1v - H1 - nakijken avoir + intro H2

1 / 36

Slide 1: Tekstslide

FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Qu'est-ce qu'on va faire?

Les mots
Le grammaire
Corriger
Les exercices
Les devoirs

Le but: Ik kan het werkwoord avoir op
een goede manier vervoegen

Slide 2 - Tekstslide

Les mots FR-NL

Slide 3 - Tekstslide

Les phrases

Tu habites où?
Et toi, tu as quel âge?
Ça va bien, et toi?
Ik woon in Amsterdam
Ik heet Freek

Slide 4 - Tekstslide

Le grammaire

werkwoord avoir

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

J'ai =

Slide 7 - Open vraag

nous =

Slide 8 - Open vraag

Elle =

Slide 9 - Open vraag

tu ............ =

Slide 10 - Open vraag

nous ............. =

Slide 11 - Open vraag

elle .............. =

Slide 12 - Open vraag

ils ............... =

Slide 13 - Open vraag

Lisa ............. =

ont

Slide 14 - Quizvraag

Tim et Tom ............. =

ont

avez

Slide 15 - Quizvraag

Getallen t/m 20

Slide 16 - Tekstslide

vingt =

Slide 17 - Open vraag

seize =

Slide 18 - Open vraag

neuf =

Slide 19 - Open vraag

trois =

Slide 20 - Open vraag

quatorze =

Slide 21 - Open vraag

12 =

Slide 22 - Open vraag

19 =

Slide 23 - Open vraag

10 =

Slide 24 - Open vraag

7 =

Slide 25 - Open vraag

On va corriger!

Blz. 48

Faire exercice 30 + 31

Slide 26 - Tekstslide

La famille

Beschrijf de familie

- Naam

- Leeftijd

timer

5:00

Slide 27 - Tekstslide

Au travail!

Faire: Exercice 31F + 32 + 33

Apprendre: Les phrases blokje C & G, naar het Frans oefenen met schrijven

Slide 28 - Tekstslide

Chapitre 2 - Oh c'est bon!

Slide 29 - Tekstslide

Wat voor Frans eet ken je al?

timer

2:00

Slide 30 - Tekstslide

1. Wat is: le pain au chocola?

2. Wanneer eten de jongens een croissant?

3. Wat eten de jongens door de weeks als ontbijt?

4. Wat betekent: Le petit déjeuner?

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Video

00:43

Wat is een 'pain au chocola'?

Slide 33 - Open vraag

01:16

Wat is het Franse woord voor aardbei?

Slide 34 - Open vraag

01:21

Wat is een sinaasappel?

Slide 35 - Open vraag

Au travail!

Blz. 60

Opdracht 1 en 2A + 2c + 3

+ opdracht 6 en 7

Apprendre: blokje A t/m le pain

Slide 36 - Tekstslide