H1.3 Regenten en stadhouders



De Gouden Eeuw in Nederland




BK 2 - Hst 1
1 / 51
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 51 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les



De Gouden Eeuw in Nederland




BK 2 - Hst 1

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Start van de les

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startopdracht
timer
2:00
Begrip
Betekenis
A. Compagnie
1. Verenigde Oost-Indische Compagnie, voer naar Zuidoost-Azië voor specerijen.
B. VOC
2. Naam van Nederland tussen 1588-1795, toen ons land een republiek was. 
C. WIC 
3. Handelsvereniging.
D. Stapelmarkt
4. West Indische Compagnie, voer naar Afrika en Amerika voor driehoekshandel (o.a. slavernij).
E. Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden
5. Plek waar producten tijdelijk worden opgeslagen om daarna te worden doorverkocht. 
Werk alleen. 
Maak de juiste combinaties tussen het begrip (At/m E) en de betekenis (1 t/m 5). Schrijf alleen de letters en cijfers op.

Slide 3 - Tekstslide

Startopdracht met herhaling vorige les. 
Startopdracht
Werk alleen. Vul de onderstaande tekst in. 
Kies uit: droogmakerij - rijk - handelaren - Antwerpen - handel - Schelde - schip - Amsterdam - grachtengordel
Ons land werd in de zeventiende eeuw enorm ...(1)... door de ...(2)... met Indië. De Republiek sloot de rivier de ...(3)... af. Geen ...(4)... kon meer bij ...(5)... komen. ...(6)... werd hierdoor de belangrijkste haven. Veel ...(7)... uit Antwerpen gingen in Amsterdam wonen. Hierdoor werd de ...(8)... gebouwd en kwamen er ...(9)... om voor meer voedsel te zorgen.
timer
2:00

Slide 4 - Tekstslide

Startopdracht met herhaling vorige les. 
Startopdracht
Antwoord:
Ons land werd in de zeventiende eeuw enorm rijk door de handel met Indië. De Republiek sloot de rivier de Schelde af. Geen schip kon meer bij Antwerpen komen. Amsterdam werd hierdoor de belangrijkste haven. Veel handelaren uit Antwerpen gingen in Amsterdam wonen. Hierdoor werd de grachtengordel gebouwd en kwamen er droogmakerijen om voor meer voedsel te zorgen.

Slide 5 - Tekstslide

Klassikaal herhalen en woorden laten opnoemen door bliksembeurten.
Deelvraag
Hoe werd de Republiek bestuurd?

Slide 6 - Tekstslide

Nieuwe paragraaf:
Hst 1.3 Regenten en stadhouders
Deelvraag: Hoe werd de Republiek bestuurd?
Leerdoelen
Aan het eind van deze les...
...kan je de begrippen uitleggen: republiek der Zeven Verenigde Nederlanden, Staten, Staten-Generaal, regent en stadhouder. (R)
...kan je de twee taken van de stadhouder benoemen. (T1)
...kan je in de stappen van stad naar land uitleggen hoe de Republiek werd bestuurd.
...kan je het verschil in bestuur uitleggen tussen de Staten en de Staten-Generaal. (T1)
...kan je een vergelijking maken met het bestuur van toen en nu. (T2)

Slide 7 - Tekstslide

Leerdoelen benoemen.
Wat is wat?
Dikgedrukt = een begrip
schuin = moeilijk woord

uitleg van begrip
Hierin staat de uitleg van het begrip. Schrijf het begrip en de betekenis op in je schrift.
uitleg van moeilijk woord
Hierin staat de uitleg van het moeilijke woord. Schrijf het op in je schrift.
uitleg
Hierin staat de uitleg over een bepaald onderwerp.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden
De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden was een land zonder koning.
De verschillende gewesten waren de baas en vergaderden in de Staten vergaderingen. 
Staten
Het bestuur van een gewest (provincie).
Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden
Naam van Nederland vanaf 1588 na de onafhankelijkheid van Spanje. 

Slide 9 - Tekstslide

Instructie Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Klassikaal opzeggen naam van Nederland toen. 

Misvatting: de naam van de Republiek. 
CVB vragen:
- Wat betekend het woord 'republiek'? 
- Wat is de naam van Nederland tussen 1588-1795?
- Waarom zijn er Zeven?

Indien:
+2/3 goede antwoorden: leerlingen aan elkaar laten uitleggen.
+1/2 goede antwoorden: aantal leerlingen herhalen het goede antwoord. Daarna nog een controlevraag stellen.
-1/2 goede antwoorden: uitleg herhalen, daarna nog een controlevraag. 

Hiermee controleer ik of de misvatting van de naam van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden is verholpen. 
De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden
Alleen voor zaken die voor alle gewesten belangrijk waren vergaderden ze samen. Dit noemen we de Staten-Generaal
  • Buitenlandse zaken
  • Leger
Staten-Generaal
Hoogste bestuur van de Republiek. Vergadering van de vertegenwoordigers van alle gewestelijke staten samen. 

Slide 10 - Tekstslide

CVB vragen:
- Over welke twee zaken gaan de Staten-Generaal?
- Wat zijn buitenlandse zaken?
- Wat bedoelen we met het 'leger'? Wat voor oorlog was er aan de hand in de Republiek?

Indien:
+2/3 goede antwoorden: leerlingen leggen het antwoord aan elkaar uit.
+1/2 goede antwoorden: klassikaal herhalen goede antwoord, daarna nog een CVB vraag.
-1/2 goede antwoorden: uitleg herhalen, daarna nog een CVB vraag. 
Hier zitten de vertegenwoordigers van de gewesten. De afgevaardigden die met elkaar vergaderen over verschillende buitenlandse zaken of de oorlogsvoering.
Hier zitten de personen met wie de vertegenwoordiger (van het gewest die in het midden zit) overlegd over bepaalde besluiten, voordat deze genomen worden. 
Deze vlaggen zijn van de verslagen vijanden van de Republiek. Het diende als troffee van de gewonnen veldslag of zeeslag.

Slide 11 - Tekstslide

Vertel de leerlingen over de Ridderzaal en dat daar de Staten-Generaal bijeen kwamen om te vergaderen over buitenlandse zaken en oorlogvoering. 

De spreuk op het wapenschild: In het Latijn luidt de spreuk ‘Eendracht maakt macht’ Concordia res parvae crescunt. Letterlijk vertaalt betekent dit: ‘Eendracht doet het kleine groeien’, maar in het Nederlands klinkt het rijmende ‘Eendracht maakt macht’ een stuk beter. 

CVB vragen:
- Hoe heet deze zaal?
- Welke vergadering zit hier?
- Hoe heeft deze zaal nu?

Indien:
+2/3 goede antwoorden: leerlingen aan elkaar laten uitleggen.
+1/2 goede antwoorden: goede antwoorden herhalen, daarna nog een CVB vraag stellen.;
-1/2 goede antwoorden: nog eens herhalen, daarna nog een CVB vraag stellen.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf over in je schrift
Bestuur Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden 
Staten-Generaal
Staten
Holland
Zeeland
Gelre (=Gelderland)
Groningen (en ommelanden)
Friesland
Utrecht
Overijssel
Steden
afgevaardigden
afgevaardigden
burgemeester

Slide 13 - Tekstslide

Leerlingen schrijven de schematische aantekening over in hun schrift. 

CVB vragen:
- Waaruit bestaat de Staten-Generaal?
- Wat zijn de Staten?
- Was de baan van burgemeester eerlijk gekozen? Leg uit waarom wel/niet.
- Wat is de naam van Nederland tussen 1588-1795?

Indien:
+2/3 goede antwoorden: leerlingen aan elkaar laten uitleggen.
+1/2 goede antwoorden: goede antwoorden herhalen, daarna nog een CVB vraag stellen.;
-1/2 goede antwoorden: nog eens herhalen, daarna nog een CVB vraag stellen.
Wat is de Staten-Generaal (toen)?
A
Een vergadering met de Eerste en Tweede Kamer.
B
Een vergadering met alle gewesten samen.

Slide 14 - Quizvraag

Herhaling thuis/hw
Hoe heette Nederland toen het een republiek was?
A
Republiek der Nederlanden.
B
Koninkrijk der Nederlanden.
C
Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden.
D
Republiek der Zeventien Verenigde Nederlanden.

Slide 15 - Quizvraag

Herhaling thuis/hw
Wat is een republiek?
A
Een land met een koning
B
Een land zonder koning
C
Een land met een keizer
D
Een land met een tsaar

Slide 16 - Quizvraag

Herhaling thuis/hw
Stadhouder vs. Raadspensionaris
In de Republiek waren twee belangrijke mensen: de stadhouder en de raadspensionaris. 
De stadhouder wilde zich graag bewijzen in een oorlog. Want dan kon je laten zien hoe goed je was. In tijden van vrede had hij weinig te doen. De stadhouder en de raadspensionaris hadden nog wel eens ruzie.

Slide 17 - Tekstslide

Instructie stadhouder en raadspensionaris. Verschil hiertussen benoemen.

Misvatting: 
Het door elkaar halen van de taak van de stadhouder en de taak van de raadspensionaris.
Schrijf over in je schrift
Bestuur Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden 
Staten-Generaal
Staten
Holland
Zeeland
Gelre (=Gelderland)
Groningen (en ommelanden)
Friesland
Utrecht
Overijssel
Steden
afgevaardigden
afgevaardigden
Stadhouder
Raadspensionaris
leider leger
Van Oranje
leider SG en
Buitenlandse Zaken
burgemeester

Slide 18 - Tekstslide

CVB vragen:
- Welke taak had de stadhouder?
- Uit welke familie kwam de stadhouder?
- Welke taak had de raadspensionaris?
- Uit welke familie kwam de raadspensionaris?

Indien:
+2/3 goede antwoorden: leerlingen aan elkaar laten uitleggen.
+1/2 goede antwoorden: goede antwoorden herhalen, daarna nog een CVB vraag stellen.;
-1/2 goede antwoorden: nog eens herhalen, daarna nog een CVB vraag stellen.
Schrijf over in je schrift
Bestuur Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden 
Staten-Generaal
Staten
Holland
Zeeland
Gelre (=Gelderland)
Groningen (en ommelanden)
Friesland
Utrecht
Overijssel
Steden
afgevaardigden
afgevaardigden
Stadhouder
Raadspensionaris
leider leger
Van Oranje
leider SG en
Buitenlandse Zaken
burgemeester

Slide 19 - Tekstslide

CVB vragen:
- Welke taak had de stadhouder?
- Uit welke familie kwam de stadhouder?
- Welke taak had de raadspensionaris?
- Uit welke familie kwam de raadspensionaris?

Indien:
+2/3 goede antwoorden: leerlingen aan elkaar laten uitleggen.
+1/2 goede antwoorden: goede antwoorden herhalen, daarna nog een CVB vraag stellen.;
-1/2 goede antwoorden: nog eens herhalen, daarna nog een CVB vraag stellen.
Bron: Schrilderij uit 1629. Je ziet Maurits van Oranje met zijn leger. Na de dood van zijn vader werd hij de nieuwe stadhouder.
Maurits van Oranje
Maurits was de tweede zoon van Willem van Oranje. Omdat de oudste zoon was overleden voor hun vader, nam Maurits de titel Stadhouder van zijn vader over. 
Maurits was erg goed in het aanvoeren van het leger. Hij bedacht allerlei tactieken om zijn lerger zo snel mogelijk te verplaatsen.  Zo bedacht hij bijvoorbeeld dat het handig was om onder de wielen van kanonnen houten planken te leggen. Zo kwamen deze niet vast te zitten in de modder. 

Slide 20 - Tekstslide

Herhalen beeldbron analyseren met stappen (leerjaar 1).
Regenten
In de gewesten hadden de regenten het voor het zeggen. Dat waren rijke bestuurders. Zoals burgemeesters of wethouders in een stad.
Voor zo'n baan hoefde je alleen uit de goede familie te komen. 
rergent
Bestuurder van een gewest (provincie).
gewest
provincie

Slide 21 - Tekstslide

Instructie:
Regenten en gewesten.

CVB vragen:
- Wie waren regenten?
- Noem een voorbeeld van een regent uit de Gouden Eeuw.
- Vind je het eerlijk hoe hij zijn baan kreeg?

Indien:
+2/3 goede antwoorden: leerlingen aan elkaar laten uitleggen.
+1/2 goede antwoorden: goede antwoorden herhalen, daarna nog een CVB vraag stellen.;
-1/2 goede antwoorden: nog eens herhalen, daarna nog een CVB vraag stellen.
Bevolking van de Republiek
Hele rijke mensen                                    Regenten
Rijke mensen                                                Handelaren, advocaten                                                                                          en notarissen
                                                                                      Ambachtslieden ,                                                                                                    met eigen winkel

Armen                                                                                 Ongeschoold

Slide 22 - Tekstslide

Tegelijkertijd met de leerlingen opdracht 6a invullen op blz. 14 van het werkboek (KGT) en blz. 19 (BK).

Daarna volgende dia laten overschrijven.

Bevolking van de Republiek
Hele rijke mensen                                    Regenten
Rijke mensen                                                Handelaren, advocaten                                                                                          en notarissen
                                                                                      Ambachtslieden ,                                                                                                    met eigen winkel

Armen                                                                                 Ongeschoold
Teken de piramide in je schrift

Slide 23 - Tekstslide

Over laten nemen in het schrift. 
CVB vragen:
- Leg het schema aan elkaar uit. 
- Welke mensen zijn de meest rijke mensen van de Republiek?
- Welke mensen hebben het het slechtst in de Republiek?

