Kennismaking met de branches

1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Doel van de les
De student weet:
  • in welke branches hij of zij kan werken wanneer ze gediplomeerd is
  • Wat het verschil is tussen de branches

Slide 5 - Tekstslide

Waar kan je als verpleegkundige gaan werken?

Slide 6 - Open vraag

timer
1:30
Waar zou jij als verpleegkundige willen gaan werken?

Slide 7 - Woordweb

Je kunt werkzaam zijn in:
Verpleeghuis
Thuiszorg
Gehandicaptenzorg
Geestelijk gezondheidszorg
Ziekenhuis
Revalidatie

Slide 8 - Tekstslide

VT staat voor:
A
Verzorgen en thuiszorg
B
Verpleeghuis en thuiszorg
C
Verpleeghuis en tehuis
D
Verzorgen en tehuis

Slide 9 - Quizvraag

VT
Verpleeghuis
  • Somatiek
  • PG
  • Revalidatie
Thuiszorg

Slide 10 - Tekstslide

timer
1:00
Waar denk je aan bij zorgvragers
met een somatische aandoening

Slide 11 - Woordweb

Somatische zorg
Somatische zorg is een vorm van zorg die zich richt op het behandelen van fysieke gezondheidsproblemen
Dit omvat alles van de behandeling van acute ziekten en verwondingen tot het behandelen van chronische aandoeningen.

Wat is somatische zorg | Verpleegcollectief
verpleegcollectief.nl/wat-somatische-zorg
verpleegcollectief.nl/wat-somatische-zorg

Slide 12 - Tekstslide

timer
1:00
Waar denk je aan bij
het woord PG?

Slide 13 - Woordweb

PG is PsychoGeriatrie

De psychogeriatrie richt zich op aandoeningen die gepaard gaan met 
* beperkingen van de geestelijke vermogens (psycho) 
*op hogere leeftijd (geriatrie).


In de praktijk zijn dat mensen met  
verstandelijke beperkingen die te maken hebben met geheugenproblemen, bijvoorbeeld bij mensen met de ziekte van Alzheimer of de ziekte van Korsakov. 
Het brein raakt door ouderdomsverschijnselen in de war, waardoor ook gedragingen niet meer passend zijn.

Psychogeriatrie wordt in de wereld van verpleeg- en verzorgingshuizen vaak afgekort tot PG. Zie ook somatiek

Slide 14 - Tekstslide

Bij Revalidatiezorg is het streven dat de zorgvrager naar het verpleeghuis gaat.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Video

Slide 17 - Tekstslide

timer
1:00
Welke werkzaamheden in de zorg
voer je uit in de thuiszorg?

Slide 18 - Woordweb

Slide 19 - Video

Tekst
Zorgvragers wonen zo lang mogelijk thuis
Blijvende woning voor zorgvragers
Tijdelijk verblijf in verpleeghuis, met als doel weer naar huis te gaan
Thuiszorg
Verpleeghuis 
Revalidatiezorg

Slide 20 - Sleepvraag

Ik zou in de thuiszorg willen werken.
A
Ja
B
nee

Slide 21 - Quizvraag

Waar denk je aan bij de gehandicaptenzorg?

Slide 22 - Woordweb

Slide 23 - Video

Wat weet je al van het werken in een ziekenhuis?

Slide 24 - Open vraag

Slide 25 - Video

Waar denk je aan bij geestelijke gezondheidszorg?

Slide 26 - Woordweb

Slide 27 - Video

Wat is een belangrijk verschil in verpleegkundige zorg tussen een instelling voor revalidatie en een verpleeghuis?
A
In een verpleeghuis zijn de zorgbehoeften minder complex
B
In een instelling voor revalidatie is de focus gericht op herstel
C
In een instelling voor revalidatie is er minder professionele begeleiding
D
In een verpleeghuis is er meer aandacht voor fysieke therapie

Slide 28 - Quizvraag

Wat is een belangrijk aspect van verpleegkundige zorg in de thuiszorg?
A
Meer nadruk op multidisciplinaire samenwerking
B
Minder flexibiliteit in de zorgplanning
C
Kortere verblijfsduur van patiënten
D
Aandacht voor de sociale omgeving van de patiënt.

Slide 29 - Quizvraag

Wat is een kenmerkend verschil in doelgroep tussen verpleeghuis en gehandicaptenzorg?
A
Verpleeghuis: ouderen met lichamelijke beperkingen, Gehandicaptenzorg: mensen met verstandelijke beperkingen.
B
Verpleeghuis: mensen met chronische ziekten, Gehandicaptenzorg: mensen met psychische problemen.
C
Verpleeghuis: mensen met psychiatrische problemen, Gehandicaptenzorg: ouderen met geheugenproblemen.
D
Verpleeghuis: mensen met een verstandelijke beperking, Gehandicaptenzorg: ouderen met dementie.

Slide 30 - Quizvraag

Wat zijn kenmerken van verpleegkundige zorg in een ziekenhuis?
A
Eenzijdige benadering
B
Intensieve zorg
C
Preventieve zorg
D
Multidisciplinaire samenwerking

Slide 31 - Quizvraag

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Wat zou je willen weten van de verschillende branches?

Slide 34 - Open vraag

Slide 35 - Tekstslide

Zijn de doelen behaald?

De student weet:
  • in welke branches hij of zij kan werken wanneer ze gediplomeerd is
  • Wat het verschil is tussen de branches

Slide 36 - Tekstslide

In de wens dat je weer iets geleerd hebt,


tot een volgende LessonUp

Slide 37 - Tekstslide