Het geheugen
1 / 16
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Intern geheugen
extern geheugen
SD-kaart
ROM
RAM
USB-stick
Slide 3 - Sleepvraag
A
RAM-geheugen
B
ROM-geheugen
Slide 4 - Quizvraag
Als je je werk regelmatig opslaat, dan belast je je RAM niet teveel.
A
waar
B
niet waar
Slide 5 - Quizvraag
RAM-geheugen is in de cloud.
A
waar
B
niet waar
Slide 6 - Quizvraag
Wat betekent ROM?
A
Read-only memory
B
Read-online memory
C
Reverse-only memory
Slide 7 - Quizvraag
Zet op volgorde van klein naar groot:
A
kilobyte - megabyte - terabyte - gigabyte
B
megabyte - kilobyte - gigabyte - terabyte
C
kilobyte - megabyte - gigabyte - terabyte
D
megabyte - terabyte - gigabyte - kilobyte
Slide 8 - Quizvraag
Wat wordt er in het ROM-geheugen bewaard?
Slide 9 - Open vraag
A
SSD
B
HDD
Slide 10 - Quizvraag
A
RAM-geheugen
B
ROM-geheugen
Slide 11 - Quizvraag
Een HDD is sneller dan een SSD.
A
waar
B
niet waar
Slide 12 - Quizvraag
ROM geheugen
RAM geheugen
Chip op moederbord
Dit is het
werk-geheugen
Dit geheugen kun
je uitbreiden
Is leeg als pc
uit is
IS nodig om
pc op te
starten
Slide 13 - Sleepvraag
Als je je werk regelmatig opslaat, dan belast je je ROM niet teveel
A
waar
B
niet waar
Slide 14 - Quizvraag
A
SSD
B
HDD
