Les 13: oe of u

• NT2
• ANT2+
• Middelbare school
• vmbo lwoo
• Leerjaar 1

oe - u

oe

groep

stoel

snoer

groeien

boete

boef

boeg

boek

boel

boem

boen

boer

doek

doel

doem

doen

foef

goed

hoed

hoef

hoek

hoes

koek

koel

koen

loep

loer

moer

moes

moet

noem

poef

poel

poen

poep

poes

roek

roem

roep

roer

roes

roet

soep

soes

toen

toer

toet

voeg

voel

voer

voet

woef

zoek

zoem

zoen

zoet

Schrijf woorden met de klank "oe".

u

lus

muts

plus

bukken

lucht

buk

bul

bus

cup

duf

dun

dus

dut

fut

gul

gum

gup

hun

hup

hut

juf

juk

kun

kus

luk

lus

muf

mug

mul

nuk

nul

nut

puf

puk

pul

pup

pus

put

rug

ruk

rul

rum

rus

suf

sul

sus

tuf

tuk

vul

zul

zus

woorden met u

- Ik lees de zinnen voor.

- Vul in: oe of u.

- We kijken samen na.

(Blad op J-schijf in bestand

auditieve discriminatie.)

- Ik zeg een woord.

- Hoor je oe of u?

- Omcirkel het goede antwoord.

Voorbeeld 1: boek

Voorbeeld 2: zus

(Daarna het digibord uitzetten/bevriezen!)

(Blad op J-schijf in bestand

auditieve discriminatie.)

- Pak pen/potlood en papier.

- Schrijf een woord met de           klank.

- Als een klank vaker komt,             moet je steeds een nieuw           woord bedenken.

- We bespreken jullie woorden.

(Schrijf mee welke klanken je draait of laat de woorden op wisbordjes schrijven.)