Indien:
+2/3 goede antwoorden: het antwoord aan elkaar uitleggen.
+1/2 goede antwoorden: laten herhalen door verschillende leerlingen, nog een CVB vraag stellen.
-1/2 goede antwoorden: nogmaals uitleggen, daarna nog CVB vraag stellen.

Slide 24 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Adolf en Catharina
  • Stap 1:
    Wat zie je op de afbeelding?
  • Stap 2:
    Welke personen zie je? 
  • Stap 3:
    Andere dingen die je ziet? 
  • Stap 4:
    Conclusie?

Slide 25 - Tekstslide

Herhaling stappen beeldbron analyseren (leerjaar 1).

Slide 26 - Link

Indien er tijd is, kan deze aflevering bekeken worden. 
HW: bekijk de aflevering van "welkom in de Gouden Eeuw: arm en rijk"
Waarover gaat de afleving?
A
Over rijke mensen
B
Over arme mensen
C
Over stinkende mensen
D
Over rijke en arme mensen

Slide 27 - Quizvraag

Herhaling thuis/hw
Wat aten de rijke mensen in die tijd?
A
Zalm
B
Tonijn
C
Zwaan
D
Rijger

Slide 28 - Quizvraag

Herhaling thuis/hw
Wat aten de arme mensen in die tijd?
A
Zalm
B
Tonijn
C
Zwaan
D
Rijger

Slide 29 - Quizvraag

Herhaling thuis/hw
Waar verdienden de rijke mensen heel veel geld mee?
A
Met de handel in graan.
B
Met de handel in specerijen.
C
Met de handel in kaarten.
D
Met de handel in tanden.

Slide 30 - Quizvraag

Herhaling thuis/hw
Hielden de Nederlanders rekening met de mensen die in Indië woonden?
A
Ja, anders ben je geen mens.
B
Ja, maar niet zo veel.
C
Nee, want waarom zou je.
D
Nee, want die mensen hadden geen leven.

Slide 31 - Quizvraag

Verdieping voor thuis/hw
Eens of oneens?
Vind je dat de Nederlanders de mensen in Indië goed hebben behandeld?

Slide 32 - Open vraag

Herhaling mening vormen en argumenteren leerjaar 1
Hoe duur was het poppenhuis van de rijke mevrouw?
A
10.000 gulden
B
15.000 gulden
C
20.000 gulden
D
30.000 gulden

Slide 33 - Quizvraag

Herhaling thuis/hw
Het poppenhuis van de rijke mevrouw is net zo duur als...
A
Een buitenhuis
B
Een grachtenpand
C
Een kerk
D
Een telefoon

Slide 34 - Quizvraag

Herhaling thuis/hw
Hoe heette de politie in de Gouden Eeuw?
A
De kikkers
B
De rakkers
C
De kevers
D
De schepenen

Slide 35 - Quizvraag

Herhaling thuis/hw
- herhaling ME leerjaar 1
Wie was Johan de Witt?
A
Hij was een rakker
B
Hij was een rijke burger
C
Hij was een politicus
D
Hij was een schipper

Slide 36 - Quizvraag

Verdieping naam van de school.
HW
Wat gebeurde er met Johan de Witt?
A
Hij werd vrijgelaten uit de gevangenis.
B
Hij werd vermoord door burgers.
C
Hij werd gestoken met een mes, maar overleefde de aanval.
D
Hij trouwde met zijn vrouw.

Slide 37 - Quizvraag

Verdieping naam van de school.
HW
Schrijf over in je schrift
Bestuur Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden 
Bestuur Nederland (nu)
Staten-Generaal
Staten
Holland
Zeeland
Gelre (=Gelderland)
Groningen (en ommelanden)
Friesland
Utrecht
Overijssel
Steden
afgevaardigden
afgevaardigden
Stadhouder
Raadspensionaris
leider leger
Van Oranje
leider SG en
Buitenlandse Zaken
burgemeester
Staten-Generaal
Koning
Eerste Kamer
Tweede Kamer
75 leden
150 leden
Minister-president/kabinet

Slide 38 - Tekstslide

Koppeling leggen met termen van nu.
Verschillen en overeenkomsten benoemen.

CVB vragen:
- Wie is nu het hoofd van Nederland?
- Met wie kan je (nu) de raadspensionaris vergelijken?
- Met wie kan je (nu) de rol van stadhouder vergelijken?
- Hoeveel leden telt de Staten-Generaal?
- Hoe kwam toen een regent aan een baan?
- Hoe komt iemand nu aan een baan?

