VKL NED ET (les 1)

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 2

VKL NED ET

les 1

Wat leer je vandaag?

• Vandaag leer je moeilijke vaktaalwoorden uit jouw praktijk;
• Na deze les ken je de betekenis van deze woorden.

Welke soorten woorden zijn er?

• Algemene woorden; dit zijn woorden die je dagelijks tegenkomt (winkel, worden, klein, laat)
• Schooltaalwoorden; dit zijn woorden die je tegenkomt in studieboeken of in de uitleg van een docent (splitsen, afmeten, gelijkmatig, gemiddeld).
• Vaktaalwoorden; dit zijn woorden die je tegenkomt in het beroepenveld (component, bougie, reduceerventiel, weerstand).

In deze lessen ga je vaktaalwoorden leren om ze te begrijpen én te gebruiken!

Belangrijke tips!

• schrijf nieuwe woorden op (opschrijven = onthouden).
• vraag als iets niet duidelijk is.

Component

Schakelmateriaal

Hart op hart

Lus

Steeklas

Lasdop

Trekspanning

Veiligheidsnorm

Schema

Werkvolgorde

Positie

Bevestigen

Universele doos

Verdelen

Vaktaalwoorden van vandaag

Betekenis op de woordenlijst

Wat zie je hier?

1. Positie
2. Lus
3. Trekspanning
4. Component

Wat past bij het plaatje?

1. Steeklas
2. HOH
3. Hart op hart
4. Veiligheidsnorm

Wat zie je hier?

1. Universele doos
2. Universele lasdoos
3. Lasklem
4. Steeklas

Lasklem

Lus

Schema

Lasdop

01:42

Met een lasdop kun je ook draden verbinden.

Waar of niet waar?

1. Waar
2. Niet waar

01:42

Kun je ook zachte draad gebruiken voor een steeklas?

1. Ja
2. Nee

Wat is hier de HOH afstand van universele doos naar universele doos?

1. 4 cm
2. 40 cm
3. 400 cm
4. 0.4 cm

Welke woorden beschrijven de foto?

1. hamer - schakelmateriaal - werkvolgorde
2. schroevendraaier - schema - trekspanning
3. juniorzaag - schakelmateriaal - positie
4. schroevendraaier - schakelmateriaal - monteren

Schrijf de componenten op die je ziet op de foto

Wat is het tegenovergestelde van monteren?

1. Bevestigen
2. Gebruiken
3. Demonteren
4. Verdelen

Wat hoort bij onderstaande tekst?

Ik plaats beugels om de pvc-buis. Dit doe ik volgens de regels. Bijvoorbeeld na een bocht plaats ik binnen 10cm een beugel.

1. Verdelen
2. Buigen
3. Beginnen
4. Theorie

Wat hoort bij onderstaande tekst?

Voordat ik begin met mijn installatie op de wand moet ik eerst goed kijken waar ik de componenten monteer.

1. Testen
2. Positie
3. Uitbreiding
4. Buigen

Iets in elkaar zetten

1. Monteren
2. Trekspanning
3. Positie
4. Lus

Wat zie je hier?

Deze steeklas heb je nodig om een [ ... ] te maken.

1. Lasdop
2. Lasklem

Welk woord past erbij?

Om een buis op de muur te bevestigen, heb ik [ ... ] nodig.

1. Lasklemmen
2. Lasdoppen
3. Lussen
4. Beugels

Welk woord past op de lege plek?

Voordat ik de universele doos op de wand bevestig, bepaal ik eerst de [ ... ]

Welk woord hoort hierbij?

De elektriciteitsdraden mogen niet te strak gemonteerd worden.

Welk woord past op de lege plek?

Hierop kan ik zien hoe de elektrische wandinstallatie gemaakt moet worden.

1. Veiligheidsnorm
2. Schakelmateriaal
3. Werkvolgorde
4. Schema

Wat zie je hier?

Maak de oefeningen op de hand-out.

Wat  heb je vandaag geleerd?

• nieuwe vaktaalwoorden ( je begrijpt ze).
• Je kunt deze woorden nu gebruiken in spraak en geschrift. 

Noem 3 dingen die je vandaag geleerd hebt.

Wat vond je van deze les?

😒🙁😐🙂😃

Tot de volgende keer!