syllabus: de periode 1918-1939

• Geschiedenis
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 4

De periode 1918-1939

Syllabus uitwerking

Verdrag van Versailles 

Verdrag van Versailles: Een in 1919 gesloten verdrag dat een einde maakte aan de Eerste Wereldoorlog

- strafbepalingen voor Duitsland

•  zoals herstelbetalingen, 132 miljard goudmark 
•  gebiedsafstand (zie kaart)

staatkundige kaart van Europa na WOI

Verdrag van Versailles 

• Demilitarisatie: geen dienstplicht meer en een beroepsleger van max. 100.000 man.
• ontstaan van nieuwe staten 
• oprichting van de Volkenbond: Internationale organisatie die een nieuwe oorlog moest voorkomen. ==> Duitsland mocht geen lid worden. VS deed niet mee.

De gevolgen van de economische crisis voor het

vertrouwen in de democratie in Europa en in het

bijzonder voor Duitsland herkennen en

beschrijven.

Duitsland na WOI

• Parlementaire democratie: Manier van besturen waarbij burgers het parlement kiezen. In het parlement zitten mensen die het volk vertegenwoordigen. 
•  ==> Duitsland wordt parlementaire democratie na WOI ==> keizer vlucht ==> ontstaan republiek van Weimar (De Duitse republiek met een democratische grondwet, die in 1919 is uitgeroepen in het stadje Weimar)

Duitsland na WOI

• Dolkstootlegende: Volgens deze legende had Duitsland de oorlog verloren, doordat de regering opdracht had gegeven om te stoppen met vechten. Die regering stak met die opdracht 'een dolk in de rug' van de Duitse soldaten, die nog door wilden vechten. 

bezetting Ruhrgebied

Mislukte staatsgreep Hitler

1923

• Hitler's mislukte staatsgreep (putsch) in München.
• Hij wordt gearresteerd en veroordeeld tot een gevangenisstraf van 5 jaar. 

Duitsland na WOI

• Opleven van de economie in Duitsland (Dawesplan, 1924)
  
• Duitsland lid van de Volkenbond (1926) 
• Beurskrach op Wallstreet (1929) ==>  de wereldwijde economische crisis
• ==>Duitsland extra zwaar getroffen

De belangrijkste ontwikkelingen in nazi-Duitsland,

als voorbeeld van een extreemrechtse totalitaire

staat, herkennen en beschrijven.

Kenmerken van het nationaalsocialisme in Duitsland

• Machtsovername (1933) --> Hitler wordt rijkskanselier. Hitler wint de verkiezingen met de NSDAP 
• Afschaffing parlementaire democratie  --> Duitsland wordt een dictatuur: Een manier van regeren waarbij één persoon of een kleine groep alle macht heeft. 
• Führer (principe): Er is een leider --> de führer
• Hitler gebruikte  terreur  om zijn doel te bereiken --> dmv angst je doel bereiken.
• -->  mbv  SA , SS en Gestapo
• vervolging van tegenstanders

Kenmerken van het nationaalsocialisme in Duitsland

• Er kwam gelijkschakeling: De regering probeerde de gedachten en het gedrag van de bevolking te controleren en aan te passen aan de ideeën van de nazi's.
  
• Totalitaire Staat:  Een staat waarin  het leven van de inwoners volledig wordt beheerst door de staat. 
• Censuur:  De overheid controleert de pers en houdt dus toezicht op alle berichten  via radio, kranten en andere massamedia.

Kenmerken van het nationaalsocialisme in Duitsland

• propaganda: Het gebruiken van kranten, posters en andere middelen om de vijand zwart te maken en om de b urgers ervan te overtuigen dat ze voor een goede zaak vechten. 
• indoctrinatie: Continu proberen je mening en ideeën aan anderen op te dringen door eenzijdige, partijdige informatie te geven. 
• persoonsverheerlijking: Een mens als een soort god vereren. 
• herbewapening 

Kenmerken van het nationaalsocialisme in Duitsland

• Gebruik maken van bestaand antisemitisme 
• Rassenleer met vanaf 1935 rassenwetten (Neurenberger wetten)
• discriminerende maatregelen
• Kristallnacht: In deze nacht van 9 op 10 november 1938 gooiden nazi's winkelruiten van Joodse eigenaars kapot, staken ze Joodse gebedsgebouwen in rand en sloegen ze Joden in elkaar. 
• vervolging van ‘niet-arische’ bevolkingsgroepen en van politieke tegenstanders ==> concentratiekampen 
• nazi organisaties: NSDAP / SA / SS / Gestapo / Hitlerjugend / Bund Deutscher Mädel

Stel 1 vraag over iets dat je
deze les nog niet zo goed hebt begrepen.

Schrijf 3 dingen op die
je deze les hebt geleerd