Levensloop H6 en H7
1 / 27
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Welke vormen van inkomen krijg je na je pensioenleeftijd?
Slide 3 - Open vraag
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Geef kort het verschil aan tussen kapitaaldekkingsstelsel en omslagstelsel.
Slide 9 - Open vraag
Geef kort het verschil aan tussen welvaartvast en waardevast?
Slide 10 - Open vraag
Bij het omslagstelsel ...
A
betaalt iedereen voor zichzelf
B
zijn uitkeringen waardevast
C
zijn uitkeringen welvaartsvast
D
is er sprake van verplichte solidariteit
Slide 11 - Quizvraag
AOW-uitkeringen worden betaald met gebruik van het omslagstelsel
A
Onjuist; dan zou je zelf voor je AOW betalen
B
Juist; de AOW'ers hebben zelf de premies betaald
C
Juist; de werkenden betalen de premies voor de huidige AOW'ers
D
Onjuist; AOW is gebaseerd op het kapitaaldekkingsstelsel
Slide 12 - Quizvraag
Welvaartvaste uitkeringen groeien mee met:
A
De rente
B
De nominale lonen
C
De inflatie
D
De Cao lonen
Slide 13 - Quizvraag
Pensioen is gebaseerd om het omslagstelsel
A
Juist
B
Onjuist
Slide 14 - Quizvraag
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Beschrijf in eigen woorden wat ruilen tussen generaties betekent?
Slide 20 - Open vraag
Welke generatie is kwetsbaarder voor "beroving" in de ruil tussen generaties
A
jongeren
B
ouderen
