KGT Hfd 9 voortplanting QUIZ (module 9)
1 / 30
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Welk beroep heeft NIET direct met voortplanting te maken
timer
1:00
A
Verloskundige
B
Psychiater
C
Verpleegkundige
D
Ambulance broeder
Slide 4 - Quizvraag
Zijn primaire geslachtskenmerken bij de geboorte aanwezig?
timer
0:30
A
ja
B
nee
Slide 5 - Quizvraag
De secundaire geslachtskenmerken zijn
vanaf de geboorte zichtbaar.
timer
0:30
A
juist
B
onjuist
Slide 6 - Quizvraag
Na de geboorte krijgt een baby voedingsstoffen en zuurstof via...
timer
0:30
A
...de mond
B
...de navelstreng
Slide 7 - Quizvraag
Een levensloop is ....
timer
0:30
A
Van geboorte tot dood
B
Een cyclus die continu door gaat
Slide 8 - Quizvraag
Wat zijn primaire geslachtskenmerken?
timer
0:30
A
Geslachtskenmerken die bij de geboorte aanwezig zijn
B
Geslachtskenmerken die in de puberteit ontstaan
Slide 9 - Quizvraag
Vanaf welk moment is een meisje vruchtbaar?
(kan ze zwanger raken)
(kan ze zwanger raken)
timer
1:00
A
Vanaf de geboorte
B
Vanaf de puberteit
C
Vanaf de eerste ovulatie
D
Vanaf 10 jaar
Slide 10 - Quizvraag
Wat zijn hormonen?
timer
1:00
A
Hypofyse
B
Regelstofjes
C
Voedingsstof
Slide 11 - Quizvraag
Zorgen hormonen voor de "pubertijd"
timer
0:30
A
Ja
B
Nee
Slide 12 - Quizvraag
De menstruatie wordt geregeld door hormonen
timer
0:30
A
Juist
B
Onjuist
Slide 13 - Quizvraag
Wanneer is een vrouw vruchtbaar?
timer
1:00
A
Tijdens de menstruatie
B
Tijdens de ovulatie
C
Vlak na de menstruatie
D
Vlak voor de menstruatie
Slide 14 - Quizvraag
een vrouw kan zwanger worden
timer
1:00
A
14 dagen na de 1e dag van de menstruatie
B
tijdens de menstruatie
C
28 dagen na de menstruatie
D
7 dagen na de menstruatie
Slide 15 - Quizvraag
Wat gebeurt er op dag 19, 20 en 21 in deze afbeelding?
timer
2:00
A
Ongesteld zijn
B
Ovulatie
C
Innesteling
D
Menstruatie
Slide 16 - Quizvraag
Vinden bij een zwangere vrouw menstruatie plaats? En ovulatie?
timer
1:00
A
Zowel menstruatie als ovulatie
B
Wel menstruatie maar geen ovulatie.
C
Wel ovulatie maar geen menstruatie.
D
Geen menstruatie en geen ovulatie.
Slide 17 - Quizvraag
Dit proces heet?
timer
1:00
A
Acne
B
Follikelrijping
C
Menstruatie
Slide 18 - Quizvraag
Hoe noem je dag 11 t/m 15 van de menstruatie cyclus?
timer
1:00
A
menstruatie
B
ovulatie
C
bevruchting
D
vruchtbare periode
Slide 19 - Quizvraag
Waarom wordt het baarmoederslijmvlies na de menstruatie steeds weer opnieuw dikker?
timer
1:00
A
Om bevruchting mogelijk te maken
B
Om innesteling mogelijk te maken
C
Om menstruatie mogelijk te maken
Slide 20 - Quizvraag
Wat is jouw volgende levensfase?
timer
1:00
A
Kind
B
Adolescent
C
Puber
D
Volwassene
Slide 21 - Quizvraag
Wat is geen levensfase
timer
1:00
A
Baby
B
Schoolkind
C
Tiener
D
Adolescent
Slide 22 - Quizvraag
In de afbeelding zie je een jongetje van 3 jaar. Hoe noemen we de levensfase waarin dit jongetje zich bevindt?
timer
1:00
A
Baby
B
Peuter
C
Kleuter
D
Schoolkind
Slide 23 - Quizvraag
In welke levensfase zit het kind van de afbeelding?
timer
1:00
A
baby
B
peuter
C
kleuter
D
schoolkind
Slide 24 - Quizvraag
Een ander woord voor SOA is?
timer
0:30
A
Geslachtsorgaan
B
Geslachtsgemeenschap
C
Geslachtsziekte
Slide 25 - Quizvraag
Een SOA gaat meestal vanzelf weer over.
timer
0:30
A
Goed
B
Fout
Slide 26 - Quizvraag
Alle voorbehoedmiddelen beschermen tegen een soa.
timer
0:30
A
Juist
B
Onjuist
Slide 27 - Quizvraag
Kan je een ander besmetten met een soa als je zelf geen klachten hebt?
timer
0:30
A
Ja, zonder condoom kun je een soa doorgeven
B
Alleen na de eerste week kun je een soa doorgeven
Slide 28 - Quizvraag
Kun je als vrouw onvruchtbaar worden van een SOA?
timer
0:30
A
Ja
B
Nee
Slide 29 - Quizvraag
Evaluatievraag. 'Hoe ging het'?
