PW1 L3 veiligheid: huisregels, toegangscontrole en floor checks

LES 3
Week: 3

School: Business & Retail
Crebo: 25724 - Assistant Business Services
Leerweg: BOL & BBL & GIT
Kerntaak: P1-K1 Verricht ondersteunende werkzaamheden in de zakelijke dienstverlening
Werkproces: P1-K1-W1 Voert facilitaire werkzaamheden uit
Docent: dhr. R. Dewkali
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

LES 3
Week: 3

School: Business & Retail
Crebo: 25724 - Assistant Business Services
Leerweg: BOL & BBL & GIT
Kerntaak: P1-K1 Verricht ondersteunende werkzaamheden in de zakelijke dienstverlening
Werkproces: P1-K1-W1 Voert facilitaire werkzaamheden uit
Docent: dhr. R. Dewkali

Slide 1 - Tekstslide

Welkom bij Business Services
Welkom bij
Business Services

Slide 2 - Tekstslide

PLANNING
  • Terugblik
  • Leerdoelen
  • Uitleg
  • Aan het werk
  • Lesafsluiting
AFSPRAKEN
  1. Je bent op tijd in de les.
  2. Je neemt een eigen device mee naar mijn les.
  3. Je maakt opdrachten en levert deze op tijd in.
  4. Jas uit, pet/muts etc. af.
  5. In het lokaal mag je alleen water drinken, niet eten.
  6. Telefoons op zacht en in je tas (niet in je zak).

Slide 3 - Tekstslide

LESDOELEN
Aan het einde van deze les weet je meer over...
  1. een onderhoudsplan en schoonmaakplan;
  2. hoe je apparaten kunt onderhouden;
  3. hoe je storingen meldt en verhelpt.

Slide 4 - Tekstslide

Mise-en-place
Whiteboard
Wisselend agendapunt
Flip-over
Vergadering
Notulist
De persoon die aantekeningen maakt tijdens de vergadering.
Een bijeenkomst van mensen in de organisatie en/of met mensen van buiten de organisatie.
Bespreekpunten die per vergadering verschillen.
Een groot vel papier op een standaard, dat je met de hand moet beschrijven.
Groot wit bord waarop je kunt schrijven met een uitveegbare stift.
Alles staat klaar en is schoon.

Slide 5 - Sleepvraag

Activiteiten voor een opgeruimde werkplek
  • bureaus leegmaken;
  • prullenbakken leegmaken;
  • tafels en stoelen terug zetten;
  • afwasmachine leegruimen;
  • airco of verwarming omlaag zetten.

Slide 6 - Tekstslide

Activiteiten voor een schone werkplek
  • meubels met een doekje afpoetsen;
  • vloeren stofzuigen en/of dweilen;
  • ramen wassen en deuren ‘afdoen’.

Slide 7 - Tekstslide

Activiteiten: goed onderhouden werkplek
  • papier in printer aanvullen;
  • toner van printer vervangen;
  • lampen vervangen;
  • batterijen vervangen bij afstandsbedieningen;
  • bij storing of meldingen, probleem controleren en (laten) oplossen.

Slide 8 - Tekstslide

Reden voor een goede werkplek
  1. Het werken wordt als prettiger ervaren.
  2. Uitstralen van een professioneler imago.
  3. Kwaliteit van werk is hoger.

Slide 9 - Tekstslide

Onderhoud
Onderhouden = ervoor zorgen dat iets in goede staat is.
  
Visuele controle = kijken of iets in goede staat is.

Preventief onderhoud = onderhoud om te voorkomen dat iets kapot gaat.

Slide 10 - Tekstslide

Onderhoudsplan

Slide 11 - Tekstslide

Storingen verhelpen
Storing = wanneer iets niet goed werkt.

Let op je veiligheid als je een storing verhelpt!:
  • schakel het apparaat uit;
  • raak het apparaat niet aan met natte handen;
  • raak de stekker niet aan met natte handen.


Slide 12 - Tekstslide

Storingen melden
Kun je de storing niet zelf oplossen?



Slide 13 - Tekstslide

Symbolen op de verpakking van lampen





Vervangen van een lamp
  1. schakel de stroom uit;
  2. laat de lamp afkoelen;
  3. draai de lamp voorzichtig los;
  4. draai de nieuwe lamp er in en draai de lamp stevig aan;
  5. zet de stroom weer aan.

