2.2 De outback in Australië
Wat is geen kenmerk van het tropisch regenwoud
A
Er zijn bomen van verschillende hoogtes
B
Er vallen veel bladeren van de bomen door de hitte.
C
Het is er dag en nacht tussen de 25 en 30 graden
D
Er leven veel verschillende dieren
1 / 17
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Wat is geen kenmerk van het tropisch regenwoud
A
Er zijn bomen van verschillende hoogtes
B
Er vallen veel bladeren van de bomen door de hitte.
C
Het is er dag en nacht tussen de 25 en 30 graden
D
Er leven veel verschillende dieren
Slide 1 - Quizvraag
Welke begroeiing is er in de Amazone?
A
Naaldbomen
B
Alleen struiken en gras
C
Loofbomen
D
Er groeit helemaal niets
Slide 2 - Quizvraag
Waar wonen de meeste mensen in Brazilië?
in het.....
in het.....
A
noorden
B
oosten
C
zuiden
D
westen
Slide 3 - Quizvraag
Waarom is het zo warm in de tropen?
A
De zonnestralen schijnt daar veel langer en verwarmen de lucht.
B
De zonnestralen vallen loodrecht binnen en verwarmen een kleiner oppervlakte
C
De tropen zitten dichter bij de zon waardoor het daar warmer is
D
De zonnestralen vallen schuin binnen en verwarmen veel oppervlakte
Slide 4 - Quizvraag
Geef een reden voor de ontbossing in de Amazone
A
Ongelijke bevolkingsspreiding
B
Biodiversiteit
C
Grote veebedrijven
D
Winning van natuurlijke hulpbronnen
Slide 5 - Quizvraag
Leg uit wat duurzaam betekent en noem een voorbeeld van duurzaamheid in de tropisch regenwoud
Slide 6 - Open vraag
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Welk landschap is dit?
Slide 10 - Open vraag
Slide 11 - Tekstslide
Welk landschap is dit?
Slide 12 - Open vraag
Slide 13 - Tekstslide
Welk landschap is dit?
Slide 14 - Open vraag
Waar in Australië zie je extensieve veeteelt en waarom?
A
In het binnenland, want het is hier nat
B
In het binnenland, want het is hier droog
C
Aan de kust, want het is hier nat
D
Aan de kust, want het is hier droog
Slide 15 - Quizvraag
Hoe ziet een klimaatdiagram eruit?
A
De temperatuur wordt aangegeven met een staafdiagram en de neerslag met een vloeiende lijn.
B
De temperatuur wordt aangegeven met een vloeiende lijnen de neerslag met een staafdiagram.
C
De temperatuur en de neerslag worden beide aangegeven met een staafdiagram.
D
De temperatuur en de neerslag worden beide aangegeven met een vloeiende lijn.
Slide 16 - Quizvraag
Is dit een klimaatdiagram van een plaats op hoge of lage breedte?
A
Hoge breedte
B
Lage breedte
