Herhaling hoofdstuk 4 compleet

Herhaling hoofdstuk 4
1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Herhaling hoofdstuk 4

Slide 1 - Tekstslide

burgeroorlog
dictator
gouverneur
imperialisme
keizer
overheid
republiek
senaat
vorst van een groot rijk
Bestuurder
als een staat zijn macht uitbreidt over een groot gebied
Oorlog binnen een staat
Alleenheerser
Regering/bestuur
Staat zonder vorst
vergadering van mannen uit aanzienlijke Romeinse families

Slide 2 - Sleepvraag

Binnen hoeveel jaar veroverden de Romeinen bijna heel Italië?
A
50
B
60
C
70
D
80

Slide 3 - Quizvraag

Wat was de oorzaak voor de groei van het Romeinse leger?

Slide 4 - Open vraag

Julius Caesar was de man die...
A
van het Romeinse Rijk een wereldrijk maakte
B
Opklom van generaal tot senator
C
Verslagen werd door de Galliërs
D
De eerste keizer werd

Slide 5 - Quizvraag

Wanneer spreken we van een 'wereldrijk'?

Slide 6 - Open vraag

Geef twee redenen waarom het met de economie van het Romeinse Rijk zo goed ging

Slide 7 - Open vraag

Een republiek is een staat zonder...
A
Senaat
B
Wetten
C
Grenzen
D
Vorst

Slide 8 - Quizvraag

Waarom organiseerden de machthebbers 'Brood en Spelen'?

Slide 9 - Open vraag

Wie bestuurden namens de senaat de veroverde gebieden buiten Italië?

Slide 10 - Open vraag

Welk begrip? "Een groot landbouwbedrijf waarop slaven werken"
A
Ostia
B
Proletariaat
C
Insula
D
Latifundia

Slide 11 - Quizvraag

Waarom waren slavenopstanden vaak gedoemd te mislukken?

Slide 12 - Open vraag

autoriteiten
dictator
gouverneur
imperialisme
proletariaat
overheid
republiek
senaat
bevolkingsgroep van bezitloze mensen
Bestuurder
als een staat zijn macht uitbreidt over een groot gebied
personen met macht
Alleenheerser
Regering/bestuur
Staat zonder vorst
vergadering van mannen uit aanzienlijke Romeinse families

Slide 13 - Sleepvraag

In welk jaar werd het christendom de staatsgodsdienst van het Romeinse Rijk?
In ... n. Chr.

Slide 14 - Open vraag

Welk begrip wordt hier omschreven? "groot rijk in meerdere werelddelen" (let op: het is één woord)

Slide 15 - Open vraag

Hoe worden de Germanen genoemd die rond 12 v. Chr. tussen de Maas en Rijn kwamen wonen?
De ...

Slide 16 - Open vraag

Welk deel van het Romeinse Rijk viel als laatste: het West of het Oost Romeinse Rijk? Let op: vul alleen West of Oost in!

Slide 17 - Open vraag

Welke keizer maakte van het christendom in 380 n. Chr. de staatsgodsdienst?

Slide 18 - Open vraag

Leg het begrip 'Brood en spelen' uit

Slide 19 - Open vraag

Waren er grote sociale verschillen in het Romeinse Rijk?
A
Ja: een groot deel v/d bevolking was superrijk
B
Ja: een groot deel v/d bevolking was erg arm
C
Nee: iedereen was even rijk
D
Nee: iedereen had evenveel aanzien

Slide 20 - Quizvraag

Hoe wordt de antieke Grieks-Romeinse cultuur ook wel genoemd?
De ... cultuur

Slide 21 - Open vraag

Was het Romeinse Rijk multicultureel?
A
Nee; alleen Romeinen woonden in het Romeinse Rijk
B
Nee; iedereen had dezelfde cultuur
C
Ja; er woonden zelfs mensen van buiten het Romeinse Rijk
D
Ja; mensen met verschillende huidskleuren woonden in het Romeinse Rijk

Slide 22 - Quizvraag

Noem drie overeenkomsten binnen het hele Romeinse Rijk. Overal zag/had men: ...