Slide 14 - Tekstslide

Ontvangen van post
Het is handig om ontvangen post te sorteren
  • op naam;
  • op afdeling;
  • op kamernummer.

Slide 15 - Tekstslide

Versturen van post
Let bij het versturen van post op
  1. de naam van de geadresseerde;
  2. schrijf eerst de naam van het bedrijf, dan die van de persoon;
  3. het juiste adres;
  4. of de post goed dicht is;
  5. de frankering = betaling voor de verzendkosten.

Slide 16 - Tekstslide

Versturen van post
Verzendkosten hangen af van
  • gewicht van de post;
  • het land waar het heen moet;
  • of het aangetekend wordt bezorgd.

Een aangetekende post moet
  • de postcode de post aan de ontvanger geven;
  • de ontvanger een handtekening zetten.

Slide 17 - Tekstslide

Documenten kopiëren en scannen
Meestal kun je de volgende stappen volgen
  1. leg het document in het kopieerapparaat; (op de glasplaat of in de invoerlade)
  2. kies voor de optie “kopiëren” of “scannen”;
  3. selecteer de juiste instellingen; (zwart/wit, vergroten, extra kopieën)
  4. druk op start.

Slide 18 - Tekstslide

Welke taak moet structureel het vaakst worden uitgevoerd?
A
Onderhoud
B
Opruimen
C
Schoonmaken
D
Storingen oplossen

Slide 19 - Quizvraag

Elk jaar aan het einde van de zomer komt de verf van de kozijnen af.
Van welke taak moet dan de frequentie omhoog?
A
Onderhoud
B
Opruimen
C
Schoonmaken
D
Storingen oplossen

Slide 20 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van preventief onderhoud?
A
De toner van de printer vervangen als aangegeven wordt dat die leeg is.
B
De vloer dweilen nadat iemand een kop koffie heeft laten vallen.
C
Ieder half jaar de computers openmaken en stofvrij maken.
D
Olie in de scharnieren van de deur doen zodat deze niet meer piepen.

Slide 21 - Quizvraag

Wat is betekent dit symbool op de verpakking van een lamp?
A
Fitting
B
Levensduur
C
Lichtkleur
D
Wattage

Slide 22 - Quizvraag

Er zijn 5 stappen die je kunt volgen om een lamp in te draaien. Welke stap zorgt ervoor dat je het minste risico loopt?
A
Draai de lamp voorzichtig los.
B
Draai de nieuwe lamp stevig aan.
C
Schakel de stroom uit.
D
Zet de stroom weer aan.

Slide 23 - Quizvraag

Wat is voor een receptionist in een ziekenhuis de beste manier om de post van de patiënten te sorteren?
A
eerst naam dan kamernummer dan afdeling
B
eerst afdeling dan naam dan kamernummer
C
eerst kamernummer dan naam dan afdeling
D
eerst afdeling dan kamernummer dan naam

Slide 24 - Quizvraag

Er moet een brief gestuurd worden naar een bedrijf en daarvoor wordt gebruik gemaakt van een antwoordnummer. Wat houdt dit in?
A
Dat de brief dan extra snel wordt bezorgd.
B
Dat de bezorger verantwoordelijk is voor de bezorging.
C
Dat frankeren van de brief niet nodig is.
D
Dat voor ontvangst van deze brief getekend moet worden.

Slide 25 - Quizvraag

Wat betekent het als een brief aangetekend wordt verstuurd?
A
Dat de brief dan extra snel wordt bezorgd.
B
Dat de bezorger verantwoordelijk is voor de bezorging.
C
Dat frankeren van de brief niet nodig is.
D
Dat voor ontvangst van deze brief getekend moet worden.

Slide 26 - Quizvraag

De meeste kopieerapparaten kunnen meer dan alleen kopiëren.
Wat kan er vaak nog meer mee?
A
Printen en scannen.
B
Printen, scannen en inbinden.
C
Printen, scannen en archiveren.
D
Printen, scannen, archiveren en inbinden.

Slide 27 - Quizvraag

Bij de werkplek van Ankie hangt een schilderij aan de wand, een mooi lamp en er staan planten. Met welk onderdeel van een goede werkplek heeft dit te maken?
A
Systeem
B
Meubilair en aankleding
C
Schoonmaak
D
Onderhoud

Slide 28 - Quizvraag

Slide 29 - Tekstslide