year 10- Disk thema 11

Disk
Indeling:
  • thema's
  • bronnen en bouwstenen 
  • woordenschrift
  • extra opdrachten
  • 3 niveaus
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2Middelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Disk
Indeling:
  • thema's
  • bronnen en bouwstenen 
  • woordenschrift
  • extra opdrachten
  • 3 niveaus

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Inloggen Disk
  • Ga naar https://www.nt2school.nl
  • Log in met je IST e-mail
  • Het wachtwoord krijg je van je docent (kun je evt. wijzigen)
  • Bekijk de methode alvast een beetje....

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Disk thema 11
 Vrije tijd

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar denk jij aan
bij 'vrije tijd'

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is vrije tijd?
Vrije tijd is de tijd die je hebt buiten je school of werk of andere verplichtingen.

Mensen zijn in hun vrije tijd vaak bezig met 
ontspannen, hobby's, of leuke uitstapjes.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat doen mensen in hun vrije tijd?

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Mijn weekend in 1 foto
Kies 1 foto van de afgelopen vrije dagen. Zet deze foto in de Lessonup. Als iedereen een foto heeft ingestuurd, moet je vertellen wat er op de foto te zien is en wat je toen deed.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat doe jij in je vrije tijd?
Mijn weekend in 1 foto:

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Disk thema 12: Vrije tijd
Dit thema gaat over vrije tijd. Wat doe jij in je vrije tijd? Zit je op een sportclub of ga je naar de sportschool? Of heb je andere hobby’s? Hou je van dansen, muziek maken of luister je graag naar muziek? Of kijk je het liefst naar films?

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

groepsopdracht hobby
Beeld de hobby uit op je kaartje of geef een omschrijving.
Je mag het woord zelf niet gebruiken.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Taak 1
1. Praat over de vragen - bijna weekend
Wat doe je graag in het weekend?
 Wat doe je graag alleen?
 Wat doe je weleens met een vriend of vriendin?
 Wat doe je weleens met je familie?

2. Vul het schema in bij taak 1

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Even oefenen

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat doe je als het regent?

Slide 13 - Open vraag

Op het bord zetten:
Als het regent, dan.... (eerst het ww dan de rest van de zin)
Wat doe je als je klaar bent met school?

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat doe je als je ziek bent?

Slide 15 - Open vraag

Als het regent, dan (eerst werkwoord invullen, dan de rest van de zin)
 taak 1
3. Je belt met een vriend of vriendin. Lees de teksten hardop. A          belt met B.
      Doe de opdracht nog een keer. Wissel van rol.

4. Stel vragen en geef antwoord.
Bedenk zelf nog 2 vragen. A stelt de vragen en B geeft antwoord. 

Slide 16 - Tekstslide

Eerst klassikaal oefenen met twee leerlingen: alles begrepen?
 taak 1
4. Stel vragen en geef antwoord. Wissel daarna van rol.
Bedenk zelf nog 2 vragen. A stelt de vragen en B geeft antwoord. 
A Zullen we samen naar de film gaan? 
B …
A Hoe laat gaan we weg?
B …
A Hoe laat zijn we terug?
B …
A Kom je mij ophalen?
B …
A …
B …
A …
B …

Slide 17 - Tekstslide

inventariseren welke andere vragen je nog kunt stellen.
 taak 1
Maak opdracht 5 en 6.
Voor opdracht 5 kijk je naar het schema van opdracht 2.
Opdracht 6 stuur je naar mij! (checken--> misgegaan)

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Neem de woordenlijst door
  • Welk woord begrijp je niet?
  • Vraag deze aan een klasgenoot of aan de docent
  • Zoek het woord op
  • Per les minimaal 5woorden oefenen
  • Werken aan bronnen en bouwstenen 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Dictee in groepjes
  • In groepjes van 3 sta je achter elkaar voor het bord.
  • Ik noem een woord en je probeert het woord correct 
  • op het bord te schrijven.
  • Het team met de meeste juiste woorden heeft 
  • gewonnen!
  • Dit ook doen met zinnen maken.
Bij afkijken/valsspelen krijg je een punt aftrek!

Slide 21 - Tekstslide

Leerlingen krijgen 5 minuten de tijd om de woorden te bekijken in het woordenschrift.