Levend taal: lichaamstaal en emoties

Doel van de les:
  • Ik kan twee emoties aflezen bij een ander
  • Ik kan samenwerken
  • Ik ken de basisemoties
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsBasisschoolGroep 3-8

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Doel van de les:
  • Ik kan twee emoties aflezen bij een ander
  • Ik kan samenwerken
  • Ik ken de basisemoties

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Praten met je lichaam?
Met je lichaam laten zien hoe je je voelt = lichaamstaal

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Welke emotie zie je hier?
A
blij
B
verdrietig
C
boos
D
bang

Slide 6 - Quizvraag

Welke emotie zie je hier?
A
blij
B
verdrietig
C
boos
D
bang

Slide 7 - Quizvraag

Opdracht
  • Je doet deze oefening met zijn tweeën
  • Je gaat tegenover elkaar zitten
  • Een van de twee kijkt  boos, verdrietig, bang en bedroefd
  • De ander kijkt en verteld welke emotie hij zag.
  • Deze oefening doe je ook andersom.

Slide 8 - Tekstslide

Wat weet je over lichaamstaal?
Lichaamstaal

Slide 9 - Woordweb

Opdracht
  • in tweetallen
  • laat met je lichaam zien hoe je je voelt
  • maak dus geen geluid
  • kan de ander het raden?

Slide 10 - Tekstslide

Evaluatie
  • Wat vond je van deze les.
  • Kun je de vier basisemoties opnoemen?

Slide 11 - Tekstslide

Extra opdracht
Maak een emotie zoals jij je nu voelt!
(je mag tekenen, schilderen, knippen en plakken)

Slide 12 - Tekstslide