P1 Les 3

Organiseren van Evenementen
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
Organiseren van EvenementenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Organiseren van Evenementen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar ben jij nog niet zo goed in?

Slide 2 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

To Do
Doelstelling
Herhalen vorige week
3 systemen uitleggen
Het programma
Organisatie

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelstelling
Aan het einde van de les is de student in staat om de hoofdstukken ‘het programma’ en ‘organisatie’ te schrijven aan de hand van de invulhulp.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhalen

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke 2 systemen hebben we in de praktijk in week 1 gebruikt?

Slide 6 - Open vraag

- Klokopschuif 
Leven ganzenborden

Welke 2 systemen heb je verder onthouden?

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij welk systeem mogen deelnemers zelf kiezen of ze meedoen aan het evenement?
A
Spelenkermis
B
Open instuif

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


A
Klokopschuifsysteem
B
Vakopschuifsysteem
C
Kloksysteem
D
Horizontaal systeem

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk systeem is dit?
A
piramidesysteem
B
Waslijnsysteem
C
Schoorsteensysteem
D
laddersysteem

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Afval syteem
Tennis, Judo, Boksen




Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Poulesysteem
Met welke sport(en) wordt dit systeem gebruikt?

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Diagonaal systeem

Slide 13 - Tekstslide

6-
Competitie systemen

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Speel jij competitie? In wat voor vorm?

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wedstrijden
Voor het berekenen van het aantal wedstrijden kun je de volgende formule gebruiken:

Voor een hele competitie: X = N X (N-1)
Voor een halve competitie: X = N X (N-1) : 2
X = aantal wedstrijden, N = aantal deelnemers of teams


Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Halve competitie

- Iedereen speelt 1 x tegen elkaar. 

Bij een even aantal deelnemers of teams:
Voor een halve competitie: Y = N - 1

Y = aantal ronden, N = aantal deelnemers of teams

Hele competitie

- Iedereen speelt 2 x tegen elkaar. 

Bij een even aantal deelnemers of teams:
Voor een hele competitie: Y = 2 * (N-1)

Y = aantal ronden, N = aantal deelnemers of teams

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deelnemers
Een tabel van begin (aankomst) tot het eind (wegrijden) over alles wat de deelnemers gaan doen en hoe laat dat allemaal plaatsvindt.

Voorbeeld staat in de studiewijzer

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe kies je een organisatievorm?
  • Is het een recreatief of prestatief toernooi of evenement? 
  • Is het individueel of met teams?
  • Is het aantal deelnemers of teams vooraf bekend of niet? Bij een onbekend aantal deelnemers of teams zijn poule- en competitiesystemen minder geschikt.
  • Wat is het aantal deelnemers? Gaat het om een groot of klein toernooi/evenement? Bij een gering aantal deelnemers zijn uitdaagsystemen (ladder en waslijn) goed bruikbaar. Bij grote aantallen werkt een afvalsysteem goed.
  • Is het belangrijk dat iedereen deelneemt aan alle activiteiten? Als dit het geval is, valt een spelenkermis en een enkel afvalsysteem af.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Organisatievorm
Welke organisatievorm kies je?
Waarom kies je voor deze organisatievorm?

De sportleider als organisator en SB - Functionaris
Hoofdstuk 1

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het programma
1. Wedstrijdschema (vergeet het volgende niet):
- Wisseltijden
- Pauzes
2. Spellen/activiteiten uitleggen
3. Spelregels


timer
20:00

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Organisatie (wedstrijd secretariaat)
Maak een tijdschema met alles wat de organisatoren die dag doen.
4 Kolommen
Hoelaat, Wie, Wat, Waar

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies