In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wat is de naam van het gedeelte waar de nierslagader de nier binnenkomt en de nierader de nier weer verlaat?
A
Nierhalus
B
Nierhilus
C
Suprarenalis
D
Fascia renalis
Slide 2 - Quizvraag
Je nieren filteren je bloed, hoe heten de filters in de nieren?
A
Neuronen
B
Neuronitis
C
Nefronen
D
Nefrontalis
Slide 3 - Quizvraag
Loopt de nierslagader naar je nieren toe of van je nieren af?
A
naar je nieren toe
B
van je nieren af
Slide 4 - Quizvraag
Nieren
A
Nierschors: zitten miljoenen filtertjes
B
Niermerg: zitten miljoenen filtertjes
C
Nierbekken: zitten miljoenen filtertjes
D
Alle antwoorden zijn juist
Slide 5 - Quizvraag
Geeft getal 4 de linker nier of de rechter nier aan ?
A
Links
B
Rechts
Slide 6 - Quizvraag
De nierader loopt van de nier in de richting van de onderste holle ader.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 7 - Quizvraag
De buitenste laag van de nier wordt ...................................... van de nier genoemd
A
het niermerg
B
de nierschors
C
het nierkapsel
D
het niervlies
Slide 8 - Quizvraag
Wat doen de nieren?
A
Afvalstoffen uit het bloed halen
B
Zuurstof aan het bloed toevoegen
C
Voedingstoffen aan het bloed toevoegen
Slide 9 - Quizvraag
Eén van de rollen van de nieren is het maken van urine. Wat zijn andere functies van de nieren?
A
Produktie van hormonen, afbraak van bloedcellen
B
Regulatie van de bloeddruk, filteren van afvalstoffen
C
Filteren van afvalstoffen, afbraak van bloedcellen
D
Aanmaak van insuline, afbraak van bloedcellen
Slide 10 - Quizvraag
De filtratie van bloed in de nier vindt plaats in
A
Lis van Henle
B
Glomerulus
C
Het nierbekken
D
Distale buis
Slide 11 - Quizvraag
In welk gedeelte van een nefron (niereenheid) vindt de meeste terugresorptie van water uit de voorurine plaats, zodat de hoeveelheid urine beperkt blijft?
A
In de Lis van Henle
B
In het kapsel van Bowman
C
In het nierbuisje
D
In de glomerulus
Slide 12 - Quizvraag
Resorptie van nuttige stoffen uit de voorurine vindt onder andere plaats in
A
lis van Henle
B
Nierbekken
C
het kapsel van Bowman
D
antwoord a en c is goed
Slide 13 - Quizvraag
Welk symptoom verwacht je als de tubuli en Lis van Henle hun werk niet goed doen? (Terugresorptie van stoffen)
A
Vochtophoping
B
Vochttekort
Slide 14 - Quizvraag
Waar in de nier vindt ultrafiltratie plaats?
A
Glomerulus
B
Urineleider
C
Lis van Henle
D
Verzamelbuis
Slide 15 - Quizvraag
Waar ligt de lis van Henle?
A
Bijniermerg
B
Bijnierschors
C
Nierschors
D
Niermerg
Slide 16 - Quizvraag
De huid kent 3 lagen. Wat is de taak van de huid ?
A
bescherming tegen infecties
B
bescherming tegen uitdroging
C
regelen van temperatuur
D
alle bovenstaande antwoorden zijn goed
Slide 17 - Quizvraag
De huid voorkomt uitdroging. De huid blijft soepel door _____
A
Zweet
B
Vocht
C
Talg
D
Slijm
Slide 18 - Quizvraag
De huid:
De huid bestaat uit verschillende onderdelen. In welk deel liggen je zintuigen in de huid?
A
Hoornlaag
B
Kiemlaag
C
Lederhuid
Slide 19 - Quizvraag
Wat is de huid?
A
orgaan
B
weefsel
C
orgaanstelsel
D
cel
Slide 20 - Quizvraag
een donkere huid heeft een dikkere hoornlaag dan een blanke huid