Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Indirecte rede
indirecte rede
1 / 12
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Basisschool
Groep 1
In deze les zitten
12 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
15 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
indirecte rede
Slide 1 - Tekstslide
indirecte rede
Ik heb
een nieuwe baan gevonden.
directe rede
Slide 2 - Tekstslide
Zij zegt dat ze een nieuwe baan heeft gevonden.
Ik heb
een nieuwe baan gevonden.
directe rede
indirecte rede
Slide 3 - Tekstslide
Zij zegt dat ze een nieuwe baan heeft gevonden.
Ik heb
een nieuwe baan gevonden.
directe rede
indirecte rede
dat
Slide 4 - Tekstslide
Kom je bij ons eten?
Ze vraagt of je bij ons komt eten.
Zij zegt dat ze een nieuwe baan heeft gevonden.
Ik heb
een nieuwe baan gevonden.
directe rede
indirecte rede
dat
Wanneer kom je bij ons eten?
Ze vraagt wanneer je bij ons komt eten.
open vraag -> vraagwoord
gesloten vraag -> of...
Slide 5 - Tekstslide
Kom je bij ons eten?
Ze vraagt of je bij ons komt eten.
Zij zegt dat ze een nieuwe baan heeft gevonden.
Ik heb
een nieuwe baan gevonden.
directe rede
indirecte rede
dat
Wanneer kom je bij ons eten?
Ze vraagt wanneer je bij ons komt eten.
open vraag -> vraagwoord
gesloten vraag -> of...
hoofdzin + hoofdzin
Ik ga volgend jaar studeren
of
ik blijf nog een jaar werken.
hoofdzin + bijzin
Ik vraag me af
of
ik volgend jaar nog bij dit bedrijf werk.
Slide 6 - Tekstslide
Stroopwafels in India
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
droom
liedje jules de Korte
droom
1. zou, zou
2. imperfectum, imperfectum
3. zou, imperfectum
4. imperfectum, zou
vraag
zouden + willen / kunnen / mogen + ander werkwoord
wens
zouden + willen
graag / weleens
Slide 9 - Tekstslide
Wat zou je vrijdagavond doen als er geen avondklok was?
Slide 10 - Open vraag
Je wilt een pak melk pakken, maar de man van een winkelende klant staat voor het koelvak.
Slide 11 - Open vraag
modale werkwoorden + gaan
Vorm van
gaan of modaal werkwoord
(mogen, kunnen, willen, moeten
of
zullen)
Zet in de bijzin - infinitief op de laatste plaats
Ik
bel
iemand. / Ik
moet
iemand
bellen
.
dat:
Kom
je morgen? / Ik
hoop
dat je morgen
kunt
komen.
of: Ik
vroeg
of ze morgen
kon
komen.
Slide 12 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Directe en indirecte rede
November 2023
- Les met
33 slides
Nederlands
Basisschool
Groep 8
Hoofdstuk 13 Nig
Januari 2023
- Les met
27 slides
Nederlands
Beroepsopleiding
Hoofdstuk 13 Nig
Maart 2024
- Les met
26 slides
Nederlands
Beroepsopleiding
Hoofdstuk 13 Nig
Juli 2022
- Les met
32 slides
Nederlands
Beroepsopleiding
2. Friesland - taal
Mei 2021
- Les met
19 slides
NT2
WO
Studiejaar 6
Grammatica les 7
Augustus 2024
- Les met
17 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
TA7 1.2.9 directe en indirecte rede
November 2023
- Les met
17 slides
Taal
Basisschool
Groep 7
Taal verkennen thema 1 groep 7 directe en indirecte rede
September 2024
- Les met
16 slides
Taal
Basisschool
Groep 7