Het lijdensverhaal

Het christendom
Het lijdensverhaal
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
LevensbeschouwingMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Het christendom
Het lijdensverhaal

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Levensbeschouwelijk
We kunnen op verschillende manieren naar de geschiedenis van Jezus kijken. Historisch, dat wil zeggen: volgens feiten. Of levensbeschouwelijk: dan gaat het over welke betekenis er aan gegeven kan worden of welke levenslessen men er uit op kan maken. In deze les staan we op de levensbeschouwelijke manier stil bij het lijdensverhaal van Jezus: welke betekenissen zitten hier achter?

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoel
1. De leerling kan de belangrijkste passages en personen uit het lijdensverhaal van Jezus uitleggen/toelichten en herkennen.

Slide 4 - Tekstslide

Waarom is Jezus volgens de christenen voor hen aan het kruis gestorven?

Slide 5 - Woordweb

Betekenis lijdensverhaal
Het lijdensverhaal heeft voor christenen verschillende betekenissen. 
Een betekenis is dat lijden en dood niet het laatste woord hebben, dus niet het einde van een leven zijn. 
Het vertelt ook hoe Jezus aan het kruis is gestorven om voor de mensen (In plaats van hen) te lijden. God heeft zelf de gedaante van een mens aangenomen en is in Jezus naar de wereld gekomen om hun plaats in te nemen. Zo kon Jezus de mensheid vertegenwoordigen en de schuld (van alle zonden) bij God vereffenen.

Slide 6 - Tekstslide

1. Wat heeft Pasen met Jezus te maken?

Slide 7 - Open vraag

2. Wat heeft Goede Vrijdag met Jezus te maken?

Slide 8 - Open vraag

3. Wat heeft Hemelvaart met Jezus te maken?

Slide 9 - Open vraag

4. Wat is Pinksteren?

Slide 10 - Open vraag

5. Wat is een Judaskus?

Slide 11 - Open vraag

Het laatste avondmaal: witte donderdag
Het Laatste Avondmaal, dat elk jaar op Witte
Donderdag wordt herdacht, is de laatste keer dat Jezus met zijn apostelen at. Tijdens dit Laatste Avondmaal spreekt Jezus de bekende
woorden over het brood en de wijn uit die hij deelt met zijn leerlingen. En hij kondigt aan/voorspelt dat iemand onder zijn leerlingen hem zal verraden (aan de machthebbers) en dat Jezus ter dood veroordeeld zal worden. Het is uiteindelijk de apostel Judas die Jezus verraadt door hem een kus te geven, wat we ook de Judaskus noemen. Iemand die een Judaskus geeft, doet alsof hij of zij het beste met jou voor heeft, maar eigenlijk kan je hem/haar niet vertrouwen. 
In de volgende lessen gaan we nog nader in op waarom  Jezus precies wordt verraden

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Jezus wordt opgepakt en veroordeeld
Jezus wordt meegenomen door de Romeinse soldaten en komt uiteindelijk bij de Romeinse machthebber Pilatus in Jeruzalem uit.  Uiteindelijk beslist Pilatus dat Jezus ter dood veroordeeld wordt, maar waarom? 
De Joden vonden dat Jezus schuldig was omdat hij zich ‘voordoet’ als Zoon van God en dat wordt gezien als 'godslastering' (het beledigen van God).  Uiteindelijk wordt Jezus veroordeeld omdat hij ' de koning van de Joden' zou zijn en dat is een bedreiging voor de Romeinse overheid.

Slide 14 - Tekstslide

Goede vrijdag
Jezus wordt gekruisigd op de top van de berg, waar hij zelf naar toe moet lopen met het kruis. Het is een lastige weg naar boven. Jezus valt meermaals op de grond (Het ‘dragen van je kruis’ betekent ook ‘met een (moeilijk) probleem moeten leven’). Deze (lastige) Kruisweg en de kruisiging herdenken we elk jaar op Goede Vrijdag. Je vindt de kruisweg steeds achteraan in elke kerk in 14 afbeeldingen (of staties). Na de tocht met Zijn kruis, bereikt Jezus de plaats Golgota. Daar wordt Hij aan het kruis genageld. 

Slide 15 - Tekstslide

Pasen
Jezus wordt  na zijn overlijden tijdelijk begraven in een grot(graf). Maar na 3 dagen (op zondag)  gebeurt iets uitzonderlijk. Drie dagen na zijn kruisiging is hij opgestaan
uit het graf, iets wat hij zelf voorspelde. Jezus heeft zijn leven uit liefde voor ons gegeven en daarom heeft zijn Vader (God) hem dwars doorheen de dood getrokken.
Als christenen Pasen vieren wordt Jezus herdacht en hoe hij opstond uit de dood. Dit 
verhaal heeft dus een ‘happy end’ en net daarom is het een verhaal van hoop.
Hostie
Het eten van een hostie (in de kerk) staat symbool voor het lichaam van Christus.

Slide 16 - Tekstslide

Hemelvaart
Nadat Jezus is opgestaan uit de dood verschijnt hij regelmatig aan zijn volgelingen. Hij geeft hen dan meer uitleg over de kern van zijn boodschap die hij in de drie jaar daarvoor aan hen heeft verteld: over Het Koninkrijk van God. Ook geeft hij hen instructies over hun taak in de wereld als Jezus niet meer bij ze zal zijn. 40 dagen na Pasen vieren christenen Hemelvaart, dat is altijd op een donderdag. Dit is de dag waarop Jezus terugkeert naar God en de hemel in gaat. 

Slide 17 - Tekstslide

Pinksteren
 Met Pinksteren vieren christenen dat de heilige Geest werd ‘uitgestort’, dat is wat Pinksteren letterlijk betekend. Dat klinkt als een soort waterval en volgens de omschrijvingen in de Bijbel was dat ook wel het gevoel. De eerste christenen hadden de ervaring dat ze plotseling ‘volgegoten’ werden met God. Dit gebeurde 50 dagen na Pasen, dus nadat Jezus in de hemel was. 

Slide 18 - Tekstslide

Beantwoord nu nog een keer vraag 1 t/m 5:
Gebruik nu meer woorden om een antwoord te geven, laat zien dat je kennis hebt van de inhoud van de stof. 

Slide 19 - Tekstslide

Extra opdracht: Kijk op donderdag 1 april 's avonds alvast naar 
The Passion
Binnenkort krijgen jullie ook een opdracht bij dit programma. Je kunt het programma alvast live kijken op donderdag 1 april (en gewoon genieten van het spektakel) zodat je de opdracht later gemakkelijker kunt uitvoeren. Ook zorgt dit programma ervoor dat je meer bekend raakt met het lijdensverhaal zoals we dat in deze les hebben besproken. 

Slide 20 - Tekstslide

6. Welke gebeurtenissen of moeilijke woorden uit deze LessonUp merk jij nog op?

Slide 21 - Open vraag

Terugkoppeling leerdoel
1. De leerling kan de belangrijkste passages en personen uit het lijdensverhaal van Jezus uitleggen/toelichten en herkennen.

Slide 22 - Tekstslide