Zakelijke e-mail schrijven

Nederlands leerjaar 3
Het schrijven van een zakelijke e-mail


Het Kwadrant
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Nederlands leerjaar 3
Het schrijven van een zakelijke e-mail


Het Kwadrant

Slide 1 - Tekstslide

De opmaak
  • Vul de onderwerpsregel in  (kort en bondig)

  • Aanhef
  • Inleidende zin
  • Alinea 1
  • Alinea 2
  • Afsluitende zin
  • Slotformule/afsluitende groet
  • Naam

Slide 2 - Tekstslide

Met welk woord begint de aanhef van een zakelijke e-mail altijd?
A
Beste
B
Geachte
C
Hallo
D
Beste of Geachte

Slide 3 - Quizvraag

Je schrijft een zakelijke e-mail aan Frank Maas. Welke aanhef gebruik je?
A
Geachte meneer Maas,
B
Geachte Frank Maas,
C
Geachte heer,
D
Geachte heer Maas,

Slide 4 - Quizvraag

Je schrijft de zakelijke e-mail aan de klantenservice van de Hema. Welke aanhef gebruik je?
A
Geachte klantenservice,
B
Geachte Hema,
C
Geachte heer, mevrouw,
D
Geachte medewerker,

Slide 5 - Quizvraag

Schrijfwijze van namen
  • Je schrijft een hoofdletter waar de naam begint.
  • Dit kan de voornaam zijn, maar ook de achternaam.
  • Let goed op bij de tussenvoegsels (de, van, van der, etc.)
  • In de aanhef gebruik je alleen de achternaam. 
  • Onderaan schrijf je altijd je eigen voornaam en achternaam.



Slide 6 - Tekstslide

Schrijfwijze van namen in de aanhef


Geachte mevrouw Sluis,
Geachte mevrouw Sluis - van Wiel,
Geachte mevrouw De Waag - Dekkers,
Geachte mevrouw Van Geest - van der Togt,
Geachte heer Wagemakers,
Geachte heer Van 't Lam,

Slide 7 - Tekstslide

Je schrijft een zakelijke e-mail aan Thomas van der Boom. Hoe schrijf je de aanhef?

Slide 8 - Open vraag

Je schrijft een zakelijke e-mail aan saskia de vrede - den burg. Hoe schrijf je de aanhef?

Slide 9 - Open vraag

De inleidende zin
  • In de inleidende zin vertel je altijd waarom je de e-mail schrijft.
  • Als in de opdracht staat dat je jezelf moet voorstellen, dan doe je dat ook in de inleidende zin.

Slide 10 - Tekstslide

Het middenstuk
  • In deze alinea's beschrijf je de meest belangrijke zaken. 
  • Gebruik makkelijke taal! Zo voorkom je spelfouten.

Slide 11 - Tekstslide

Afsluitende zin
In de afsluitende zin sluit je de e-mail netjes af. 
  • Ik hoop spoedig van u te horen.
  • Ik ontvang graag snel een reactie.
  • Ik vraag u om binnen twee weken te reageren.

Slide 12 - Tekstslide

Afsluitende groet
Gebruik een van de twee zinnen:
  • Met vriendelijke groet,
  • Hoogachtend,


Sluit af met je voornaam en achternaam.

Slide 13 - Tekstslide

Wat heb je van deze les geleerd?

Slide 14 - Open vraag

Wat vind je na deze les nog moeilijk?

Slide 15 - Open vraag

Zakelijke e-mail
  • Aan:
  • CC:
  • Onderwerp:
  • Aanhef                  (Geachte heer/mevrouw)
  • Inleiding               (Mijn naam is.............)
  • Kern                        (Vertel waar je e-mail over gaat)
  • Slot                          (Vertel wat je graag zou willen) 
  • Slotformule         (Met vriendelijke groet, )
  • Jouw naam    

Slide 16 - Tekstslide