§1.2 Hoe rijk voel je je?

§1.2 Hoe rijk voel je je?
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

§1.2 Hoe rijk voel je je?

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  1. Wat is het het verschil tussen welvaart en welzijn?
  2. Hoe kan welvaart toenemen?
  3. Hoe lees de verdeling van het inkomen af uit de grafiek?

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoel 1
Wat is het het verschil tussen welvaart en welzijn?

Slide 3 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen welzijn en welvaart?

Slide 4 - Woordweb

Welvaart
De mate waarin je met jouw beschikbare middelen (geld) in jouw behoefte kan voorzien.

Dus…in gewoon Nederlands…in hoe meer behoeften je kunt voorzien, des te beter jouw welvaart.

Slide 5 - Tekstslide

Welzijn 
Hier gaat het om hoe gelukkig en tevreden je met je leven bent. 

Dat is niet altijd in geld uit te drukken en is meer een gevoelskwestie.

Slide 6 - Tekstslide

Hoe kijken economen ernaar?
Wil een econoom weten hoe het gaat met een land?
Dan kijkt hij naar bet BBP (Bruto Binnenlands Product).

BBP = totale waarde van geproduceerde goederen en diensten in een land.

Slide 7 - Tekstslide

Als het BBP toeneemt, neemt dan de welvaart toe?
A
Ja
B
Nee

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Tekstslide

Het bbp van ons land is in een bepaald jaar € 685 miljard. Een jaar later is het bbp € 696 miljard.
Berekend met hoeveel % het bbp is toegenomen (1 decimaal).

Slide 10 - Open vraag

Leerdoel 2
Hoe kan welvaart toenemen?

Slide 11 - Tekstslide

Hoe kan jouw welvaart toenemen?

Slide 12 - Woordweb

Welvaart kan toenemen door:
  • Het kopen van goederen en diensten
  • Zelfvoorziening
  • Collectieve voorzieningen die de overheid produceert.

Slide 13 - Tekstslide

Inkomen
Welvaart neemt toe door in behoeften te voorzien.
Daar heb je inkomen voor nodig.
Hoe meer inkomen hoe meer je in jouw behoeften kan voorzien.
Welke inkomens zijn er:
Inkomen uit arbeid
Inkomen uit bezit
Inkomen uit overdrachten

Slide 14 - Tekstslide

Inkomen kan verschillen door:
  • Leeftijd
  • De opleiding
  • Ervaring
  • Jouw prestaties
  • Welke verantwoordelijkheid heb je
  • Zwaarte van het beroep (lichamelijk of geestelijk)
  • Vraag naar bepaald werk

Slide 15 - Tekstslide

Is het inkomen gelijk verdeeld in Nederland
A
Ja
B
Nee

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Link

Slide 19 - Tekstslide

Nationaal inkomen
Wat verdienen we met z’n allen in een jaar tijd?
Hoe dan?

De optelsom van alle inkomens uit:
  • Loon 
  • Rente
  • Winst 
  • Huur 
  • Pacht

Slide 20 - Tekstslide

Wat zegt dat nou?
Wat zegt het nationaal inkomen over een land?
Nou???
Stel:
€ 100 voor 2 personen of
€ 100 voor 100 personen
Welk land is rijker?
Daarom het Nationaal inkomen per hoofd van de bevolking

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

NI van NL is € 850 miljard. Het aantal inwoners is 17,1 miljoen. bereken het inkomen per hoofd van de bevolking. Reken uit in hele euro’s.

Slide 23 - Open vraag

Leerdoelen
  1. Wat is het het verschil tussen welvaart en welzijn?
  2. Hoe kan welvaart toenemen?
  3. Hoe lees de verdeling van het inkomen af uit de grafiek?

Slide 24 - Tekstslide