oefenvragen micro-organismen

oefenvragen micro-organismen
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgendeMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

oefenvragen micro-organismen

Slide 1 - Tekstslide

1. Welke 3 (+1) soorten micro organismen kunnen we onderscheiden?

Slide 2 - Open vraag

Welk micro-organisme heeft altijd levende cellen nodig om zich te vermenigvuldigen?
A
Bacterie
B
Schimmel
C
Protozo
D
Virus

Slide 3 - Quizvraag

Als een bacterie resistent is voor antibiotica, betekent dat:
A
De bacterie gedood wordt door antibiotica
B
De bacterie ongevoelig is voor antibiotica
C
De bacterie op de loop gaat voor antibiotica

Slide 4 - Quizvraag

Welke nut hebben de bacterie die in onze darmen leven.

Slide 5 - Open vraag

om alle micro-organismen te doden moet je.....
A
reinigen
B
huishoudelijk schoonmaken
C
desinfecteren
D
steriliseren

Slide 6 - Quizvraag

Hoe kunnen micro-organismen het lichaam binnendringen?
A
luchtwegen
B
huid en slijmvliezen
C
maag-darmkanaal
D
bloed

Slide 7 - Quizvraag

Infectieziekten worden veroorzaakt door micro-organismen
Wat is GEEN micro-organisme
A
Schimmels
B
Parasieten
C
Eiwitten
D
Bacteriën

Slide 8 - Quizvraag

Wat betekent: pathogeen?
A
Een niet ziekmakend micro-organisme
B
een micro-organisme dat een infectieziekte kan veroorzaken.
C
Nuttige micro-organismen
D
Potentiele ziekte

Slide 9 - Quizvraag

Wat betekent: Commensalen?
A
Ziekmakende schimmels
B
Goedaardige bacteriën
C
Goedaardige micro-organismen
D
Ziekmakende virussen

Slide 10 - Quizvraag