Thema 2 H3 Hoofdletters & leestekens 2F

bij deze les!
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

bij deze les!

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdletters
en leestekens

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen

Aan het einde van de les weet je:

  • waar en wanneer je HOOFDLETTERS gebruikt;
  • hoe je leestekens in je zinnen zet;

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we deze les doen?
  • Hoe gaat het met jullie?
  • Theorie hoofdletters en leestekens
  • Aan de slag met de opdrachten (1, 2, 5, 11, 12 en 13)
  • Afsluiting

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we deze les doen?
  • Hoe gaat het met jullie?
  • Theorie hoofdletters en leestekens
  • Aan de slag met de opdrachten (1, 2, 5, 8 en 11, 12 
  • Afsluiting

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe gebruik ik...
  • Hoofdletters
  • Begin- en eindpunt van een zin
  • Leespauzes (komma's)
  • Vraag- en uitroepteken

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdletters
  •     Begin van de zin; Het is vandaag .....

  •     Namen van personen; Lies van Houten, John van der Kaag

  •     Aardrijkskundige namen (en afleidingen daarvan); Letland,  Franse kaas, Zuid-Holland

  •     Namen van bedrijven, organisaties en merken; Zara, KFC

  •     Feestdagen: Kerst, Pasen, Koningsdag

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Begin- en eindpunt van een zin
Als je zinnen opschrijft is het handig dat je daarbij let op hoe je die zinnen opschrijft. Het is erg handig om hoofdletters en leestekens te gebruiken. Doe je dat niet krijg je zinnen en teksten die moeilijker te lezen zijn. Je moet de hele tijd gaan puzzelen waar een zin begint en ophoudt en waar bijvoorbeeld namen staan. Als je deze tekst leest zul je dat wel begrijpen. Daarom gaan we vandaag kijken hoe je dat moet doen.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

beste mevrouw tamineau
In de bovenstaande zin moet...
A
1 hoofdletter
B
2 hoofdletters
C
3 hoofdletters
D
geen hoofdletters

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

september
A
hoofdletter
B
kleine letter

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

moederdag
A
hoofdletter
B
kleine letter

Slide 13 - Quizvraag

Wat is een feestdag
Hoofdletter of niet?
A
titanic
B
Titanic

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zoek de fout 

Waar ontbreekt de komma?

Wat doet dit met de betekenis van de zin?

Slide 15 - Tekstslide

De komma ontbreekt in de volgende zin:
'Ben je minimaal 15 jaar beschikbaar op twee avonden en op zaterdag.'
 
De komma moet achter '15 jaar'. Zo dus: Ben je minimaal 15 jaar, beschikbaar op twee avonden en op zaterdag?

 In de huidige vorm (zonder komma) betekent de zin eigenlijk dat je 15 jaar lang beschikbaar zou moeten zijn.


Leespauzes
  •     Aangeven met een komma.
 Wanneer?
  •     Altijd bij een opsomming (Eva, Jens, Vincent en Jasper).
  •     Tussen 2 zinnen die samen in 1 zin staan (let op de persoonsvorm) : Gisteren hadden we vrij, vandaag hebben we school.
  •     Voor een voegwoord: Deze telefoon is duur, maar die is nog duurder.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de juiste zin?
de chauffeur wees naar links maar ging naar rechts
A
de chauffeur wees naar Links maar ging naar rechts
B
De chauffeur wees naar Links, maar ging naar Rechts
C
De chauffeur wees naar links, maar ging naar rechts
D
De chauffeur wees naar links maar ging naar rechts

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vraag- en uitroepteken
  • Niet altijd punt aan einde.
  • Vraagteken bij een vraag.
  • Uitroepteken bij benadrukken zin.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat vind je het moeilijkste
om te gebruiken?
Hoofdletters, punten of komma's ?

Slide 19 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Ga naar: Thema 2 Geld
Hoofdstuk 3 Taalverzorging
Theorie 1, 2,3,4
Maak opdracht 1, 2, 5, 11 en running dictee)

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Portaal voor Talent->bundel->Starttaal 2F
Startpagina -> Starttaal 2F Studiereader
Ga naar: Thema 2 Geld
Hoofdstuk 3 Taalverzorging
Maak opdracht 1, 2, 5, 8, 11 en 12

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen

Aan het einde van de les weet je:

  • waar je HOOFDLETTERS gebruikt;
  • hoe je leestekens in je zinnen zet;

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragen?

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting
Hoe vond je de les?
Heb je nog iets gemist?
Nog een dringende vraag?

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies