Di 16 mei instructie tekst schrijven
1 / 26
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Als je een tekst schrijft waarin je stapsgewijs uitlegt hoe iets moet, heet dat een instructie. Wat is, denk je, vaak het doel van een tekst bij een instructie?
A
de lezer een mening geven
B
de lezer iets laten doen
C
de lezer vermaken
D
de lezer iets leren of uitleggen
Slide 7 - Quizvraag
Tekstdoelen
Sleep de tekst naar de juiste tekstsoort
Informerende tekst
Uitleggende tekst
Slide 8 - Sleepvraag
Koppel het juiste tekstsoort aan het goede tekstdoel
de lezer iets nieuws vertellen
de lezer vermaken of laten lezen voor zijn plezier
de lezer overhalen iets te doen
de lezer uitleggen hoe iets zit of hoe je iets doet
een mening geven en uitleggen waarom die mening waar is
overtuigende tekst
uitleggende tekst
amuserende tekst
informerende tekst
aansporende tekst
Slide 9 - Sleepvraag
Aansporende/overtuigende tekst
Informerende tekst
Uitleggende tekst
Amuserende tekst
Slide 10 - Sleepvraag
informerende tekst
amuserende tekst
aansporende tekst
uitleggende tekst
informeren. de lezer iets nieuws vertellen
amuseren: de lezer vermaken, laten lezen voor het plezier.
overhalen: de lezer overhalen iets te doen
uitleggen: de lezer uitleggen hoe iets zit of hoe je iets doet.
Slide 11 - Sleepvraag
In welke TWEE teksten wordt een
instructie gegeven?
instructie gegeven?
A
nieuwsbericht en strips
B
reclamefolder en recept
C
handleiding en weerbericht
D
handleiding en recept
Slide 12 - Quizvraag
In welke tekst wordt instructie gegeven?
A
nieuwsbericht
B
een avonturenboek
C
gebruiksaanwijzing
Slide 13 - Quizvraag
Welke van onderstaande teksten is een instructie?
A
filmverslag
B
zakelijke brief
C
recept
Slide 14 - Quizvraag
Een uitnodiging is een voorbeeld van een
timer
0:20
A
informatieve tekst
B
amuserende tekst
C
instructie tekst
D
Overhalende tekst
Slide 15 - Quizvraag
Een instructie is een ... tekst.
A
amuserende
B
informerende
C
overhalende
D
uitleggende
Slide 16 - Quizvraag
De schrijver wil dat je iets doet of koopt
A
instructie tekst
B
informatie tekst
C
overhalen
D
Overtuigen
Slide 17 - Quizvraag
De schrijver wil iets uitleggen
A
informatie tekst
B
instructie tekst
C
betogende tekst
D
overhalende tekst
Slide 18 - Quizvraag
Tekst 1 is een instructie. Waar kun je dat in de tekst aan zien?
(meerdere antwoorden zijn mogelijk)
(meerdere antwoorden zijn mogelijk)
A
Afbeeldingen maken de stappen duidelijk
B
Elke stap begint met een werkwoord
C
In de stappen staan volgordewoorden
D
uitleg is in stappen, vaak met nummers, streepjes of bolletjes
Slide 19 - Quizvraag
Een voorbeeld van een tekst bij instructie geven is:
A
Een politieke folder
B
Een strip
C
Een informatieve folder
D
Een recept
Slide 20 - Quizvraag
Welke kenmerken van "Instructie" uit de theorie van 't boek
staan in Tekst 1?
A
een stap begint met 'kies', 'bedenk', 'maak'
B
gebruik van nummers, streepjes, bolletjes
C
gebruik van opvolgwoorden
D
afbeelding bij uitleg
Slide 21 - Quizvraag
Welke tekstvorm hoort bij een instructie tekst?
timer
0:20
A
Rouwkaart
B
Een krantenartikel
C
Handleiding Ikea-kast
D
Reclame
Slide 22 - Quizvraag
Wat voor soort tekst is dit?
A
Instructie tekst
B
Informatie tekst
C
Overtuigende tekst
D
Amuserende tekst
Slide 23 - Quizvraag
De schrijver wil je uitleggen hoe je iets moe doen
A
instructie tekst
B
informatie tekst
C
overhalen
D
amuseren
