8.2 deel 2 en 8.3

We maken een kringetje van jongens en van meisjes..
Planning vandaag: Hoofdstuk 8: §2, 3
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 25 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

We maken een kringetje van jongens en van meisjes..
Planning vandaag: Hoofdstuk 8: §2, 3

Slide 1 - Tekstslide

Vorige lessen
Voedselketen en voedselweb
Energiestromen
Piramide van biomassa
Deel van de koolstofkirngloop

Slide 2 - Tekstslide

Voedselketen

Slide 3 - Tekstslide

Energiestromen
Binas 93A

Slide 4 - Tekstslide

Energiestroom in ecosysteem

Slide 5 - Tekstslide

Piramide van aantallen
Piramide van biomassa

Slide 6 - Tekstslide

Deze les
Verder met de koolstofkringloop en stikstofkringloop
Leren gebruiken van de BINAS tabellen 93F en 93G

Slide 7 - Tekstslide

Voedselkringloop
Koolstofkringloop
Afval-
eters

Slide 8 - Tekstslide

Snelle koolstofkringloop

Slide 9 - Tekstslide

Langzame koolstofkringloop

Slide 10 - Tekstslide

Koolstofkringloop in het water
93F

Slide 11 - Tekstslide

Versterkt broeikaseffect

Slide 12 - Tekstslide

Het versterkte broeikaseffect
  • Broeikasgassen houden warmte in de atmosfeer vast
  • Door verbranden van fossiele brandstoffen meer uitstoot van broeikasgassen
  • Gevolg; een versterkt broeikaseffect en hierdoor een opwarming van de aarde 

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Het versterkt broeikaseffect verandert het klimaat

Slide 15 - Tekstslide

Koolstofkringloop
BINAS 93F
Stikstofkringloop
BINAS 93G

Slide 16 - Tekstslide

Stikstof
  • Waarvoor hebben organismen stikstof nodig?


  • Hoe zit de stikstofkringloop 
in elkaar?

Slide 17 - Tekstslide

Stikstof nodig?
  • Vloeibare stikstof
  • In natuur als N2 (g) (lucht 78% N2)

Stikstof is nodig voor aminozuren.

En aminozuren zitten weer in DNA, eiwitten, chlorofyl.

Belangrijke bouwstof dus!

Slide 18 - Tekstslide

Gebruikelijke route
(vergelijk met BINAS 93G)
A: Planten nemen nitraat (NO3-) op.
B: Er vindt stikstofassimilatie plaats
     vorming aminozuren (voortgezette assim)
C: Dier eet plant, verteert en assimileert eigen        organische stoffen.
D: Bij dissimilatie komt ureum vrij. 
E: Rottingsbacterien breken ureum af tot NH3
F: NH3 lost in (grond)water op tot NH4+
G: Nitrietbacterien zetten NH4+ om in NO2-
H: Nitraatbacterien zetten NO2- om in NO3-


Slide 19 - Tekstslide

Bijzondere route
Sommige bacteriën kunnen ammoniak (NH3) omzetten in N2(g). 
Gevolg: bodem minder voedselrijk voor planten.

Weer andere bacteriën kunnen N2 (g) omzetten in NH3 (zie afb. 29).
Gevolg: bodem voedselrijker.
!! Groenbemesten

Slide 20 - Tekstslide

Andere routes
'Verstorende' routes:
- NO3-  > NH4+    ammonificatie
- NO3- > N2 (g)    denitrificatie

Er kan stikstof (tijdelijk) verloren gaan via:
- uitspoeling in de bodem (NH4- en NO3-)  
- vervluchtiging (NH3)

Slide 21 - Tekstslide

Stikstofkringloop
  • Afbraak door reducenten (rotting) - anaeroob
  • Ammonificatie - anaeroob
  • Denitrificatie - anaeroob
  • Nitrificatie - aeroob (chemosynthese)

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Eutrofiëring vraag
Stappen van eutrofiëring: 
  • toevoeging kunstmest/voedingsstoffen aan het water
  • algenbloei die zonlicht waterplanten blokkeert
  • waterplanten gaan dood en algenbloei zorgt ook voor dode resten
  • reducenten breken dode resten af en verbruiken daarbij veel zuurstof.

Slide 24 - Tekstslide

Huiswerk
- Maken opdrachten 8.2: 24 t/m 28

Slide 25 - Tekstslide