2.4 Krimp en leefbaarheid

Krimp en leefbaarheid
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Krimp en leefbaarheid

Slide 1 - Tekstslide

Herhalingsopdracht
Zoek de fouten in de zinnen, noteer die in het hokje. 
Tijd: 15 minuten
Hoe: in stilte, fluisteren mag
Wie: voor jezelf

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Begrippen: aantrekkingsfactoren, demografische krimp, ontgroening, vergrijzing, beroepsbevolking, landelijk gebied, demografische druk, ruimtelijke ordening, bestemmingsplan, reikwijdte,  draagvlak, drempelwaarde, gespecialiseerde voorzieningen, 
Je verklaart de verschillen per regio in demografie. 
Je benoemt gevolgen voor de demografische druk in bepaalde gebieden.
Je draag oplossingen aan om de demografische druk in een gebied te herstellen. 

Slide 3 - Tekstslide

Groei en krimp
De Nederlandse bevolking groeit hard maar de verschillen per regio zijn groot. 

Slide 4 - Tekstslide

Verschillen per regio
In Nederland groeien gebieden maar krimpen ook gebieden. 


Slide 5 - Tekstslide

Kijk nog eens naar de kaart.
Benoem minimaal 3 redenen waarom een gebied groeit en 3 redenen waarom een gebied krimpt.
Tijd: 5 minuten
Wie: met buurman/buurvrouw
timer
5:00

Slide 6 - Open vraag

Krimpgebieden
In de krimpgebieden neemt de demografische druk toe:
Er zijn veel oudere niet werkende mensen 67+ 
De jonge werkende mensen trekken weg. 
Er is ontgroening en vergrijzing

Ook wel grijze druk. 
Demografische druk
Wat wil een hoge of lage druk nu zeggen?

Het gaat om de financiële druk die bij de groep actieven (de werkenden) ligt.

Lage druk = weinig kosten voor onderwijs, zorg of pensioenen. Deze kosten moeten
betaald worden uit de belastingen die de werkenden afdragen.

Hoge druk = veel kosten voor onderwijs, zorg of pensioenen. Een relatief kleinere groep
moet hiervoor betalen (vanuit de belastingen).

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Gevolgen krimpgebied
Veel mensen trekken weg. 
Voorzieningen verdwijnen omdat de drempelwaarde niet meer wordt gehaald. 
Voor de voorzieningen neemt het draagvlak af. 
Er ontstaat veel leegstand in het krimpgebied. 
Mensen met een hoog inkomen kunnen verhuizen, lage inkomens blijven achter.

De leefbaarheid van het gebied gaat achteruit. 
Drempelwaarde
Het minimale aantal klanten dat behaald moet worden om te kunnen blijven bestaan als bedrijf
Draagvlak
De reikwijdte van een supermarkt is 3km. De mensen binnen die 3 km is het draagvlak van de supermarkt. 

Slide 9 - Tekstslide

Reikwijdte

De afstand die jij voor een voorziening wilt afleggen. 

Dit kan ook afhangen van het vervoersmiddel waarover je beschikt. 

Slide 10 - Tekstslide

Welke afstand wil jij maximaal voor een bakker afleggen?

Slide 11 - Open vraag

Welke afstand wil jij maximaal voor een bioscoop afleggen?

Slide 12 - Open vraag

Welke afstand wil jij maximaal voor een vliegveld afleggen?

Slide 13 - Open vraag

Ruimtelijke ordening
Om het  "krimpen" van een gebied tegen te gaan kun je het gebied aantrekkelijk maken. 
* slopen oude woningen
* voorzieningen concentreren (alles centraal op een plek)
* verdeling van de voorzieningen op elkaar afstemmen

Slide 14 - Tekstslide

In Nederland is bepaald wat er met gebieden gebeurd. 
Dit bepaalt de rijksoverheid. 
Provinices en gemeenten werken de plannen uit in een bestemmingsplan
Er mag niet zomaar van een bestemmingsplan afgeweken worden.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

aan de slag 
Deze les heb je af: tot en met 4d.
Tijdens het werken mag je muziek luisteren via je chromebook.
Telefoons zijn van tafel. 
Je mag met elkaar fluisteren. 

Slide 17 - Tekstslide