cijferend rekenen met komma (1)

Cijferend optellen met kommagetallen
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenSpeciaal OnderwijsLeerroute 5

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Cijferend optellen met kommagetallen

Slide 1 - Tekstslide

lesdoel

Ik kan getallen met een komma (kommagetallen) optellen. 

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je nog?

Slide 3 - Tekstslide

Getallen

Je weet al dat de hele getallen opgebouwd zijn uit eenheden, tientallen, honderdtallen, duizendtallen, enzovoort. 

Slide 4 - Tekstslide

Kommagetal

Maar sommige getallen hebben een komma.

Slide 5 - Tekstslide

Kommagetal
 
Voor de komma staan de helen en na de komma volgen de decimalen. Vandaar dat een kommagetal ook wel een decimaal getal wordt genoemd.

Slide 6 - Tekstslide

HTE,thd
dsten

Slide 7 - Tekstslide

Rekenen met kommagetallen

Met kommagetallen kun je, net zoals met de hele getallen, rekenen.

Slide 8 - Tekstslide

Optellen van kommasommen

Bij kommasommen is het belangrijk dat er evenveel cijfers (decimalen) achter de komma staan!!


Slide 9 - Tekstslide

Optellen van kommasommen

Bij kommasommen is het belangrijk dat er evenveel cijfers (decimalen) achter de komma staan!!

Als dat zo is, kun je de getallen makkelijker bij elkaar optellen



Slide 10 - Tekstslide

Rekenen met kommagetallen


Door één of meerdere nullen te plaatsen, kun je de kommagetallen achter de komma gelijk maken.

Slide 11 - Tekstslide

Kommagetallen optellen: cijferend rekenen
In veel gevallen tel je kommagetallen onder elkaar op (cijferend optellen). Het is dan heel belangrijk om de komma’s onder elkaar te zetten!

Slide 12 - Tekstslide

0

Slide 13 - Video

Slide 14 - Tekstslide

We beginnen altijd met de komma!

Slide 15 - Tekstslide

Daarna de hele cijfers.
Dus de eenheden, tientallen, honderdtallen, duizendtallen etc. 

Slide 16 - Tekstslide

Daarna de cijfers achter de komma. 

De decimalen

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

13,75+4,38=...... (gebruik een ,)

Slide 19 - Open vraag

79,75-12,3=...... (gebruik een ,)

Slide 20 - Open vraag

145,9+33,687=...... (gebruik een ,)

Slide 21 - Open vraag

Maken: kommadoolhof
Huiswerk: Numo taken kommagetallen

Slide 22 - Tekstslide