdween- les 1 - V2
Tijdvak 2 Grieken & Romeinen (3000 v.Chr. tot 500 n.Chr.)
CSB
Slide 2 - Tekstslide
Samenwerking met jouw schouderpartner: hieronder zie jij vijf bestuursvormen die voor kwamen in Griekse stadstaten, te weten: monarchie, aristocratie, tirannie, democratie & oligarchie Overleg op fluistertoon, één van jullie noteert de betekenissen van de begrippen, schrijf jullie beide namen op.
Slide 3 - Open vraag
5. Jij kunt een beschrijving geven van vier verschillende manieren waarop een Griekse stadstaat bestuurd kon worden.
Politiek: manier waarop een land of en stad besluiten neemt.
Monarchie: Erfelijke koning aan de macht
Aristocratie: Een groep rijke edelen (mannen) die om de beurt in spraak hebben.
Tirannie: Eén man die alle macht gegrepen heeft. (Niet erfelijk!)
Democratie: Volk had de macht
Oligarchie: kleine groep mannen, hoeven geen edelen te zijn.
5. Jij kunt een beschrijving geven van vier verschillende manieren waarop een Griekse stadstaat bestuurd kon worden.
Begrippen
Politiek
Monarchie,
Aristocratie,
Oligarchie,
Tirannie
Democratie
Verschillende staatsvormen
Politiek: manier waarop een land of en stad besluiten neemt.
Monarchie: erfelijke koning aan de macht
Aristocratie: een groep rijke edelen (mannen) die om de beurt in spraak hebben.
Tirannie: Eén man die alle macht gegrepen heeft. (Niet erfelijk!)
Democratie: Volk had de macht
Oligarchie: kleine groep mannen, hoeven geen edelen te zijn.
Samenvatting in vijf regels van 2.2 Verschillende staatsvormen
Slide 6 - Tekstslide
6. Jij kunt uitleggen hoe de Atheense democratie ongeveer werkte en waardoor die anders dan de democratie in Nederland nu is. (blz. 76 & 77)
Lees blz. 75/76 De Atheense democratie.
Je gaat nu zelf een schema maken
Neem leerdoel 5 over in jouw cornell-schema van paragraaf 2.2
Je hebt opdracht 8 op blz. 77 in jouw werkboek gemaakt.
Neem de kloppende zinnen over in jouw Cornell-methode achter leerdoel 5.
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
H2. De Grieken
2.2.Atheense politiek
6. Jij kunt uitleggen hoe de Atheense democratie ongeveer werkte en waardoor die anders is dan de democratie in Nederland nu is. (blz. 76 & 77)
Begrippen
Volksvergadering
Ostracisme
Werking Atheense democratie:
Samenvatting in vijf regels van 2.2
Slide 9 - Tekstslide
H2. De Grieken
2.2.Atheense politiek
6. Jij kunt uitleggen hoe de Atheense democratie ongeveer werkte en waardoor die anders is dan de democratie in Nederland nu is. (blz. 76 & 77)
Begrippen
Volksvergadering
Ostracisme
Werking Atheense democratie:
De volksvergadering: nam in Athene besluiten over allerlei belangrijke besluiten. bijv. over oorlog, en wetten) Iedereen met burgerrecht mocht hier aan deelnemen.
Raad van 500: bereiden voorstellen voor nieuwe wetten voor. Werden door jaarlijkse loting gekozen.
Dagelijkse leiding: elke maand werden 50 nieuwe mannen uitgekozen om die maand de dagelijkse leiding te nemen.
Een officiële bijeenkomst van het volk, waar politieke besluiten worden genomen.
In de Atheense democratie is er de mogelijkheid om een politicus weg te kunnen stemmen, deze wordt voor tien jaar verbannen
Het twee onderdeel van leerdoel 5 is; de verschillen die er zijn tussen de Atheense democratie en de Nederlandse democratie van nu
Lees de laatste twee alinea's van Atheense democratie (blz. 76) en schrijf vijf verschillen op in jouw cornell-schema.
Samenvatting in vijf regels van 2.2
Slide 10 - Tekstslide
H2. De Grieken
2.2.Atheense politiek
6. Jij kunt uitleggen hoe de Atheense democratie ongeveer werkte en waardoor die anders is dan de democratie in Nederland nu is. (blz. 75 & 76)
6. Jij kunt uitleggen hoe de Atheense democratie aan zijn einde kwam.
De vijf verschillen die er zijn tussen de Atheense democratie en de Nederlandse democratie van nu:
Samenvatting in vijf regels van 2.2
1. In NL (2024): 150 gekozen politici die voor hun werk beslissingen nemen namens het Nederlandse volk. In Athene deden Grieken naast hun eigen werk zelf mee aan het bestuur.
2. IN NL (2024): om die vier jaar mogen Nederlanders stemmen op mensen die de besluiten gaan nemen (tweede kamerleden). In Athene mochten alle burgers meebelissen door stemming.
3. IN NL (2024): elke vier jaar een nieuwe groep die bestuurt (de regering). In Athene: om de maand een andere dagelijkse leiding.
4. NL (2024): mogen vrouwen deelnemen. In Athene: mochten geen vrouwen deelnemen.
5. NL (2024): Politici mogen niet verbannen worden. In Athene: mocht dat wel
Beschrijf wat er gebeurde in:
500 v.Chr. / 350 v. Chr. / 336 v. Chr. en 323 v. Chr.