Voorbereiden toetsweek - les voor twee mentoruren

Voorbereiding van de toetsweek
Mentorlessen leerjaar 1, 2 en 3

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
MentorlesMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1-3

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Voorbereiding van de toetsweek
Mentorlessen leerjaar 1, 2 en 3

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we vandaag doen:
  • Tips voor plannen en organiseren van een toetsweek
  • Tips voor concentratie en ontspanning tijdens de toetsweek 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De marathon
Waar denk je aan bij het rennen van een marathon?

Slide 3 - Tekstslide

Maak een mindmap met de associaties van de leerlingen op het bord en refereer hier meerdere malen naar tijdens de les
Wat heb je nodig voor goede prestatie? Hoe bereid je je voor? Wat doe je wel en wat absoluut niet?

De toetsweek
Waar denk je aan bij de toetsweken? Wat heb je nodig?

Slide 4 - Tekstslide

 Leg de link tussen het trainen naar een marathon en de toetsweek (o.a. op tijd beginnen, doorzettingsvermogen, trainen van spieren staat gelijk aan trainen hersenen, met 1 ding tegelijk bezig zijn tijdens het trainen, focus op het einddoel én de weg erheen, belang van voeding en slaap)

Hoe denk jij over de toetsweek?
  • Het gaat me niet lukken...
  • Ik weet alles al...
  • Ik ga mijn best doen...
  • Ik kan het niet...
  • Ik mag fouten maken...
  • Ik doe het altijd fout...
  • Ik ben slecht in...
  • Iets anders, namelijk:

Schrijf op wat voor jou van toepassing is.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe denk jij over de toetsweek?
Kijk nog eens terug naar het lopen van de marathon. Welke gedachtes zouden je niet helpen? Met welke gedachtes zou je het gaan halen?

Slide 6 - Tekstslide

Zet deze gedachtes in twee rijtjes: gedachten die helpen en gedachten die niet helpen.
Mindset
Dit heet een mindset. Een mindset is een verzameling van al jouw overtuigingen en gedachten waardoor je op een bepaalde manier denkt. Je mindset wordt gevormd door alle gebeurtenissen die je tot nu toe hebt meegemaakt. Dit noemen we ook wel de betekenis die jij aan ervaringen en woorden geeft.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mindset: probeer eens om te zetten...
"Ik kan het niet!"                         ----> ... ?

"Dit is te moeilijk!"                     ----> ... ?

"Ik ga dit nooit snappen!"      ----> ... ?

"Ik heb een fout gemaakt."   ----> ... ?

"Dit is goed genoeg."               ----> ... ?

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is 1 minuut?

Slide 11 - Tekstslide

Zet als docent een stopwatch. Geef de instructie dat leerlingen hun vinger moeten opsteken als ze denken dat precies 1 minuut voorbij is. Sommige leerlingen zullen eerder hun vinger opsteken, andere later. Deel met elkaar dat tijd moeilijk in te schatten is. Tijd kan immers voorbij vliegen of juist heel lang duren. Plannen en inschatten van tijd is daarom lastig
Plannen
Stel dat jullie 40 woordjes voor Frans moeten leren. 

Wat zou jij een klasgenoot aanraden om qua tijd hiervoor in te plannen?

Schrijf het aantal minuten op. (Niet in je hoofd dus, maar echt opschrijven)

Slide 12 - Tekstslide

Het blijkt dat mensen zichzelf overschatten als ze zichzelf een tijd geven hoe lang ze nodig hebben, maar als ze dit voor een willekeurig persoon zouden inschatten ze dit beter doen.
Bespreek met de klas wat het verschil is tussen overschatten en onderschatten

Plannen
Stel dat jullie 40 woordjes voor Duits moeten leren. 

Hoeveel tijd zou jij voor jezelf daarvoor inplannen? 

Schrijf het aantal minuten op. (Niet in je hoofd dus, maar echt opschrijven)

Slide 13 - Tekstslide

Het blijkt dat mensen zichzelf overschatten als ze zichzelf een tijd geven hoe lang ze nodig hebben, maar als ze dit voor een willekeurig persoon zouden inschatten ze dit beter doen.
Bespreek met de klas wat het verschil is tussen overschatten en onderschatten

Plannen
Zat er verschil in wat jij aanraadde en in wat jij voor jezelf op schreef?


Ben jij iemand die eerder iets overschat of eerder iets onderschat?




Slide 14 - Tekstslide

Het blijkt dat mensen zichzelf overschatten als ze zichzelf een tijd geven hoe lang ze nodig hebben, maar als ze dit voor een willekeurig persoon zouden inschatten ze dit beter doen.
Bespreek met de klas wat het verschil is tussen overschatten en onderschatten

Weer even over die marathon...
Je hersenen zijn spieren

Wat zou er gebeuren als je …
  • De dag voor een hardloopwedstrijd 2 uur zou slapen?
  • Je alleen de dag voor de wedstrijd zou trainen?



Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dus...
  • Leer de stof op minstens twee verschillende manieren.
  • Wissel leer en maakwerk af.
  • Leer geen drie talen op een dag, wel bijv. wiskunde en Duits.
  • Neem pauzes tussen je “sets” en herhaal.
  • Liever vaker kort, dan één keer lang!
  • De dag voor de toets is een herhaal dag, plan geen nieuwe stof!



Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tips voor concentratie
  • Zorg voor een vaste, rustige plek (stil, alleen spullen die je echt nodig hebt).
  • Gebruik een timer voor werktijd en pauzetijd (Tip: Pomodoro of Powerfocus app).
  • Maak een routine met kleine doelen en volg deze gedachteloos op (eerst ga ik .. daarna..)
  • Begin gewoon. Uitstellen gaat je niet helpen om het af te krijgen.
  • Werk aan één taak tegelijk, begin met de belangrijkste taak.
  • Praat hardop tijdens het werken/leren. Dit helpt je brein om je aandacht erbij te houden.



Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Plannen
We maken een planner voor de komende periode. 

STAP 1: Gebruik je plenda, of maak een planner op een a4tje. Zorg dat hier alle dagen tot en met de toetsweek staan. Dus: 10 dagen

STAP 2: Blokkeer alle momenten in de planner dat je les hebt en dat je vaste afspraken hebt.

STAP 3: Vul in wanneer je meestal thuis komt van school en wanneer je meestal gaat eten. 

STAP 4: Vul alle toetsen in. Markeer deze toetsen in een eigen kleur. 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Plannen
Een belangrijke volgende stap:

Vul jouw LEERTIJD in met alleen kleur (dus nog niet WAT je gaat doen).
Dit is tijd die jij gaat gebruiken om te LEREN (dus niet om huiswerk te maken). 



LET OP: Vul per dag minstens een half uur in en maximaal vier uur. 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning
Verdeel het leerwerk voor alle vakken in leerblokken, waarvan je inschat hoe lang je er voor nodig hebt. Bijvoorbeeld: om voor Frans goed te leren, heb ik vijf leerblokken van een uur nodig. 

Verwerk deze leerblokken in jouw planning, waarbij je het invult in de LEERTIJD die jij hebt vrijgemaakt.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning
Vink een leerblok af zodra je het hebt afgerond: zo kan je je voortgang bijhouden!

Probeer je zo goed als mogelijk aan je planning te houden. Dat zorgt voor het minste stress.

Als het een keertje niet lukt: plan een ander moment in om niet achter te raken.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Heel veel succes!

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies