Vragen over begeleidingsmethodieken?

Vragen over begeleidingsmethodieken
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
BegeleidingsmethodiekenMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Vragen over begeleidingsmethodieken

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Belevingsgerichte zorg houdt in dat:
A
je als verzorgende rekening houdt met jouw eigen beleving
B
je continu de beleving van de zorgvrager centraal stelt.
C
je van iedere dag weer een leuke beleving maakt.
D
je persoonsgericht werkt.

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij persoonsgerichte zorg houdt in dat je de persoon centraal stelt en niet zijn medische toestand.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een begeleidingsmethodiek kies je altijd aan de hand van:
A
De zorgvraag
B
het te bereiken doel
C
de eigenschappen van de zorgvrager
D
A, B en C zijn alle drie juist

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je kunt zomaar een begeleidingsmethodiek inzetten:
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je bepaalt niet alleen welke begeleidingsmethodiek er wordt ingezet. Je bepaalt dit samen met:

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Het bewust ophalen van herinneringen, waardoor oudere cliënten met een beperking meer tevredenheid ervaren over hun leven, wordt ook wel .............. genoemd.
A
validation
B
triple C
C
reminiscentie
D
realiteitsoriëntatiebenadering

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

.......................... heeft als doel het dementeringsproces te vertragen door verwarde personen te stimuleren om het verloren contact identiteit, plaats en tijd terug te vinden.
A
Realiteitsoriëntatiebenadering
B
Warme zorg
C
Psychomotorische therapie
D
Validation

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

............................. een behandelvorm waarin bewegen als middel wordt gebruikt om psychosociale problematiek (zoals eenzaamheid) te behandelen.
A
Reminiscentie
B
Zintuigactivering
C
Triple C
D
Psychomotorische therapie

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Snoezelen is een voorbeeld van de begeleidingsmethodiek:
A
Realiteitsoriëntatiebenadering
B
Zintuigactivering
C
Reminiscentie
D
Validation

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Triple C is een begeleidingsmethodiek voor mensen met een beperking. Het staat voor cliënt, coach en competentie en neemt hetgeen wat de zorgvrager wel kan als uitgangspunt voor de behandeling
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quizvraag

Nee, in tegenstelling tot veel andere modellen stelt Triple-C niet het probleemgedrag of de stoornis als uitgangspunt, maar de menselijke behoeften. Doel van Triple-C is ‘het gewone leven ervaren’, met alles wat daarbij hoort: een plek waar je je veilig en thuis voelt, mensen op wie je kunt bouwen en een betekenisvolle invulling van de dag. Dat is waar coaches (begeleiders) en cliënten elke dag samen aan werken. Als dat lukt, krijgen cliënten steeds meer vertrouwen; in hun omgeving, in de ander en in zichzelf. Stress en probleemgedrag verdwijnen naar de achtergrond.
Bij deze benadering leven zorgverleners zich in de beleving van de persoon met dementie in.
Dit doen ze door goed te luisteren, kijken, oogcontact te volgen en lichaamssignalen te begrijpen.
A
Validation
B
Realiteitsoriëntatiebenadering
C
Psychomotorische therapie
D
Warme zorg.

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies