Open dag Mavo Nederlands Dr. Aletta Jacobs College

Welkom bij het vak Nederlands!
Doe mee met de quiz. Je krijgt vragen over de Nederlandse taal. 
Veel succes!
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij het vak Nederlands!
Doe mee met de quiz. Je krijgt vragen over de Nederlandse taal. 
Veel succes!

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zet in de verleden tijd.
Wat gebeurt er met de klank?
WACHTEN
A
de klank verandert
B
de klank blijft gelijk

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Luister goed naar het liedje op de volgende dia en beantwoord daarna de vraag.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Claudia de Breij
Als de oorlog komt
En als ik dan moet schuilen
Mag ik dan bij jou?
Als er een clubje komt
Waar ik niet bij wil horen
Mag ik dan bij jou?
Als er een regel komt
Waar ik niet aan voldoen kan
Mag ik dan bij jou?
En als ik iets moet zijn
Wat ik nooit geweest ben
Mag ik dan bij jou?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak de zin af: Mag ik dan bij jou schuilen als het ......

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de meervoudsvorm van het woord bureau?

Slide 6 - Open vraag

Het enkelvoud eindigt op een klinker (tweeklank).

Welk woord is GOED geschreven?
A
interresant
B
portomonnee
C
encyclopedie
D
onmiddelijk

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe noem je een ander woord met (bijna) dezelfde betekenis?

A
gezegde
B
synoniem
C
alinea
D
afbeelding

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent:
Je ziet er
bedrukt uit?
A
dat je er verdrietig uitziet
B
dat je er moe uitziet
C
dat het lijkt of je onder het kopieerapparaat lag
D
dat je er goed uitziet

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


In welke zin staan precies drie werkwoorden?
A
De vliegen vliegen achter vliegen aan.
B
De reiziger zal met de trein gaan reizen.
C
In de mediatheek staan veel computers.
D
Misschien moeten wij verhuizen.

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Over welke woordsoorten
ging dit liedje?
A
zelfstandige naamwoorden en lidwoorden
B
werkwoorden
C
persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden
D
voorzetsels

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Einde van de les

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies