Beweging nask hv2

Beweging en snelheid
1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
Nask / BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

Beweging en snelheid

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen:
Nakijken vragen 51 en 52, H4.4
Herhaling
uitleg (v,t)-diagram

Slide 2 - Tekstslide

Wat moet je uit de stroboscopische foto halen om een afstand-tijd tabel te maken?
A
De afstand
B
De snelheid
C
De tijd
D
Alle drie

Slide 3 - Quizvraag

Hoe is de snelheid van de beweging?
Snel
Langzaam

Slide 4 - Sleepvraag

Hoeveel uur is 30 minuten?

Slide 5 - Open vraag

Hoeveel seconden is 2 minuten

Slide 6 - Open vraag

Wat is het grootheid (symbool) voor snelheid
A
v
B
t
C
s
D
a

Slide 7 - Quizvraag

Wat is het grootheid (symbool) voor afstand ?
A
v
B
t
C
s
D
a

Slide 8 - Quizvraag

Gemiddelde snelheid =
A
tijd : afstand
B
tijd x afstand
C
afstand : tijd
D
afstand + tijd

Slide 9 - Quizvraag

Op weg naar school fiets je met een snelheid van 18 kilometer per uur.

Wat betekent dat precies?
A
Dat je een minuut doet over 18 km
B
Dat je een seconde doet over 18 km
C
Dat je een uur doet over 18 km
D
Dat je een dag doet over 18 km

Slide 10 - Quizvraag

Wat is de grootheid (symbool) voor afstand
A
s
B
v
C
t
D
km

Slide 11 - Quizvraag

Perry rijdt met de auto 60 km/h. Wat is zijn snelheid in m/s?
A
120,6 m/s
B
16,7 m/s
C
216 m/s
D
2,0 m/s

Slide 12 - Quizvraag

Omrekenen van km/h naar m/s en omgekeerd

Slide 13 - Tekstslide

Janna loopt met een snelheid van 1,5 m/s. Hoeveel meter legt ze af in 1/2 minuut?
A
0,75 m
B
75 m
C
45 m
D
0,45 m

Slide 14 - Quizvraag

2 minuten is ....
A
100 seconden
B
120 seconden
C
60 seconden

Slide 15 - Quizvraag

83 km/h is...
A
23,1 m/s
B
298,8 m/s

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Video

De afstand van Amsterdam naar Barcelona (Spanje) is hemelsbreed 1240 km. Wanneer je met de hyperloop naar Spanje gaat wat is dan de snelheid?

Slide 18 - Open vraag

Slide 19 - Video

Wanneer de snelheid van de hyperloop 1000 km/h is, hoe lang doe je dan over de afstand Amsterdam-Barcelona (1240 km)?
A
0,24 uur
B
0,52 uur
C
1,024 uur
D
1,24 uur

Slide 20 - Quizvraag

De hyperloop begint met een snelheid van 0 m/s na een paar seconde heeft de hyperloop een snelheid van meer dan 500 km/uur. Hoe noemen we deze beweging?
A
Vertraagde beweging
B
Eenparige beweging
C
Versnelde beweging
D
Geen idee

Slide 21 - Quizvraag

Wat gebeurt er op de afbeelding?
A
De auto vertraagt
B
De auto versnelt
C
De auto rijdt met een constante snelheid
D
De auto blijft stilstaan

Slide 22 - Quizvraag

Slide 23 - Video

Welke beweging zie je hier?
A
versnelde beweging
B
vertraagde beweging
C
eenparige beweging

Slide 24 - Quizvraag

Versnelde beweging

Bij een versnelde beweging wordt in dezelfde tijd een steeds groter afstand afgelegd.​

Slide 25 - Tekstslide

Wat voor soort beweging zie je hier?!
A
Een eenparige beweging
B
Een versnelde beweging
C
Een vertraagde beweging

Slide 26 - Quizvraag

Vertraagde beweging

Bij een vertraagde beweging wordt in dezelfde tijd een steeds kleinere afstand afgelegd.​

Slide 27 - Tekstslide

Bij een eenparige beweging blijft de snelheid gelijk
A
waar
B
niet waar

Slide 28 - Quizvraag

Eenparige beweging

Bij een eenparige beweging blijft de snelheid constant er wordt dus in dezelfde tijd steeds dezelfde afstand afgelegd. ​

Slide 29 - Tekstslide

Welke auto heeft een eenparige beweging?
A
bovenste
B
middelste
C
onderste

Slide 30 - Quizvraag

welke auto heeft een versnelde beweging
A
bovenste
B
middelste
C
onderste

Slide 31 - Quizvraag

welke auto heeft een vertraagde beweging
A
bovenste
B
middelste
C
onderste

Slide 32 - Quizvraag

De grafiek is een
afstand-tijddiagram
voor een ...
A
... vertraagde beweging
B
... versnelde beweging
C
... eenparige beweging
D
... stilstaande beweging

Slide 33 - Quizvraag

De grafiek is een
afstand-tijddiagram
voor een ...
A
... vertraagde beweging
B
... versnelde beweging
C
... eenparige beweging
D
... stilstaande beweging

Slide 34 - Quizvraag

Wat voor beweging is grafiek D?
A
een versnelde beweging
B
een eenparige beweging
C
een vertraagde beweging
D
geen beweging, het object staat stil...

Slide 35 - Quizvraag

Je ziet hiernaast het (v,t)-diagram
van een auto die een noodstop
moet maken.
Wat is een (v,t)-diagram eigenlijk?
A
Een afstand, tijd-diagram
B
Een plaats, tijd-diagram
C
Een snelheid,tijd-diagram
D
Een versnelling,tijd-diagram

Slide 36 - Quizvraag

Het (s,t)-diagram met constante snelheid van 5,0 m/s. Een eenparige beweging wordt in een (s,t)-diagram voorgesteld door een rechte lijn.
 In het (v,t)-diagram wordt een eenparige beweging voorgesteld door ook een rechte lijn, maar nu loopt de lijn horizontaal.
Het verschil tussen een (s,t)- en een (v,t)-diagram

Slide 37 - Tekstslide

Een auto rijdt met constante snelheid, welk v,t-diagram hoort hierbij?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 38 - Quizvraag

v,t-diagram:
Wat doet
de fietser
tussen 8-10 min
A
Staat stil
B
Beweegt eenparig
C
Beweegt versneld
D
Beweegt vertraagd

Slide 39 - Quizvraag

In het (v,t) diagram zie je een fietser die vanuit stilstand vertrekt dan optrekt, remt en met een constante snelheid fietst. 
Sleep de letters die bij de grafiek staan naar het juiste vlak.
versnellen
Constante snelheid
vertragen
A
B
C
D
E
F

Slide 40 - Sleepvraag

Soorten beweging
Versnelde beweging: in dezelfde tijd een steeds groter afstand afgelegd.​
Vertraagde beweging: in dezelfde tijd een steeds kleinere afstand afgelegd
Eenparige beweging: in dezelfde tijd steeds dezelfde afstand afgelegd
Een beweging kan worden weergegeven in een (s,t)-diagram of een (v,t)-diagram

Slide 41 - Tekstslide

Aan de slag:
Lees H4.3 blz. 116 en  117 tot reactietijd en reactieafstand 
Maak de vragen 30, 31, 35 t/m 37


Slide 42 - Tekstslide

Remmen 

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Video

Stopafstand = remweg + reactieafstand​


sstop = sreactie + srem

Slide 45 - Tekstslide

Stopafstand
Stopafstand = remweg + reactieafstand​


sstop = sreactie + srem

Slide 46 - Tekstslide

Opdracht
Lees H4.5 blz. 134 t/m 136. Maken vragen 46 t/m 52  

Slide 47 - Tekstslide