Slide 23 - Open vraag

Wanneer kwam er een einde aan het West-Romeinse Rijk?
A
476 n. Chr.: de Germanen komen aan de macht
B
476 n. Chr.: de Turken komen aan de macht
C
1453 n. Chr.: de Germanen komen aan de macht
D
1453 n. Chr.: de Turken komen aan de macht

Slide 24 - Quizvraag

Hoe kon het Christendom zich zo goed verspreiden?

Slide 25 - Open vraag

In welk jaar kregen de christenen godsdienstvrijheid? In ... n. Chr.

Slide 26 - Open vraag

Een Romein met Romeins burgerrecht...
A
was door wetten onbeschermd
B
mocht gemarteld worden
C
mocht niet zonder proces veroordeeld worden
D
was gelijk aan Romeinen zonder burgerrecht

Slide 27 - Quizvraag

antieke cultuur
elite
Grieks-Romeinse cultuur
multiculturele samenleving
staatsgodsdienst
verdraagzaamheid (tolerantie) 
geloof waarvan bestuurders en ambtenaren aanhanger moeten zijn
gemengde cultuur van Grieken en Romeinen in het Romeinse rijk
samenleving met meer culturen
Grieks-Romeinse cultuur
kleine groep van aanzienlijke mensen
toestaan van andere culturen en meningen

Slide 28 - Sleepvraag

Welke keizer gaf de christenen in 313 n. Chr. godsdienstvrijheid?
Keizer...

Slide 29 - Open vraag

Welk begrip?
'Verspreiding van de Grieks-Romeinse cultuur'
A
Imperialisme
B
Romanisering
C
Klassieke cultuur
D
Kolonisatie

Slide 30 - Quizvraag

Wie is de baas van de Rooms-Katholieke kerk? Let op: één woord

Slide 31 - Open vraag

Hoe zorgden de Romeinse keizers voor 200 jaar vrede in het Romeinse Rijk?

Slide 32 - Open vraag

Waarom was Jezus zo populair onder een groot deel van de Romeinse bevolking?

Slide 33 - Open vraag

Welke keizer gaf in 313 n. Chr. godsdienstvrijheid in het Romeinse Rijk?
A
Theodosius
B
Caesar
C
Constantijn
D
Augustus

Slide 34 - Quizvraag

Bekeren
Bisschop
Godsdienstvrijheid
Heilige
Paus
Kerk
Bisschop van Rome en leider van de Rooms-Katholieke kerk
Recht om openlijk met een godsdienst bezig te zijn
Persoon die vereerd wordt om zijn goede daden
Iemand een andere godsdienst laten aannemen
Godsdienstig leider van een kerkprovincie
Christelijk gebedshuis en organisatie van christenen

Slide 35 - Sleepvraag

Hoe noemen we een Joods gebedshuis?

Slide 36 - Open vraag

Hoe heet de godsdienst in het Romeinse Rijk waarvan bestuurders en ambtenaren aanhangers moesten zijn?

Slide 37 - Open vraag

Welk begrip?
'Persoon die een geloof bekend maakt'
A
Paus
B
Prediker
C
Influencer
D
Jezus

Slide 38 - Quizvraag

Zet op de juiste volgorde, van vroeger naar later
Vervolgens
Tenslotte
Als eerste
Daarna
Het christendom ontstaat
Het christendom wordt verboden
Het christendom wordt de staatsgodsdienst
Alleen het christendom wordt toegestaan

Slide 39 - Sleepvraag

Waren de Kelten en Galliërs blij met de komst van de Romeinen vanaf 58 v. Chr.? Leg je antwoord uit!

Slide 40 - Open vraag

Hoe werd de natuurlijke noordelijke grens van het Romeinse Rijk langs de Rijn ook wel genoemd?

Slide 41 - Open vraag

Noem drie manieren waarop je kon zien dat Zuid Nederland bij het Romeinse Rijk hoorde

Slide 42 - Open vraag

Welke keizer maakte van het christendom in 378 n. Chr. een staatsgodsdienst?

Slide 43 - Open vraag

Waarom verspreidden de Joden zich vanaf 135 n. Chr. over het hele Romeinse Rijk?

Slide 44 - Open vraag