USOS DEL SUBJUNTIVO

Antes de empezar
El viernes 10 de marzo: hay que entregar la tarea de literatura
El viernes 17 de marzo: tenemos la prueba de escuchar
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 10 min

Onderdelen in deze les

Antes de empezar
El viernes 10 de marzo: hay que entregar la tarea de literatura
El viernes 17 de marzo: tenemos la prueba de escuchar

Slide 1 - Tekstslide

Metas
  • kennismaken met het gebruik van de aanvoegende wijs
  • de subjuntivo kunnen herkennen 
  • de subjuntivo kunnen vormen in de presente (=vorige week)

Slide 2 - Tekstslide

Wat is een aanvoegende wijs eigenlijk?
Leve de koning! 
Het zij zo.
Zo waarlijk helpe mij God almachtig.
een werkwoordsvorm die onder meer een wens, toegeving, aanwijzing of aansporing uitdrukt

Slide 3 - Tekstslide

¿Cuándo se usa el subjuntivo?
  • In het Spaans gebruik je de subjuntivo vooral in bijzinnen, na que
  • In de hoofdzin is er dan sprake van bijv. een wil, wens, twijfel of een mening. Er komt dus gevoel bij kijken en het is niet slechts informatief.
W: Deseos (wishes – wensen)
E: Emociones (emoties)
I: Observaciones impersonales (onpersoonlijke observaties)
R: Recomendaciones (aanbevelingen)
D: Dudas o negaciones (twijfels)
O: Ojalá (hopelijk)







Slide 4 - Tekstslide

Welk woord zou in het Spaans in de subjuntivo moeten staan?
'Ik wil dat je dat doet!'
A
wil
B
dat
C
je
D
doet

Slide 5 - Quizvraag

Welk woord staat hier in de subjuntivo?
A
dejaré
B
uses
C
mal
D
que

Slide 6 - Quizvraag

Een paar voorbeelden
Espero que + werkwoord in subjuntivo
Es importante que + werkwoord in subjuntivo
(No) quiero que + werkwoord in subjuntivo
Es necesario que + werkwoord in subjuntivo
Ójala que + werkwoord in de subjuntivo
Tal vez + werkwoord in de subjuntivo
Puede que + werkwoord in de subjuntivo
Tengo miedo de que + werkwoord in de subjuntivo
No pienso / no creo que + werkwoord in de subjuntivo
De subjuntivo gebruik je voor alles wat niet feitelijk is, maar wat je wenst, of wat moet of wat nodig is.

Slide 7 - Tekstslide

Las formas
(repaso)

Slide 8 - Tekstslide

Vul de subjuntivo in:
Es aconsejable que Juan.......... (ayudar)

Slide 9 - Open vraag

Vul de subjuntivo in:
Mi médico quiere que yo ............. (dejar) de tomar azúcar.

Slide 10 - Open vraag

Onthoud: als de ik-vorm in de presente
van de indicativo onregelmatig is,
is de hele subjuntivo dat ook!

Ejemplo: No es necesario que tengas prisa. 

Slide 11 - Tekstslide

Combineer de ik-vormen van de subjuntivo met het hele ww
decir
sentir
poder
pedir
conocer
sienta
diga
pueda
pida
conozca

Slide 12 - Sleepvraag

Wat is het correcte rijtje van de subjuntivo van perder?
A
perdo, perdes, perde, perdemos, perdéis, perden
B
pierdo, pierdes, pierde, perdemos, perdéis, pierden
C
pierda, pierdas, pierda, pierdamos, pierdáis, pierdan
D
pierda, pierdas, pierda, perdamos, perdáis, pierdan

Slide 13 - Quizvraag

trabajas
A
Indicativo
B
Subjuntivo

Slide 14 - Quizvraag

dejamos
A
Indicativo
B
Subjuntivo

Slide 15 - Quizvraag

sea
A
Indicativo
B
Subjuntivo

Slide 16 - Quizvraag

estemos
A
Indicativo
B
Subjuntivo

Slide 17 - Quizvraag

encontremos
A
Indicativo
B
Subjuntivo

Slide 18 - Quizvraag

queráis
A
Indicativo
B
Subjuntivo

Slide 19 - Quizvraag

van
A
Indicativo
B
Subjuntivo

Slide 20 - Quizvraag

vea
A
Indicativo
B
Subjuntivo

Slide 21 - Quizvraag

practiquéis
A
Indicativo
B
Subjuntivo

Slide 22 - Quizvraag

llegas
A
Indicativo
B
Subjuntivo

Slide 23 - Quizvraag

Necesito que (jij doet) la compra.

Slide 24 - Open vraag

Ojalá que Perdo (komt) a mi fiesta.

Slide 25 - Open vraag

Es importante que (jullie hebben) un boli para este ejercicio

Slide 26 - Open vraag

Acércate para que (jij ziet, ver) mejor la pantalla.

Slide 27 - Open vraag

Es importante que (jullie kennen, conocer) las formas irregulares del subjuntivo.

Slide 28 - Open vraag

Espero que al final de este periodo (jullie kunnen, saber) usar el subjuntivo muy bien.

Slide 29 - Open vraag

Een paar voorbeelden
Espero que + werkwoord in subjuntivo
Es importante que + werkwoord in subjuntivo
(No) quiero que + werkwoord in subjuntivo
Es necesario que + werkwoord in subjuntivo
Ójala que + werkwoord in de subjuntivo
Tal vez + werkwoord in de subjuntivo
Puede que + werkwoord in de subjuntivo
Tengo miedo de que + werkwoord in de subjuntivo
No pienso / no creo que + werkwoord in de subjuntivo
De subjuntivo gebruik je voor alles wat niet feitelijk is, maar wat je wenst, of wat moet of wat nodig is.

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Video

1. Es mejor ______ (ir) al museo con otra persona para poder comentar las impresiones.
A
subjuntivo
B
indicativo

Slide 32 - Quizvraag

2. Espero que en las salas del museo no ______ (hay) tanta gente.
A
subjuntivo
B
indicativo

Slide 33 - Quizvraag

3. Es posible ______ (quedarse) largo tiempo delante de los cuadros.
A
subjuntivo
B
indicativo

Slide 34 - Quizvraag

4. Es importante que los museos ______ (tener) sillas en las salas de exposición.
A
subjuntivo
B
indicativo

Slide 35 - Quizvraag

5. Parece que aquí está prohibido ______ (hablar) en voz alta.
A
subjuntivo
B
indicativo

Slide 36 - Quizvraag

6. No ha venido a clase, tal vez ________ (estar) enfermo.
A
subjuntivo
B
indicativo

Slide 37 - Quizvraag

Slide 38 - Tekstslide