3 vwo 4.5 Woorden (herhaling)

4.5 Woorden
3 vwo
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

4.5 Woorden
3 vwo

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
-Ik kan achter de betekenis van nieuwe woorden komen door de moeilijke woordenwijzer (woordraadstrategieën) te gebruiken.
- Ik kan de betekenis van nieuwe woorden geven. 
- Ik kan nieuwe woorden gebruiken in teksten die ik schrijf.
- Ik kan uitleggen wat schooltaalwoorden zijn.
- Ik kan de betekenis geven van schooltaalwoorden.
- Ik kan schooltaalwoorden herkennen en gebruiken. 


Slide 2 - Tekstslide

Wat kun je doen met de moeilijke woordenwijzer?

Slide 3 - Woordweb

Moeilijke woordenwijzer 
1. Zoek een synoniem.
2. Zoek een omschrijving of definitie.
3. Zoek een voorbeeld. 
4. Zoek een tegenstelling. 
5. Zoek een bekend woorddeel.
6. Bekijk (eventueel) de afbeelding.
Als het met deze strategieën niet lukt, mag je natuurlijk ook het woordenboek gebruiken.

Slide 4 - Tekstslide

tot dusverre (geef de betekenis)

Slide 5 - Open vraag

het potentieel (geef de betekenis)

Slide 6 - Open vraag

alternatief (maak een zin)

Slide 7 - Open vraag

iconisch (maak een zin)

Slide 8 - Open vraag

Geef een voorbeeld van een hyperbool.

Slide 9 - Open vraag

Stijlfiguren: hyperbool

Als je overdrijft, gebruik je een hyperbool.


Je zegt: 'Hij barst van het geld';

je bedoelt: 'Hij is rijk'.

Slide 10 - Tekstslide

Wat zijn de hyperbolen?
  1. Ik schaamde me dood toe hij dat zei.
  2. Ik heb me kapot gelachen om die grap.
  3. Ik sterf onderhand van de dorst.
  4. Peter stikte van de lach.
  5. Frits wordt gek van de jeuk.

Slide 11 - Tekstslide

Geef een voorbeeld van een eufemisme.

Slide 12 - Open vraag

Eufemisme
Een verzachtende uitdrukking-> niet spottend bedoeld is
  • voorkomen dat een mededeling hard of onaangenaam overkomt
  • bepaalde zaken fraaier over laten komen
  • DUS: op een verzachtende manier of nette manier onder woorden brengen van iets wat niet zo prettig of netjes is





Slide 13 - Tekstslide

Wat zijn de eufemismen?
  1. Wij hebben helaas onze hond moeten laten inslapen.
  2. Zij hebben de liefde bedreven.
  3. Hij heeft haast, want hij moet een grote boodschap doen.
  4. Op dit moment is hij werkzoekend.

Slide 14 - Tekstslide