Beweging nask hv2

Beweging en snelheid
1 / 46
volgende
Slide 1: Tekstslide
Nask / BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 46 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

Beweging en snelheid

Slide 1 - Tekstslide

Wat moet je uit de stroboscopische foto halen om een afstand-tijd tabel te maken?
A
De afstand
B
De snelheid
C
De tijd
D
Alle drie

Slide 2 - Quizvraag

Hoe is de snelheid van de beweging?
Snel
Langzaam

Slide 3 - Sleepvraag

Hoeveel uur is 30 minuten?

Slide 4 - Open vraag

Hoeveel seconden is 2 minuten

Slide 5 - Open vraag

Wat is het grootheid (symbool) voor tijd
A
v
B
t
C
s
D
a

Slide 6 - Quizvraag

Wat is het grootheid (symbool) voor snelheid
A
v
B
t
C
s
D
a

Slide 7 - Quizvraag

Gemiddelde snelheid =
A
tijd : afstand
B
tijd x afstand
C
afstand : tijd
D
afstand + tijd

Slide 8 - Quizvraag

Op weg naar school fiets je met een snelheid van 18 kilometer per uur.

Wat betekent dat precies?
A
Dat je een minuut doet over 18 km
B
Dat je een seconde doet over 18 km
C
Dat je een uur doet over 18 km
D
Dat je een dag doet over 18 km

Slide 9 - Quizvraag

Wat is de grootheid (symbool) voor afstand
A
s
B
v
C
t
D
km

Slide 10 - Quizvraag

Perry rijdt met de auto 60 km/h. Wat is zijn snelheid in m/s?
A
120,6 m/s
B
16,7 m/s
C
216 m/s
D
2,0 m/s

Slide 11 - Quizvraag

Omrekenen van km/h naar m/s en omgekeerd

Slide 12 - Tekstslide

Janna loopt met een snelheid van 1,5 m/s. Wat is haar snelheid in km/h?
A
0,42 km/h
B
4,5 km/h
C
5,4 km/h
D
54 km/h

Slide 13 - Quizvraag

3,4 m/s is ....
A
0,94 km/h
B
12,2 km/h

Slide 14 - Quizvraag

83 km/h is...
A
23,1 m/s
B
298,8 m/s

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Video

De afstand van Amsterdam naar Barcelona (Spanje) is hemelsbreed 1240 km. Wanneer je met de hyperloop naar Spanje gaat wat is dan de snelheid?

Slide 17 - Open vraag

Slide 18 - Video

Wanneer de snelheid van de hyperloop 1000 km/h is, hoe lang doe je dan over de afstand Amsterdam-Barcelona?
A
0,24 uur
B
0,52 uur
C
1,024 uur
D
1,24 uur

Slide 19 - Quizvraag

De hyperloop begint met een snelheid van 0 m/s na een paar seconde heeft de hyperloop een snelheid van meer dan 500 km/uur. Hoe noemen we deze beweging?
A
Vertraagde beweging
B
Eenparige beweging
C
Versnelde beweging
D
Geen idee

Slide 20 - Quizvraag

Wat gebeurt er op de afbeelding?
A
De auto vertraagt
B
De auto versnelt
C
De auto rijdt met een constante snelheid
D
De auto blijft stilstaan

Slide 21 - Quizvraag

Slide 22 - Video

Welke beweging zie je hier?
A
versnelde beweging
B
vertraagde beweging
C
een parige beweging

Slide 23 - Quizvraag

Versnelde beweging

Bij een versnelde beweging wordt in dezelfde tijd een steeds groter afstand afgelegd.​

Slide 24 - Tekstslide

Wat voor soort beweging zie je hier?!
A
Een eenparige beweging
B
Een versnelde beweging
C
Een vertraagde beweging

Slide 25 - Quizvraag

Vertraagde beweging

Bij een vertraagde beweging wordt in dezelfde tijd een steeds kleinere afstand afgelegd.​

Slide 26 - Tekstslide

Bij een eenparige beweging blijft de snelheid gelijk
A
waar
B
niet waar

Slide 27 - Quizvraag

Eenparige beweging

Bij een eenparige beweging blijft de snelheid constant er wordt dus in dezelfde tijd steeds dezelfde afstand afgelegd. ​

Slide 28 - Tekstslide

Welke auto heeft een eenparige beweging?
A
bovenste
B
middelste
C
onderste

Slide 29 - Quizvraag

welke auto heeft een versnelde beweging
A
bovenste
B
middelste
C
onderste

Slide 30 - Quizvraag

welke auto heeft een vertraagde beweging
A
bovenste
B
middelste
C
onderste

Slide 31 - Quizvraag

De grafiek is een
afstand-tijddiagram
voor een ...
A
... vertraagde beweging
B
... versnelde beweging
C
... eenparige beweging
D
... stilstaande beweging

Slide 32 - Quizvraag

De grafiek is een
afstand-tijddiagram
voor een ...
A
... vertraagde beweging
B
... versnelde beweging
C
... eenparige beweging
D
... stilstaande beweging

Slide 33 - Quizvraag

Wat voor beweging is grafiek D?
A
een versnelde beweging
B
een eenparige beweging
C
een vertraagde beweging
D
geen beweging, het object staat stil...

Slide 34 - Quizvraag

Je ziet hiernaast het (v,t)-diagram
van een auto die een noodstop
moet maken.
Wat is een (v,t)-diagram eigenlijk?
A
Een afstand, tijd-diagram
B
Een plaats, tijd-diagram
C
Een snelheid,tijd-diagram
D
Een versnelling,tijd-diagram

Slide 35 - Quizvraag

Het (s,t)-diagram met constante snelheid van 5,0 m/s. Een eenparige beweging wordt in een (s,t)-diagram voorgesteld door een rechte lijn.
 In het (v,t)-diagram wordt een eenparige beweging voorgesteld door ook een rechte lijn, maar nu loopt de lijn horizontaal.
Het verschil tussen een (s,t)- en een (v,t)-diagram

Slide 36 - Tekstslide

Een auto rijdt met constante snelheid, welk v,t-diagram hoort hierbij?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 37 - Quizvraag

v,t-diagram:
Wat doet
de fietser
tussen 8-10 min
A
Staat stil
B
Beweegt eenparig
C
Beweegt versneld
D
Beweegt vertraagd

Slide 38 - Quizvraag

In het (v,t) diagram zie je een fietser die vanuit stilstand vertrekt dan optrekt, remt en met een constante snelheid fietst. 
Sleep de letters die bij de grafiek staan naar het juiste vlak.
versnellen
Constante snelheid
vertragen
A
B
C
D
E
F

Slide 39 - Sleepvraag

Soorten beweging
Versnelde beweging: in dezelfde tijd een steeds groter afstand afgelegd.​
Vertraagde beweging: in dezelfde tijd een steeds kleinere afstand afgelegd
Eenparige beweging: in dezelfde tijd steeds dezelfde afstand afgelegd
Een beweging kan worden weergegeven in een (s,t)-diagram of een (v,t)-diagram

Slide 40 - Tekstslide

Aan de slag:
Lees H4.4 blz.129 t/m 131 Maak de vragen 38 t/m 44

Slide 41 - Tekstslide

H4.5 Remmen 

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Video

Stopafstand = remweg + reactieafstand​


sstop = sreactie + srem

Slide 44 - Tekstslide

Stopafstand
Stopafstand = remweg + reactieafstand​


sstop = sreactie + srem

Slide 45 - Tekstslide

Opdracht
Lees H4.5 blz. 134 t/m 136. Maken vragen 46 t/m 52  

Slide 46 - Tekstslide