ICT-les: e-mail

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 3

ICT basisvaardigheden: 

Wat is e-mail?

Leerdoelen

•  Ik weet wat een e-mail is en waarvoor ik het kan gebruiken 
• Ik kan een e-mail versturen
• Ik kan antwoorden op een e-mail

Zet in de goede volgorde:

Fax

What's app

Telefoon

E-mail

1

2

3

4

Waarvoor kan je e-mail gebruiken?

Hoe kan je e-mail gebruiken?

Persoonlijke e-mail:
Je schrijft aan iemand die je persoonlijk kent.

Bijvoorbeeld:

vader, moeder, opa, oma, tante, oom, nicht, neef, vriend of vriendin.

Hoe kan je e-mail gebruiken?

Zakelijk e-mail:
Je schrijft aan iemand die je nog niet kent of iemand op je werk. 

Bijvoorbeeld:

Een werke-mail, een sollicitatie e-mail, een informatieve e-mail, een e-mail met een vraag. 

Welke woord hoort bij een persoonlijke e-mail?

1. Geachte
2. Hoi!
3. Met vriendelijke groet,
4. Doei!

Welke woord hoort bij een zakelijke
e-mail?

1. Geachte
2. Hoi
3. Met vriendelijke groet,
4. Doei!

Taalgebruik

Een persoonlijke e-mail schrijf je dus aan iemand die je persoonlijk kent.

Die persoon spreek je daarom ook op een persoonlijk e manier aan. Met je en jij. En niet met u.  

Taalgebruik

Een zakelijke e-mail schrijf je dus aan iemand die je niet heel persoonlijkk kent.

Die persoon spreek je daarom ook op een nette manier aan met: u. En je begroet met Beste of Geachte. Je sluit af met: Met vriendelijke groet.

Opdracht 1

• Ga naar Outlook
  
• Stuur een persoonlijke e-mail naar een klasgenoot
  Begin netjes en sluit ook netjes af. Stel 1 vraag in de e-mail.
  
  
• Je krijgt een e-mail van een klasgenoot: Beantwoord netjes de e-mail en de vraag. 

Opdracht 2

• Stuur een e-mail naar de docent:
  [e-mail]
• Begin netjes en sluit ook netjes af.
  
  
• Je krijgt een e-mail terug met een nieuwe opdracht!