Indien:
+2/3 goede antwoorden: leerlingen aan elkaar laten uitleggen.
+1/2 goede antwoorden: goede antwoorden herhalen, daarna nog een CVB vraag stellen.;
-1/2 goede antwoorden: nog eens herhalen, daarna nog een CVB vraag stellen.
Deelvraag
Hoe werd de Republiek bestuurd?
Vanaf 1588 gingen zeven gewesten verder als republiek. Zij noemden zichzelf De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Elk gewest had een apart bestuur. De afgevaardigden van elk gewest kwamen regelmatig bij elkaar in de Staten-Generaal, te Den Haag (Binnenhof). De voorzitter van deze vergadering was de raadspensionaris. Daar besloten ze over buitenlandse politiek, oorlog en een nieuwe versie van de Bijbel. Daarnaast had de Republiek een stadhouder. Hij had de leiding over het leger en was altijd familie van Willem van Oranje. De stadhouder en de raadspensionaris hadden vaak ruzie.Naast het landelijke bestuur waren burgemeesters en andere regenten belangrijk in de steden. Deze banen bleven ook vaak binnen één familie. Maar niet iedereen had het even goed in de Republiek. Je had een smalle rijke bovenlaag (regenten), daaronder de handelaren, advocaten en dokters. De onderste laag werd gevormd door ongeschoolde mensen en bedelaars.

Slide 39 - Tekstslide

Neem de leerlingen mee in het beantwoorden van de deelvraag. 
- Leerdoelen laten terugkomen.
Begrippen uit deze les
  • Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden
  • Staten
  • Staten-Generaal (toen/nu)
  •  Stadhouder
  • Regent
  • Eerste Kamer
  • Tweede Kamer

Slide 40 - Tekstslide

Leerlingen schrijven deze begrippen over aan het eind van hun schrift. (Dubbelgevouwen over de lengte.) Daarna de betekenissen van begrippen herhalen.
Jaartallen uit deze les
1588-1795: Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden
1533-1584: Willem van Oranje
1567-1625: Maurits van Oranje

Slide 41 - Tekstslide

Leerlingen schrijven de jaartallen bij op hun tijdlijn.
Wat is de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden?
A
De naam van Nederland vanaf 1588.
B
De naam van Nederland vanaf 1500.
C
De naam van Nederland vanaf 1600.
D
De naam van Nederland vanaf 1795.

Slide 42 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de Staten?
A
Dat zijn de vergaderingen van alle gewesten samen.
B
Dat is de vergadering van een gewest.
C
Dat is een vergadering van een stad.
D
Dat is een vergadering van een dorp.

Slide 43 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de Staten?
A
Dat zijn de vergaderingen van alle gewesten samen.
B
Dat is de vergadering van een gewest.
C
Dat is een vergadering van een stad.
D
Dat is een vergadering van een dorp.

Slide 44 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke taak heeft een stadhouder?
A
Hij heeft de leiding over de Staten-Generaal.
B
Hij heeft de leiding over een gewest.
C
Hij heeft de leiding over het leger.
D
Hij heeft de leiding over een stad.

Slide 45 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een regent?
A
Dat is een rijke burger.
B
Dat is een arme burger.
C
Dat is een hamburger.
D
Dat is iemand die regeert.

Slide 46 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 47 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Stel 1 vraag over de lesstof die je niet goed hebt begrepen.

Slide 48 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
Voor de volgende les:
  • Leer de begrippen: Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden, Staten, Staten-Generaal (toen/nu), stadhouder, raadspensionaris, regent, Eerste Kamer, Tweede Kamer.
  • Leer de aantekeningen in je schrift. 
  • Maak vraag 5, 6, 7 en 8 in je boek (hst 1.3)

Slide 49 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waren prins Frederik Hendrik en zijn vrouw rijk of arm in de Gouden Eeuw?
A
Zij waren rijk.
B
Zij waren arm.

Slide 50 - Quizvraag

Herhaling thuis/hw
Startopdracht
Werk alleen. Vul de onderstaande tekst in.
Kies uit: droogmakerij - rijk - handelaren - Antwerpen - handel - Schelde - schip - Amsterdam - grachtengordel
Ons land werd in de zeventiende eeuw enorm ... door de ... met Indië. De Republiek sloot de rivier de ... af. Geen ... kon meer bij ... komen. ... werd hierdoor de belangrijkste haven. Veel ... uit Antwerpen gingen in Amsterdam wonen. Hierdoor werd de ... gebouwd en kwamen er ... om voor meer voedsel te zorgen.
timer
2:00

Slide 51 - Tekstslide

Startopdracht met herhaling vorige les.