In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Welke woorden komen er in je op als je denkt aan de middeleeuwen?
Slide 2 - Open vraag
WAAR
NIET
WAAR
Mensen werden gemiddeld 30 jaar.
Misdadigers werden gevierendeeld.
De meeste mensen konden niet lezen.
De mensen waren altijd dronken, want ze dronken alleen bier.
Mensen gooiden hun poep op straat.
Slide 3 - Sleepvraag
Aantekeningen maken
*Op school krijg je een reader. Maak voor nu aantekeningen in je schrift of op je laptop!
Hier volgt de eerste aantekening:
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Aantekening (2)
*Er werd maar weinig op schrift gesteld, omdat (1) perkament erg duur was, (2) het schrijven duurde erg lang en (3) er konden maar weinig mensen lezen/schrijven
*De overdracht ging dus veelal van mond op mond. Daarom rijmde er ook zoveel. Dat kun je beter onthouden!
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Video
De Nederlands taal in de middeleeuwen
Aantekening (3) zie volgende slide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Video
Liefdesliedjes in de middeleeuwen:
Hebban olla vogala nestas hagunnan hinase hic enda thu wat unbidan we nu
WAT?
Liefdjesliedjes nu:
Geef mij eens je handen, kijk in mijn ogen
Ik zit vol van iets dat jij moet weten
Geheel mijn hart heb ik aan jou gegeven
En zo zal het altijd zijn
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Video
Aantekening (4)
*Hebban olla vogala is het oudst bekende liefdesvers (ca. 1100).
*Van 800-1150 werd het Oudnederlands gesproken.
*Er werd vooral geschreven in het Latijns.
*Er werd vooral gesproken in het Nederlands
Slide 13 - Tekstslide
Huiswerk
1. Bereid de so motivatiebrief voor (neem je oefenbrief en het bouwplan mee) -extra hulp? Woensdag het 8e uur
2. Ga naar de studiewijzer -> kopje 'Middeleeuwen' --> lees artikel 1 en 2. Vat dit (onder je aantekeningen) samen.
Volgende week: boekdrukkunst en Lanseloet
Slide 14 - Tekstslide
Les 2 en 3
We bespreken met elkaar de volgende thema's:
Boekdrukkunst, boekproductie, ridderromans, hoofsheid en Lanseloet
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Video
Slide 18 - Tekstslide
Karelromans vs. Arthurromans
Lees blz. 4 (Karelromans en Arthurromans)
Markeer de kenmerken
We bespreken ze over 5 minuten.
Slide 19 - Tekstslide
Karelroman
Arthurroman
Slide 20 - Tekstslide
Lanseloet van Denemarken
Ga naar de studiewijzer en lees het verhaal Lanseloet.
Beantwoord samen/alleen de volgende vragen:
1. Wat is het probleem tussen Lanseloet en Sanderijn?
2. Wat wordt bedoeld met de metafoor over de boom met bloeiende takken en de valk?
3. Is Lanseloet een Karel- of Arthurroman? Leg met de kenmerken uit waarom