Basisstof 6 Planteneters, vleeseters en alleseters 3HA

Planteneters, vleeseters en alleseters
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Planteneters, vleeseters en alleseters

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  • Quiz
  • Filmpje/opdracht
  • Zelfstandig werken



Slide 2 - Tekstslide

Doel
Aan het eind van de les
- Kan je de delen van een tand of kies benoemen.
- Kan je het verband aangeven tussen de voedselkeuze, de lengte van het darmkanaal, en de kenmerken van de tanden en kiezen. 

Slide 3 - Tekstslide

Wat zijn enzymen?
A
een soort bacterie
B
een schimmel
C
een mineraal
D
speciale eiwitten

Slide 4 - Quizvraag

Waarvan is de enzymactiviteit afhankelijk?
A
Temperatuur
B
pH
C
Zowel A als B

Slide 5 - Quizvraag

Wat is een voedingsmiddel?
A
De bruikbare bestandsdelen
B
Een product die je eet of drinkt

Slide 6 - Quizvraag

Noem de 6 voedingsstoffen

Slide 7 - Open vraag

Wat is grondstofwisseling?
A
De stofwisseling van een lichaam in beweging
B
De stofwisseling van een lichaam in rust
C
De stofwisseling van een lichaam bij sport
D
De stofwisseling bij een dood lichaam

Slide 8 - Quizvraag

Noem de vaste volgorde van het verteringsstelsel

Slide 9 - Open vraag

Hoe noemen we de bewegingen waarmee voedsel door de darm wordt verplaatst?
A
Peristaltische beweging
B
Periodieke beweging
C
Spierbeweging

Slide 10 - Quizvraag

Een voorbeeld van verteringssappen zijn
A
Alleen speeksel
B
Alleen maagsap
C
Speeksel én maagsap
D
Geen van beide

Slide 11 - Quizvraag

Basisstof 6: Tanden
Het deel dat buiten de kaak
uitsteekt is de kroon.

Met een of meer wortels zitten
tanden en kiezen in de kaak
bevestigd


Slide 12 - Tekstslide

Gebit
Spijsverteringskanaal
Alleseter
Planteneter
Vleeseter

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Planteneters
Plantaardig voedsel is moeilijker verteerbaar dan dierlijk voedsel. 

In verhouding met hun lichaamslengte hebben ze een lang darmkanaal.
Ook hebben ze kiezen met harde richels van glazuur.
Dit zijn plooikiezen

Slide 15 - Tekstslide

Vleeseters
In verhouding met hun lichaamslengte hebben ze een kort darmkanaal. 
Vleeseters hebben scherpe kiezen waarmee ze voedsel in stukken knippen. Dit zijn knipkiezen. 

Slide 16 - Tekstslide

Alleseters
In verhouding met hun lichaamslengte hebben ze een middellang darmkanaal.

Alleseters hebben knobbelkiezen. Dat zijn kiezen met een knobbelig oppervlak waarmee het voedsel fijngemalen kan worden. 

Slide 17 - Tekstslide

Samengevat

Slide 18 - Tekstslide

Zelfstandig werken
Wat kan je doen?
- Opdrachten maken 
- Begrippenlijst maken
- Samenvatting maken

Woensdag moet bs 1 tm 6 af zijn!

Slide 19 - Tekstslide

Afsluiting
Wat heb je geleerd?
Je kan
- de delen van een tand of kies benoemen.
- het verband aangeven tussen de voedselkeuze, de lengte van het darmkanaal, en de kenmerken van de tanden en kiezen. 

Slide 20 - Tekstslide