In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Types globalisering
Slide 1 - Tekstslide
Dia 17: Gebruik de bron. Heeft vooral de tijdsbesparing of de kostenbesparing in de scheepvaart de relatieve afstand het meest verkleind? Licht je antwoord toe.
A
JA
B
tijdsbesparing, alles gaat sneller
C
kostenbesparing want daardoor is het dus goedkoper om bepaalde middelen te vervoeren waardoor het dus ook vaker gedaan word
D
tijdbesparing daardoor is ook de kosten omlaag gegaan
Slide 2 - Quizvraag
Dia 30: Leg uit waarom de EU wel belasting heft op de import van garnalen, maar niet op de import van katoen.
A
want garnalen kunnen ook uit de EU komen maar katoen niet
B
er is geen garnaal verkrijgbaar in nederland, maar er zijn wel kantoenbomen in de eu
C
omdat garnalen veel meer waarde hebben
D
Omdat niet garnalen in europa worden verkocht.
Slide 3 - Quizvraag
Bekijk de bron. Waarom is voor een multinational als Apple vrije handel (dus zonder importheffingen) belangrijk?
A
De producten van Apple moeten door de hele wereld, het is veel goedkoper voor een bedrijf als apple om geen import kosten te betalen. Dan zou dat bij elk land moeten
B
zo kunnen ze de telefoons duurder maken
C
Apple vervoert verschillenden onderdelen uit verschillende landen en door importheffing worden de onderdelen duurder
D
worden de producten ook goedkoper en gaan dus meer mensen hun producten kopen
Slide 4 - Quizvraag
Dia 53: Apple laat ook technologisch ingewikkelde onderdelen produceren in Duitsland en Zuid-Korea. Wat is blijkbaar een belangrijk vestigingsplaatsvoordeel van deze landen?
A
grote landen
B
veel inkomsten
C
Voldoende technologische kennis
D
De dingen worden er goedkoop gemaakt
Slide 5 - Quizvraag
Types globalisering
Economische globalisering: handel
Culturele globalisering: invloed op manier van leven/doen
Politieke globalisering: samenwerkende landen
Slide 6 - Tekstslide
Er zijn veel buitenlandse winkels te vinden in een winkelstraat. Dit is een voorbeeld van:
A
Economische Globalisering
B
Culturele globalisering
C
Politieke globalisering
Slide 7 - Quizvraag
Kun je zelf een voorbeeld noemen van een buitenlandse winkel?
Slide 8 - Woordweb
Er is sprake van een McDonalds in vrijwel elke stad. Dit is een voorbeeld van:
A
Economische Globalisering
B
Culturele globalisering
C
Politieke globalisering
Slide 9 - Quizvraag
Kun je een voorbeeld geven van culturele globalisering?
Slide 10 - Woordweb
Culturele globalisering
Engels als "universele" taal
McDonalds is overal (evenals Coca-Cola)
Maar:
- Lokale gebruiken worden bedreigd
- "Kleine" talen steeds minder gebruikt
1 overheersende cultuur?
Slide 11 - Tekstslide
Overheersende cultuur
Amerikaanse invloed
Maar; lokale variaties!
Slide 12 - Tekstslide
Denk je dat er steeds meer sprake zal zijn van 1 mondiale cultuur?
A
Ja
B
Nee
Slide 13 - Quizvraag
Kun je een voorbeeld geven van politieke globalisering?