Zakelijke e-mail schrijven

zth 4B zakelijke e-mail
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

zth 4B zakelijke e-mail

Slide 1 - Tekstslide

Doelen van deze les
Je hebt inzicht in de vorderingen van het PTA Nederlands
Je hebt je toets taalverzorging ingekeken en je vragen gesteld.

Je weet hoe je een zakelijke e-mail opbouwt
Je weet waar je op moet letten bij het schrijven van namen
Je kent de conventies van een zakelijke e-mail
Je weet hoe je beoordeeld wordt op je zakelijke e-mail
Al jouw vragen zijn gesteld en beantwoord

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Inzage in je toets
  • Tel je punten na
  • Kijk waar het mis ging en stel je vraag!
  • Schrijf niet in de toets, gebruik voor opmerkingen een apart blaadje!

Slide 4 - Tekstslide

Eindexamen Nederlands
Het schrijven van een zakelijke e-mail

Slide 5 - Tekstslide

De opmaak
  • Vul de onderwerpsregel in  (kort en bondig)

  • Aanhef
  • Inleidende zin
  • Alinea 1
  • Alinea 2
  • Afsluitende zin
  • Slotformule
  • Naam

Slide 6 - Tekstslide

Met welk woord begint de aanhef van een zakelijke e-mail altijd?
A
Beste
B
Geachte
C
Hallo
D
Beste of Geachte

Slide 7 - Quizvraag

Je schrijft de zakelijke e-mail aan Lars Wouters. Welke aanhef gebruik je?
A
Geachte meneer Wouters,
B
Geachte Lars Wouters,
C
Geachte heer,
D
Geachte heer Wouters,

Slide 8 - Quizvraag

Je schrijft de zakelijke e-mail aan de klantenservice van de Hema. Welke aanhef gebruik je?
A
Geachte klantenservice,
B
Geachte Hema,
C
Geachte heer, mevrouw,
D
Geachte medewerker,

Slide 9 - Quizvraag

Schrijfwijze van namen
  • Je schrijft een hoofdletter waar de naam begint
  • Dit kan de voornaam zijn, maar ook de achternaam
  • Let goed op bij de tussenvoegsels (de, van, van der, etc.)
  • In de aanhef gebruik je alleen de achternaam 
  • Onderaan schrijf je altijd je eigen voornaam en achternaam



Slide 10 - Tekstslide

Schrijfwijze van namen in de aanhef


Geachte mevrouw Sluis,
Geachte mevrouw Sluis - van Wiel,
Geachte mevrouw De Waag - Dekkers,
Geachte mevrouw Van Geest - van der Togt,
Geachte heer Wagemakers,
Geachte heer Van 't Lam,

Slide 11 - Tekstslide

Je schrijft een zakelijke e-mail aan Thomas van der Boom. Hoe schrijf je de aanhef?

Slide 12 - Open vraag

Je schrijft een zakelijke e-mail aan Saskia de Vrede - den Burg. Hoe schrijf je de aanhef?

Slide 13 - Open vraag

Eerst even zelf aan de slag
Maak de examenopdracht
timer
15:00

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

extra instructie
herhaling van wat je al wist

Slide 16 - Tekstslide

De inleidende zin
  • In de inleidende zin vertel je altijd waarom je de e-mail schrijft.
  • Als in de opdracht staat dat je jezelf moet voorstellen, dan doe je dat ook in de inleidende zin.

Slide 17 - Tekstslide

Het middenstuk
  • Je zakelijke e-mail bestaat altijd uit minimaal twee alinea's in het middenstuk 
  • In deze alinea's beschrijf je de meeste verplichte punten uit de opdracht 
  • Maak gebruik van de situatiebeschrijving om de verplichte punten te verwerken 
  • Staat de info niet in de situatieomschrijving? Bedenk het dan zelf! 
  • Beschrijf deze punten kort en bondig 
  • Gebruik makkelijke taal! Zo voorkom je spelfouten

Slide 18 - Tekstslide

Afsluitende zin
In de afsluitende zin sluit je de e-mail netjes af. Je kan hier vaak het laatste verplichte punt voor gebruiken.
  • Ik hoop spoedig van u te horen.
  • Ik ontvang graag snel een reactie.
  • Ik vraag u om binnen twee weken te reageren.

Slide 19 - Tekstslide

Slotformule en naam
Gebruik een van de twee slotformules:
  • Met vriendelijke groet,
  • Hoogachtend,
Soms staat in de opdracht welke slotformule je kan gebruiken.

Sluit af met je voornaam en achternaam.

Slide 20 - Tekstslide

Conventies zakelijke e-mail
  • Aan:
  • CC:
  • Onderwerp:
  • Aanhef                  (Geachte heer/mevrouw)
  • Inleiding               (Mijn naam is.............)
  • Kern                        (Vertel waar je e-mail over gaat)
  • Slot                          (Vertel wat je graag zou willen) 
  • Slotformule         (Met vriendelijke groet, )
  • Jouw naam    

Slide 21 - Tekstslide

Wat heb je van deze les geleerd?

Slide 22 - Open vraag

Wat vind je na deze les nog moeilijk?

Slide 23 - Open vraag

Doelen van deze les
Je hebt inzicht in de vorderingen van het PTA Nederlands
Je hebt je toets taalverzorging ingekeken en je vragen gesteld.

Je weet hoe je een zakelijke e-mail opbouwt
Je weet waar je op moet letten bij het schrijven van namen
Je kent de conventies van een zakelijke e-mail
Je weet hoe je beoordeeld wordt op je zakelijke e-mail
Al jouw vragen zijn gesteld en beantwoord

Slide 24 - Tekstslide