In deze les zitten 46 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 90 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Heb je een dagboek gehad?
A
Ja
B
Nee
Slide 2 - Quizvraag
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Wie is pikachu?
A
Een voetballer
B
Een pokemon
C
Een artiest
D
Een schilder
Slide 8 - Quizvraag
Wie is van Gogh?
A
Een voetballer
B
Een pokemon
C
Een artiest
D
Een schilder
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Stel je voor: je bent eigenaar van het van gogh museum. Er zijn maar 75.000 pikachu kaarten en heel de wereld komt naar jou gebouw.
Wat voor probleem kan er ontstaan?
Slide 14 - Open vraag
Slide 15 - Tekstslide
Alleen de vragen
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Vraag 1. Wat is het onderwerp van je video (dit wordt je titel van je verslag)?
Slide 19 - Open vraag
Slide 20 - Tekstslide
Vraag 2. Kan je in 1 zin zeggen waar de video over gaat? (dit hoort bij je inleiding)
Slide 21 - Open vraag
Vraag 3. Wie praten er in de video? Is er iemand die vragen stelt? Wat voor soort mensen geven antwoord? (dit hoort bij de inleiding)
Slide 22 - Open vraag
Vraag 4. Waar speelt de video zich af? (dit hoort bij de inleiding)
Slide 23 - Open vraag
Slide 24 - Tekstslide
Vraag 5. Noem in een paar woorden wat van begin tot eind gebeurde in de video (in het verslag zelf schrijf je volle zinnen)
Slide 25 - Open vraag
Slide 26 - Tekstslide
Vraag 6. Wat vond je zelf van de situatie met de zeldzame Pokemon kaart in de video? Zou jij je Pokemon kaart verkopen? Vind je het normaal dat mensen zo ruzie maken erom in de winkel van het musuem? (dit is je conclusie)
Slide 27 - Open vraag
Slide 28 - Tekstslide
Het verslag zelf
Roep je docent
Slide 29 - Tekstslide
Slide 30 - Tekstslide
Wat is de structuur van een verslag? (Noem 5 onderdelen in goede volgorde)
Slide 31 - Open vraag
Slide 32 - Tekstslide
Slide 33 - Tekstslide
Slide 34 - Tekstslide
Slide 35 - Tekstslide
Slide 36 - Tekstslide
Welke 4 w-vragen beantwoord je in de inleiding voor de lezer?