Lamarck en/of Darwin? Een bacteriestam ontwikkelt resistentie tegen een antibioticum
A
Lamarck
B
Darwin
C
Beide
1 / 12
volgende
Slide 1: Quizvraag
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6
In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Lamarck en/of Darwin? Een bacteriestam ontwikkelt resistentie tegen een antibioticum
A
Lamarck
B
Darwin
C
Beide
Slide 1 - Quizvraag
Lamarck en/of Darwin? Een bacterie kan zichzelf resistent maken als deze in contact komt met een antibioticum.
A
Lamarck
B
Darwin
C
Beide
Slide 2 - Quizvraag
Lamarck en/of Darwin? Als je een penicillinekuur krijgt zijn resistente bacteriën in het voordeel ten opzichte van wel gevoelige bacteriën.
A
Lamarck
B
Darwin
C
Beide
Slide 3 - Quizvraag
De halfwaardetijd van C-14 is 5736 jaar. Onderzoekers treffen fossiele resten aan. Ze schatten het fossiel op 60.000 jaar oud. Wat is de aangetroffen verhouding C14/C12 tov de verhouding in de atmosfeer ongeveer?
A
1/10
B
1/100
C
1/1000
D
1/2000
Slide 4 - Quizvraag
Degenkrabben zijn zogenaamde 'levende fossielen'. Hun uiterlijk is de afgelopen miljoenen jaren nauwelijks veranderd. Leg uit of fossiele resten van degenkrabben te gebruiken zijn als gidsfossiel bij relatieve ouderdomsdatering.
Slide 5 - Open vraag
Iemand plaatst de vleermuizen onder de vogels aangezien deze kunnen vliegen. Gebruik de termen 'homoloog' of 'analoog' om uit te leggen dat deze indeling onjuist is.
Slide 6 - Open vraag
Welk van deze modellen is een juiste weergave van Darwins evolutietheorie?
A
A
B
B
Slide 7 - Quizvraag
Leg uit of in het voorbeeld hiernaast sprake is van allopatrische of sympatrische soortvorming
Slide 8 - Open vraag
Binnen een populatie meikevers ontstaat een mutatie waardoor een deel van de kevers andere geurstoffen produceert. Leg uit hoe dit tot reproductieve isolatie kan leiden.
Slide 9 - Open vraag
Het allel G leidt tot gele vleugels; g tot witte. Van welk fenotype is het genotype met zekerheid te zeggen?
A
Geel --> GG
B
Geel --> Gg
C
Wit --> Gg
D
Wit --> gg
Slide 10 - Quizvraag
2/26 van de vogels is wit. Bereken de frequentie waarmee allel g in de populatie voorkomt.
Slide 11 - Open vraag
70% van de wereldbevolking kan de bittere smaak PTC proeven. Het allel voor proeven (T) is dominant over dat voor niet proeven. Laat met een berekening zien dat allel t meer voorkomt dan T.