Veelgemaakte fouten betoog, spelling en correspondentie

Veelgemaakte fouten en extra uitleg

Betoog
Correspondentie
Spelling --> kahoot
Maar eerst.... een paar taalfoutjes!
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Veelgemaakte fouten en extra uitleg

Betoog
Correspondentie
Spelling --> kahoot
Maar eerst.... een paar taalfoutjes!

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Betoog
Veelgemaakte fouten en extra uitleg/herhaling

Slide 5 - Tekstslide

Sleep de juiste tekstdoelen naar de tekstsoorten.
Overtuigen
informeren
opiniëren 
Uiteenzetting
Beschouwing
Betoog

Slide 6 - Sleepvraag

Wat gaat vaak fout bij het schrijven van een betoog?
  1. Titel vergeten
  2. Aanleiding niet benoemen in inleiding
  3. Stelling niet letterlijk noemen in de inleiding
  4. Argument wel noemen, maar niet uitleggen en voorbeeld geven 
  5. Argument tegen stelling vergeten;
  6. Weerlegging vergeten
  7. Argument vóór stelling verwarren met vóór het onderwerp zijn
  8. Geen objectieve argumenten noemen, maar subjectieve argument (mening)
  9. in het slot met nieuwe informatie komen
  10. TAALFOUTEN!!!!!!!!

Slide 7 - Tekstslide

Herhaling: de opbouw betoog
Titel
Inleiding
Middelstuk:
- argumenten vóór jouw mening/standpunt
- argumenten tegen jouw mening: hoe anderen denken
- weerlegging: waarom anderen het verkeerd hebben
Slot 

Slide 8 - Tekstslide

Wanneer spreek je van een 'sterk en goed' argument?
meerdere antwoorden zijn goed
A
SExl-model toepassen
B
meer dan één zin
C
van één kant belichten
D
kort en bondig

Slide 9 - Quizvraag

Wat zijn onderdelen van het SExl-model?
Meerdere antwoorden zijn goed
A
State: vat in een korte zin je argument samen
B
Illustrate: geef een voorbeeld
C
Serious: wees serieus over je onderwerp
D
Explain: leg je argument uit. waarom?

Slide 10 - Quizvraag

Gebruik signaalwoorden
  • Geeft richting en duidelijkheid
  • Bevordert de leesbaarheid
  • Geeft structuur aan je betoog

Voorbeeld van een student -->

Slide 11 - Tekstslide

De weerlegging van argumenten tegen

Een argument dat laat zien dat een tegenargument zwak of onwaar is noemen we een weerlegging.

Je geeft aan dat een tegenargument toch niet klopt en dat jij dus gelijk hebt --> dit versterkt jouw geloofwaardigheid en je argumenten vóór

Slide 12 - Tekstslide

Een voorbeeld: weerlegging
Het is fijn dat de aarde opwarmt (stelling), 
want dan kunnen we in ons eigen land lekker veel zonnen (argument voor). Maar de kans dat je huidkanker krijgt, wordt daardoor wel een stuk groter (argument tegen). 
Als je je echter genoeg insmeert met zonnebrandolie en niet te lang in de zon blijft, is er niets aan de hand (weerlegging).

Slide 13 - Tekstslide

Correspondentie
Veelgemaakte fouten

Slide 14 - Tekstslide

Veelgemaakte fouten
  • opbouw --> welke gegevens bovenaan de brief?
  • adressering --> van buiten naar binnen
  • Onderwerp --> kleine letter en enkele woorden
  • afsluiting en ondertekening
  • niet goed lezen - informatie ontbreekt
  • bijlage wordt niet vernoemd en/of niet naar verwezen 
  • Schrijfwijze namen
  • Datering  

Slide 15 - Tekstslide

Welke gegevens zet je helemaal bovenaan de brief?
A
Afzender
B
Geadresseerde

Slide 16 - Quizvraag

MBO College Zuidoost
T.a.v. mevrouw Leever
Team ICT
Fraijelemaborg 135
1102 CV Amsterdam
A
Juist
B
Niet juist

Slide 17 - Quizvraag

Datering in een brief, wat is de juiste manier?
A
Hengelo, 15 oktober '20
B
HENGELO, 15 oktober 2020
C
Hengelo, 15-10-2020
D
Hengelo, 15 oktober 2020

Slide 18 - Quizvraag

Met vriendelijke groet,


Anita Vermeer
ROC van Twente Secretariaat
A
Juist
B
Niet juist?

Slide 19 - Quizvraag

Opbouw
Zorg altijd voor minimaal 3 alinea's:
1: inleiding: aanleiding voor schrijven --> begin NOOIT met 'ik'.
2: kern: uitwerking van de inleiding --> geef details, maar let op: alleen relevante informatie
3: slot: wat wil je? Vraag om een reactie 

Slide 20 - Tekstslide

Waar in de brief vermeld je de bijlage?
A
In de brief zelf
B
Onderaan de brief
C
in de brief zelf en onderaan de brief
D
Je hoeft een bijlage niet te vermelden

Slide 21 - Quizvraag

Spelling
Oefening in Kahoot - zelfstandig
https://kahoot.it/challenge/08823001?challenge-id=5253c799-c356-44dc-b6d0-38cbff56cace_1603350377619 

Klaar: oefenexamen maken! zie Teams

Slide 22 - Tekstslide