2.3 De Braziliaanse economie

2.3 De Braziliaanse economie
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 31 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

2.3 De Braziliaanse economie

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
  1. Hoe heeft de Braziliaanse economie zich ontwikkeld tot die van een land in de semiperiferie?
  2. Hoe is de grote sociale en regionale ongelijkheid in Brazilië zichtbaar en te verklaren? 
  3. Met welk beleid probeert de Braziliaanse overheid de ongelijkheid te verklaren?    

Slide 2 - Tekstslide

Van vroeger naar nu

Brazilië is een land in de semiperiferie in het wereldsysteem: nog geen centrum, maar ook geen periferie meer.
‘jojo-economie’: perioden van economische bloei en economische crisis
Economie rond 1900: 
- plantages met koffie als belangrijkste exportproduct
- meeste mensen wonen op het platteland
- meeste mensen werken in de landbouw
Economie nu: - landbouw, mijnbouw en industrie
- productie van complexe medische apparatuur
- meeste mensen werken in de dienstensector



Slide 3 - Tekstslide

Economische bloei

 - bloeiperiode aan het begin van deze eeuw:
  - beroepsbevolking van 90 miljoen.
De inkomsten uit export stegen door wereldwijde economische groei.

Meer productie -> meer werkgelegenheid -> meer inkomen -> meer koopkracht -> grotere binnenlandse afzetmarkt




Slide 4 - Tekstslide

Economische bloei

Beschikbaarheid van veel goedkope energie.
- aardolie, suikerriet voor bio-ethanol, 
- waterkracht
- geen dure import, wel dure export

Andere ontwikkelingskenmerken waaraan je de bloeiperiode herkent:
- daling aandeel beroepsbevolking in de landbouw
- daling bijdrage landbouw aan bnp
- stijging score op de human development 
 index / VN- Ontwikkelingsindex

Slide 5 - Tekstslide

Economische neergang

Meerdere economische en politieke  crises sinds 2014

Minder export wanneer andere landen minder producten (kunnen) kopen
VB: huizenmarkt in China
Minder export -> minder productie ->minder banen -> lagere koopkracht
 ->minder afzet -> nog meer ontslagen
Na covid voorlopige toename van export, productie en werkgelegenheid. 
-  vraag is of dit doorzet

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Informele sector

- speelt een grote rol in de Braziliaanse economie.
- 33% van de Brazilianen in de  beroepsbevolking werkt (voor een deel)  informeel -> illegale goudmijn, straat- en  strandverkopers

Het werk in de informele sector wordt niet geregistreerd.
- Voordeel:+ geen belasting betalen
- Nadelen:- geen uitkering bij ziekte of  een ongeval
                 - onzekere inkomsten

Slide 8 - Tekstslide

Informele sector 
33 % is hier werkzaam
  • niet geregistreerd
  • geen vast inkomen
  • geen opleiding nodig
  • zelfbedacht


Voordeel werk informele sector: iedereen aan het werk levert minder sociale onrust op.
Nadeel: geen belastinginkomsten die kunnen worden geïnvesteerd in andere sectoren.

Slide 9 - Tekstslide

Aan de slag

 Maken volgende opdrachten van par. 2.3

1,2,3,4
timer
25:00

Slide 10 - Tekstslide

Sociale ongelijkheid

De sociale ongelijkheid in Brazilië is relatief groot.
- zowel in de steden als op het platteland door de economische bloeiperiode is de  inkomensongelijkheid afgenomen

De inkomensongelijkheid kun je weergeven met 
de Gini-coëfficiënt: 
0 = geen ongelijkheid100 = extreme ongelijkheid
 Brazilië: 47 in 2020

Slide 11 - Tekstslide

Sociale ongelijkheid

Met de Lorenzcurve kun je de sociale ongelijkheid weergeven:
- de rechte lijn geeft een volledig gelijke  inkomensverdeling aan: 
10% van de bevolking verdient 10% van het inkomen
- hoe krommer de lijn, hoe groter de 
 inkomensongelijkheid
Brazilië: de rijkste 1% verdient bijna veertig keer
zo veel als de armste 50% bij elkaar opgeteld.


Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Regionale ongelijkheid
Economische groei vindt vaak plaats in kernregio’s. (zuid en zuidoosten)
Ook de deelstaat van Brasília is welvarender door veel goedbetaalde overheidsbanen.

Waarom?

Daar zijn de meeste agglomeratievoordelen (=voordelen van vestiging in een grote stad)

Slide 17 - Tekstslide

Kernregio: Sao Paulo, Rio de Janeiro en Belo Horizonte
(driehoek) 


 Heeft veel hoogwaardige
industrie (chemische, auto, vliegtuigen, staal) en diensten.

Slide 18 - Tekstslide

Kernregio interessant door 

  • Gunstige vestigingsfactoren: 
      - Goede infrastructuur
      - Sterke concentratie banken
      - Grote diverse arbeidsmarkt 
      - Goede afzetmogelijkheden
Het stedelijk netwerk is goed ontwikkeld
  • Probleem: gevolgen van economische crisis in het kerngebied het grootst

Slide 19 - Tekstslide

Regionale ongelijkheid

De andere deelstaten blijven achter.:
- veel armoede in het noordoosten en  noordwesten
- migratie naar de steden of 
naar het Amazonegebied voor een inkomen

Slide 20 - Tekstslide

Overheidsbeleid

Door sociaal beleid van de Braziliaanse overheid is de ongelijkheid jarenlang afgenomen:
- armere Brazilianen krijgen meer steun -> minder sociale ongelijkheid
- armere deelstaten krijgen meer steun -> minder regionale ongelijkheid
Bolsa Família: moeders ontvangen onder 2 voorwaarden geld van de overheid:
 1 scholing voor hun kinderen
 2 vaccinaties voor hun kinderen
- vele gezinnen uit de (extreme) armoede ontsnapt
- twee maaltijden per dag
- stenen huizen
- geen kinderarbeid meer op de  plantages


Slide 21 - Tekstslide

13,8 milj. gezinnen =
48 milj. inwoners 

Slide 22 - Tekstslide

Extreme armoede in Brazilië is afgenomen dankzij...?
Programma Bolsa Familia

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Overheidsbeleid

Niet alleen de ontvangers van de Bolsa Famiíia profiteren: in hun omgeving wordt meer geld uitgegeven.

Meer onderwijs + betere medische zorg = kinderen later meer kans op beter betaald werk
 Bolsa Famiíia stimuleert de sociale mobiliteit-> ontsnapping uit de armoedecyclus waarin veel families gevangen zaten sinds  de koloniale tijd

Slide 25 - Tekstslide

Sociale mobiliteit
  • Het vermogen om carrière te maken / 'op te klimmen in de samenleving'. Dus bijvoorbeeld dat je geboren wordt in een arm gezin, maar later toch kunt studeren en/of een goede baan kunt krijgen door hard te werken. 

  • Langzame stijging door economische groei
      

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Link

Sociale mobiliteit 
Alle landen in de top 10 zijn Europees, maar het zijn de Scandinavische landen die comfortabel bovenaan de ranglijst staan.

Denemarken heeft de titel van het meest sociaal mobiele land ter wereld, met een indexscore van 85,2. Als iemand in Denemarken in een gezin met een laag inkomen wordt geboren, schat het WEF dat het twee generaties duurt voordat hij een gemiddeld inkomen bereikt. Daarentegen zou iemand in Brazilië of Zuid-Afrika bij het huidige groeitempo negen generaties nodig hebben.

Slide 28 - Tekstslide

Vergelijk de twee cirkeldiagrammen 
Sociale klassen in de favela's 2002 en 2011.
Figuur 3.10: Verschillende etnische bevolkingsgroepen voor de Braziliaanse vlag.

Slide 29 - Tekstslide

Aan de slag

 Maken volgende opdrachten van par. 2.3

5,6,7
timer
10:00

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide