English - 13/01/21

English 13-01-21
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

English 13-01-21

Slide 1 - Tekstslide

Today
Planning
Quizlet
Repetition
Grammar
Exercises

Slide 2 - Tekstslide

Planning
Wednesday January 20th
Toets unit 3 New York
Leer de woordjes, de grammatica en bestudeer de expressions
Studybox blz 119 t/m 125

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

Present simple - ontkenningen
Afgelopen Maandag hebben we het gehad over ontkenningen in de tegenwoordige tijd:
  • Ik loop niet naar school
  • I don't walk to school
  • (ik doe niet lopen naar school)
  • Hij werkt niet op zaterdag
  • He doesn't work on Saturday
  • (Hij doet niet werken op Zaterdag)

Slide 5 - Tekstslide

Sarah .......(feel) like going to school.
A Don't feel
B Doesn't feel
C Feels not

A
A
B
B
C
C

Slide 6 - Quizvraag

They ........ (want) to get up early in the morning.
A do not want
B does not want
C want not
A
A
B
B
C
C

Slide 7 - Quizvraag

The sun ......... always (shine) in Greece.
A Do not shine
B Doesn't shine
C Shines not

A
A
B
B
C
C

Slide 8 - Quizvraag

The boy who is wearing blue jeans ........(look) like my brother.
A Does not look
B Don't look
C Look not
A
A
B
B
C
C

Slide 9 - Quizvraag

Goal
Na vandaag kan je ook vragen stellen in het Engels in de tegenwoordige tijd.
Bijvoorbeeld:
Loop jij elke dag naar school?

Slide 10 - Tekstslide

Vragen
Nederlands
  • Ik loop naar school
  • Loop ik naar school?

  • Hij werkt op zaterdag
  • Werkt hij op zaterdag?

Slide 11 - Tekstslide

Vragen
Engels
  • I walk to school
  • Do I walk to school?
  • (Doe ik lopen naar school?)

  • He works on Saturday
  • Does he work on Saturday?
  • (doet hij werken op Zaterdag?)

Slide 12 - Tekstslide

Overzicht
I
work
Do I work?
you
work
Do you work?
he
works
Does he work?
she
works
Does she work?
it
works
Does it work?
we
work
Do we work?
you
work
Do you work?
they
work
Do they work?

Slide 13 - Tekstslide

.......... you like to go out?
A Does
B Do
A
A
B
B

Slide 14 - Quizvraag

........... he have a cat?
A Does
B Do
A
A
B
B

Slide 15 - Quizvraag

........... your brother go out a lot?
A Does
B Do
A
A
B
B

Slide 16 - Quizvraag

......... your uncle visit you on your birthday?
A Does
B Do
A
A
B
B

Slide 17 - Quizvraag

....... your laptop work without problems?
A Does
B Do
A
Does
B
Do

Slide 18 - Quizvraag

Exercises
3.5 writing Exercise 6, 7, 8, 9

Voor opdracht 9: hier twee voorbeelden:
(?) you - work- this weekend
Do you work this weekend?

(-) She - like - vegetables
She does not like vegetables



Slide 19 - Tekstslide

Ik weet nu hoe ik een vraag moet stellen in de present simple
Yes
No

Slide 20 - Poll

See you next Friday

Slide 21 - Tekstslide