palliatieve zorg

1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide


Slide 2 - Open vraag

Slide 3 - Tekstslide


Slide 4 - Open vraag

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Slide 7 - Tekstslide


Slide 8 - Open vraag

Palliatieve zorg is gericht op?
A
zo lang mogelijk blijven leven
B
kwaliteit van sterven
C
kwaliteit van leven
D
voorbereiden op een operatie

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Palliatieve zorg begint als het moment van sterven dichterbij komt?
A
Juist
B
Onjuist

Slide 12 - Quizvraag

terminale zorg is gericht op
A
zo lang mogelijk blijven leven
B
kwaliteit van sterven
C
kwaliteit van leven
D
stervensbegeleiding

Slide 13 - Quizvraag

Wat is het verschil tussen palliatieve zorg en terminale zorg?

Slide 14 - Open vraag

Slide 15 - Tekstslide

Bij mw. Karels wordt het overlijden binnen twee dagen verwacht. Welk soort zorg krijgt zij waarschijnlijk?
A
Palliatieve zorg
B
Terminale zorg

Slide 16 - Quizvraag

Meneer A. zal niet meer genezen van zijn ziekte, de zorg richt zich op het wegnemen van zijn pijn.
Welke soort zorg krijgt hij?
A
Palliatieve zorg
B
Terminale zorg

Slide 17 - Quizvraag

Word er in de palliatieve fase nog een bloedonderzoek uitgevoerd?
A
Nee, te belastend voor de cliënt in de palliatieve fase
B
Ja, bij het opeens niet goed voelen van de cliënt

Slide 18 - Quizvraag

Binnen de palliatieve zorg zal er nooit een Hypodermoclyse worden gegeven?

A
juist
B
onjuist

Slide 19 - Quizvraag

Slide 20 - Tekstslide