Examentraining Leesvaardigheid VMBO T

How to prepare for your English exam!

Tips and tricks
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavo, havo, vwoLeerjaar 4-6

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

How to prepare for your English exam!

Tips and tricks

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het recept
- Ken de signaalwoorden

-Ken je woordjes

- Ken de vraagsoorten

- Oefenen, oefenen, oefenen

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Signaalwoorden
Zorg dat je:
A) signaalwoorden herkent
B) weet welk verband ze aangeven
C) hoe je ze in een zin gebruikt
D) KORTOM: LEER DE SIGNAALWOORDEN!!!!!


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk signaalwoord/functiewoord hoort bij welk tekstverband? Sleep de goede antwoorden naar elkaar toe.
As well as
In short
To praise
To criticize
For instance
Uitbreiding/Opsomming
Gevolg/Conclusie
Ondersteunen (positief)
Tegenstelling
Voorbeelden

Slide 4 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

He should not be doing this job, ... he was not trained for it.
A
despite
B
however
C
since
D
such as

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk signaal woord in de tekst geeft een tegenstelling aan?

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Stappenplan
1. Scannen: Titel, plaatjes, intro, opvallende zaken zoals ; : (...) - Bepaal waar de tekst over gaat
LEES NIET DE HELE TEKST DOOR!!!
2. Lees de vraag: In welke alinea's moet je kijken? -> aanstrepen
3. Wat voor soort vraag is het? ABCD/gaten/open/bewering? Welke strategie hoort hierbij?
4. Volg de stappen die nu nog gaan komen.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4 Vraagsoorten
1. Gesloten vraag (mk/alinea, gap)
2. Voorgestructureerde vragen (combi/bewering/ordening)
3. Citeervraag
4. Open vraag

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Meerkeuzevraag: Stappenplan
Lees de vraag. Staat er nuttige informatie in de vraag? In het voorbeeld zie je dat je moet kijken in alinea 1 en 2. Verder staat er het woord relate in de vraag. We moeten dus op zoek naar een signaalwoord en uitzoeken om welk tekstverband het gaat.

Lees de mogelijke antwoorden. Onderstreep overal de kernwoorden. Ken je de NL vertaling niet? Zoek het woord op en schrijf de vertaling erbij.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Meerkeuzevraag (vervolgd)
0. Scan de tekst (titel, plaatjes, bron, opvallende zaken ; / : / (...)
1. Lees de relevante tekst (alinea 1+2), en niets meer!
2. Streep alle signaal- en functiewoorden aan
3. Haal de duidelijk foute antwoorden er tussenuit
4. Past het antwoord in het onderwerp van de tekst? (Je hebt vooraf gescand).
5. Kies je antwoord

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Question 4
Which of the following is in line with the main idea of paragraph 4? 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

What is the point made in paragraphs 1 and 2? 

Slide 12 - Tekstslide

Handout!
Beweringenvragen
Hoe herken ik de vraag? -> Meerdere stellingen, genummerd 1,2 etc.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stappenplan
  • Allereerst markeren we het stuk tekst waar we moeten zoeken.
  • Dan strepen we de zoektermen aan waar we mee gaan werken. Denk hierbij aan:
  • - Namen, plaatsen
  • - Alles wat je in een cijfer kunt uitdrukken (de meerderheid), en tijdsaanduidingen (vandaag de dag)
  • - Internationale woorden (discriminatie, autoriteit)
  • Bij stelling 1 zouden we bijvoorbeeld 'te warm' (meetbare temperatuur) en 'tegenwordig' (tijdsaanduiding) kunnen markeren.
  • Zoek naar signaalwoorden. Daar staat het antwoord in de buurt!

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Open vragen
Bij een open vraag is het belangrijk dat je de tijd neemt om de vraag goed te lezen.

De vraag zegt namelijk vaak al waar je moet zoeken en waar je op moet letten. 

Daarnaast staat er ook hoe je het antwoord moet opschrijven, bijvoorbeeld door te citeren, of met een of twee woorden, of in Nederlands. 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stappenplan
- Lees de vraag en markeer als dat kan het stuk tekst waar je het antwoord moet zoeken. Als er een citaat in de vraag staat markeer je dat. Het antwoord staat daar namelijk vrijwel altijd dichtbij.

