Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Lezen H3 inleiding, middenstuk en slot
Het programma
Lezen
1 / 31
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
In deze les zitten
31 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Het programma
Lezen
Slide 1 - Tekstslide
H3 Lezen blz .72
Inleiding, slot en hoofdgedachte
Slide 2 - Tekstslide
Hoofdstuk 3
leerdoel
: Ik weet dat een tekst bestaat uit
Inleiding, middenstuk en slot.
Ik weet wat de hoofdgedachte van een tekst is
en ik kan hem op de juiste manier opschrijven.
Ik weet het verschil tussen hoofdgedachte en
onderwerp van een tekst.
Slide 3 - Tekstslide
Wat weet je over het
onderwerp van de tekst?
Slide 4 - Woordweb
Het onderwerp van een tekst
Iedere tekst gaat ergens over.
Als je het onderwerp van een tekst wilt weten, stel je jezelf de vraag:
Waar gaat deze tekst over?
Het onderwerp schrijf je zo kort en precies mogelijk op.
Je antwoord bestaat uit één of enkele woorden (geen hele zin met werkwoorden)
Slide 5 - Tekstslide
Een tekst kan je verdelen in: - Inleiding
- Middenstuk
- Slot
In het middenstuk worden aspecten (delen, kanten) van het onderwerp besproken. Dit noemen we
deelonderwerpen
.
Deelonderwerp bestaat soms uit één, soms uit meerdere alinea's. Bij meerdere alinea's maken ze ook wel gebruik van tussenkopjes.
Slide 6 - Tekstslide
Wat weet jij over de inleiding
van een tekst?
Slide 7 - Woordweb
Inleiding van een tekst:
- wordt het onderwerp geïntroduceerd.
- introduceren doen ze d.m.v. een anekdote (kort
grappig verhaaltje) of de situatie schetsen.
- de lezer wordt in de inleiding nieuwsgierig gemaakt.
Slide 8 - Tekstslide
Wat lees je in de
slotalinea van een tekst?
Slide 9 - Woordweb
Slotalinea lees je
:
- een conclusie of korte samenvatting
- wordt naar de toekomst gekeken.
- komt weer terug op de inleiding, zo krijg je een mooi
rond verhaal
- geeft antwoord op de vraag die in de inleiding stond
Slide 10 - Tekstslide
Om de
hoofdgedachte
van een tekst te vinden lees je de tekst
precies
.
1. Zoek altijd eerst naar het onderwerp van de tekst.
2. Benoem in 1 zin wat in de tekst gezegd wordt over
het onderwerp.
3. Hoofdgedachte vind je meestal in de inleiding of in het slot.
4. Soms moet je de hoofdgedachte zelf formuleren.
De zin geeft antwoord op de vraag: Wat is het belangrijkste wat in de tekst over het ow wordt gezegd?
Slide 11 - Tekstslide
Een tekst heeft...
A
altijd een hoofdgedachte
B
niet altijd een hoofdgedachte
C
nooit een hoofdgedachte
Slide 12 - Quizvraag
Welke bewering over de hoofdgedachte is juist?
A
De hoofdgedachte staat altijd in de inleiding.
B
De hoofdgedachte is meestal een vraag.
C
De hoofdgedachte vertelt in één zin het belangrijkste over het onderwerp.
D
De hoofdgedachte staat altijd letterlijk in de tekst.
Slide 13 - Quizvraag
Uit welke drie onderdelen bestaat een tekst?
A
Inleiding, onderwerp en hoofdgedachte
B
Inleiding, slot en hoofdgedachte
C
Inleiding, kern en slot
D
Middenstuk, slot en hoofdgedachte
Slide 14 - Quizvraag
Een ... noteer je in een zin.
A
Hoofdgedachte
B
Onderwerp
Slide 15 - Quizvraag
Inleiding of slot?
Een conclusie trekken
A
Inleiding
B
Slot
Slide 16 - Quizvraag
Anekdote
A
inleiding
B
middenstuk
C
slot
Slide 17 - Quizvraag
Inleiding of slot?
Een korte samenvatting geven.
A
Inleiding
B
Slot
Slide 18 - Quizvraag
Deelonderwerpen
A
inleiding
B
middenstuk
C
slot
Slide 19 - Quizvraag
conclusie
A
inleiding
B
middenstuk
C
slot
Slide 20 - Quizvraag
Aan het werk!
H3 Lezen -> maak de startopdracht en oefening 1 en 2 vanaf blz. 72.
Slide 21 - Tekstslide
Daar zijn we weer!
Nu krijgen jullie de uitleg over de daltontaak van deze week.
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Tekstslide
Wat is de tegenstelling van aangenaam?
A
Onaangenaam
B
Irritant
Slide 26 - Quizvraag
Wat is de tegenstelling van
uitmuntend?
A
goed
B
slecht
Slide 27 - Quizvraag
Wat is de tegenstelling van
afhankelijk
A
afhankeloos
B
afhankelijkheid
C
onafhankelijk
D
heeft geen tegenstelling
Slide 28 - Quizvraag
Wat is de tegenstelling van riant
A
groot
B
klein
C
reusachtig
D
massaal
Slide 29 - Quizvraag
Wat is geen signaalwoord van een tegenstelling?
A
onder andere
B
aan de ene kant
C
maar
D
hoewel
Slide 30 - Quizvraag
Huiswerk
Dalton week 16: maak online -> hoofdstuk 4 -> woordenschat -> oefening 1 t/m 4.
Afmaken -> H3 Lezen -> maak de startopdracht en oefening 1 en 2.
Slide 31 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Lezen H3 inleiding, middenstuk en slot
September 2021
- Les met
22 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Lezen H3 - inleiding, slot en hoofdgedachte
September 2024
- Les met
14 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Herhalen H1-3
September 2024
- Les met
18 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Lezen H3 inleiding, middenstuk en slot
Januari 2022
- Les met
26 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Lezen H3 inleiding, middenstuk en slot
November 2020
- Les met
15 slides
Theorie hfdst. 3 Lezen S1vb
Juni 2021
- Les met
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
lezen h3: inleiding, slot en hoofdgedachte
December 2021
- Les met
13 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Leesvaardigheid H3 les 1
November 2021
- Les met
17 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1