havo 2: grammatica dia's

Heute
  • Herhaling ontleden 1e, 3e en 4e naamval
  • Herhaling voorzetsels 3e naamval 
Handys ins Hotel & Schulsachen auf den Tisch
Herzlich Willkommen
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2,3

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Heute
  • Herhaling ontleden 1e, 3e en 4e naamval
  • Herhaling voorzetsels 3e naamval 
Handys ins Hotel & Schulsachen auf den Tisch
Herzlich Willkommen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herzlich willkommen!
Kap. 1 Grammatik A - zwakke werkwoorden
ich
du
er
sie
es
wir
ihr

sie
Sie
ik
jij
je
hij
zij
het
wij
we
jullie
zij (mv)
u
Persoonlijke voornaamwoorden 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herzlich willkommen!
Kap. 1 Grammatik A - zwakke werkwoorden
De uitgangen
(FE)
E
ST
T
EN
T
EN
ich
du
er
sie
es
wir
ihr

sie
Sie
ik
jij
je
hij
zij
het
wij
we
jullie
zij (mv)
u
Voltooid deelwoord: ge + stam + t

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herzlich willkommen!
Kap. 1 Grammatik A - zwakke werkwoorden
De uitgangen:
Hele werkwoorden zijn?
  • zwakke werkwoorden
  • vervoeging gaat altijd op dezelfde manier
  • zoek de stam, zet de uitgang erachter
  • wohnen - ich wohn + e
  • kaufen - du kauf + st
  • reisen - du reis + t (uitgang -s vervalt, stam eindigt op een -s)

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herzlich willkommen!
Kap. 1 Grammatik A - zwakke werkwoorden
Schrijf de volgende werkwoorden in het Duits uit.
- machen
- kommen
- reisen

Voorbeeld:
ich heiße usw.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herzlich willkommen!
Kap. 1 Grammatik A - zwakke werkwoorden
ik
jij
je
hij
zij
het
wij
jullie
zij (mv)
u

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herzlich willkommen!
Kapitel 1: vraagwoorden
Neem over in je schrift:



Vraagwoord DE
Vraagwoord NL
Sätze: 
Warum?
Weshalb?
waarom?
Warum machst du keine Hausaufgaben?
Wo?
Waar?
Wo wohnst du?
Woher?
Waarvandaan?
Woher kommst du?
Wohin?
Waarheen?
Wohin gehst du?
Wie viel?
Hoe veel?
Wie viel ist das?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herzlich willkommen!
Kapitel 1: Grammatik B - haben und sein
Sprechen und Schreiben
ich
heb
ben
du
hebt
bent
er/sie/es
heeft
is
wir
hebben
zijn
ihr
hebben
zijn
sie/Sie
hebben/heeft
zijn/bent

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herzlich willkommen!
Kapitel 1: Grammatik B - haben und sein
ich
habe
heb
bin
ben
du
hast
hebt
bist
bent
er/sie/es
hat
heeft
ist
is
wir
haben
hebben
sind
zijn
ihr
habt
hebben
seid
zijn
sie/Sie
haben
hebben/heeft
sind
zijn/bent

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herzlich willkommen!
Kapitel 1: Grammatik A und B
De uitgangen
(FE)
E
ST
T
EN
T
EN
ich
du
er
sie
es
wir
ihr

sie
Sie
ik
jij
je
hij
zij
het
wij
we
jullie
zij (mv)
u
Voltooid deelwoord: ge + stam + t

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herzlich willkommen!
Grammatik E und G
de en het zijn bepaalde lidwoorden
een is een onbepaald lidwoord.
In het Duits: der / die / das => de / het
In het Duits: ein / eine => een

Bezittelijke voornaamwoorden:
jouw broer
mijn zus


Slide 11 - Tekstslide

Ü. 5 und 6 nakijken

Herzlich willkommen!
Grammatik E und G
Bezittelijke voornaamwoorden:
jouw broer
mijn zus


mijn
jouw
zijn
haar
onze
jullie
hun
uw
mein[e]
dein[e]
sein[e]
ihr[e]
unser[e]
euer[e]
ihr[e]
Ihr[e]

Slide 12 - Tekstslide

Ü. 5 und 6 nakijken