- Daarna kijk je in de vraag wat ze precies willen weten. Vragen ze om een voorbeeld, een tegenstelling of toch een opsomming?

- Met het antwoord op de vorige vraag ga je zoeken naar signaalwoorden. Die dat tekstverband weergeven.

- Vlakbij het juiste signaal- of functiewoord zul je het antwoord vinden.

- Schrijf daarna het antwoord op volgens de instructies in het examen, waarbij de taaltekenregels niet vergeten moeten worden. 
Voorbeeld

Wat is volgens alinea 1 de belangrijkste oorzaak voor het krimpen van de
aantallen rode eekhoorns? 
Geef antwoord in het Nederlands. 

--> Je markeert alinea 1.
--> Ze zoeken een belangrijke oorzaak/reden
--> er is een vermindering in het aantal rode eekhoorns
--> Je moet in eigen woorden in het Nederlands antwoorden

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gatenvragen
Veel leerlingen vinden gatenvragen lastig, maar ze zijn niet zo moeilijk als je je (signaal)woorden kent!

Er zijn 2 soorten:
-gatenvragen met signaal-/functiewoorden 
Kan een gatenvraag zijn, maar ook bijvoorbeeld 'hoe verhoudt deze alinea zich tot de vorige'.
- echte gatenvragen


Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stappenplan: Signaal-/functiewoorden
- Lees de zin voor de gap (eventueel iets meer dan 1 zin). Lees ook de zin na de gap.

- Probeer te zien welk tekstverband er tussen deze twee zinnen zit. 

- Zoek daar je antwoord op uit.

- Werkt dit niet, kijk dan naar de antwoorden : Zit er een antwoord voor voorbeeld bij? Grote kans dat dat het juiste antwoord is. Anders mogelijk tegenstelling of opssomming.

- Werkt dit ook niet, vertaal de zinnetjes dan en kijk of een van de antwoordopties logisch klinkt.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeeld
Antwoorden: A But then
                            B Instead
                            C Similarly
                            D Therefore 

Ik lees voor de gap een voorbeeld van hoe beroemd Mr. Bean is. Hij wordt herkend in Frankrijk. Na de gap lees ik dat Mr. Bean herkend wordt door Chinezen. Het lijkt dus op een uitbreiding/opsomming.

Omdat ik mijn signaalwoorden heb geleerd weet ik nu dat het antwoord C moet zijn.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Echte gatenvragen
- Lees de zin voor de gap (eventueel iets meer dan 1 zin). Lees ook de zin na       de gap.
- Kijk of in die zinnen signaalwoorden staan, liefst in de buurt van de gap.
- Nog niet genoeg? Kijk of je een tegenstelling van een positieve zin en een       negatieve zin kunt vinden.
- Nog niet genoeg? Kijk of er een tegenstelling in de antwoorden te vinden         is,  bv. tussen A en B.
- Nog niet genoeg? Kies het antwoord dat het dichtst bij het onderwerp van       de tekst ligt.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeeld
Antwoorden: A annoying
B British
C funny
D international 
- In de zin voor de gap zie ik eerst een dubbele punt. Dat geeft  hier een voorbeeld aan. Dan volgt een opsomming met het woordje and vlak voor de gap. We zoeken dus een woord dat in dat rijtje past. 
- Achter de gap staat weer een dubbele punt.  Na een opsomming levert dit meestal een conclusie op. Die conclusie is dat Mr. Bean steeds meer een symbool van Groot-Britannië wordt. Met die kennis blijkt de opsomming misschien wel een verzameling karaktertrekken van de Britten.  Dat Britse moet echter wel nog echt benoemd worden.
Dus is het antwoord B

 

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Conclusie
Om een voldoende te halen moet je woordjes leren en trucjes kennen.

Weet wat het examen van je vraagt en je kunt genoeg vragen goed beantwoorden.

Oefening baart kunst!

Signaalwoorden, signaalwoorden, signaalwoorden!!!

Heel veel succes!

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies